Bisschop Williamson kan wat leren van Hamas

27 februari, 2009

Bisschop Williamsom heeft sorry gezegd voor eerdere omstreden uitspraken van hem. Maar het is een halfslachtig excuus, dat om de hete brij heendraaide. Ontevredenheid erover bleef dan ook niet uit, en terecht.

Williamson beweerde in januari dat er door Nazi-Duitsland geen zes miljoen waren vermoord, maar twee- tot driehonderdduizend. Ook geloofde hij niet dat er gaskamers hadden bestaan in het Derde Rijk. Veel mensen waren boos over deze uitspraken, en de zaak werd pikanter omdat de paus rond die tijd besloot om Williamson, lid van een zeer conservatief en buiten de Katholieke kerk geplaatst genootschap, weer tot die kerk toe te laten. Nadat de commotie omzich heen had gegrepen, verlangde het Vaticaan dat hij zijn uitspraken herriep.

Wat zegt Williamson nu, volgens de NRC? “Gezien de consequenties kan ik eerlijk zeggen dat ik spijt heb van mijn opmerkingen… Als ik vooraf had geweten hoeveel pijn en schade ik zou veroorzaken, speciaal aan de kerk, maar ook aan de overlevenden en nabestaanden van de ongerechtigheden van het Derde Rijk, had ik deze opmerkingen niet gemaakt.” The Guardian komt met nog een stukje van Williams excuus: de bisschop had gezegd dat zijn inzichten niet die waren van een historicus, maar dat ze “20 jaar geleden gevormd waren op basis van bewijs dat toen beschikbaar was en dat zelden in het openbaar tot uitdrukking gebracht is.”

Om met dat laatste te beginnen: wat voor “bewijs” van 20 jaar geleden mag dat dan wel geweest zijn? Het is zo “zelden in het openbaar” vermeld dat het mij, en vele anderen, echt is ontgaan. Ik studeerde van 1980 tot 1986 geschiedenis, en van enige serieuze twijfel aan holocaust, 6 mijoen vermoorde joden en het bestaan van gaskamers was op de Universiteit van Utrecht buitengewoon weinig te merken. Williamson zal met zijn geheimzinnige bewijs toch niet doelen op het werk van David Irving, nazi-sprookjesverteller voor wie de titel ‘historicus’ te veel eer is?

Maar dan de rest van de excuses van Williamson. Rabbi Marvin Hier, van het Simon Wiesenthal Center in Los Angeles zegt: “het ene ding dat hij niet zegt, en het belangrijkste ding, is dat het geen verzinsel is, dat het geen leugen is. Als je excuses wil maken, dan moet je de Holocaust bevestigen.” Inderdaad, en dat doet Williamson niet. Hij betreurt dat zijn uitspraken mensen pijn hebben gedaan, maar nergens zegt hij dat zBisschop Williamson kan leren van hamasijn uitspraken onjuist en onwaar zijn. “Absoluut dubbelzinnig”, noemt de president van de Joodse Gemeenschappen in Italië, Renzo Gagnetto, de uitspraken dan ook (beide uitspraken uit het eerder geciteerde Guardian-artikel).

Misschien had eerwaarde heer Williamson beter even in de leer kunnen gaan bij de Palestijnse verzetsbeweging Hamas. Daar weten ze namelijk wèl hoe je duidelijk en zonder dubbelzinnigheid de Holocaust kunt erkennen als feit, en er volledig afstand van kunt nemen. In 2008 verklaarde die organisatie volgens een bericht in Palestine Monitor: “Wij veroordelen het zoals we elke aantasting van de menselijkheid, elke vorm van discriminatie op de basis van religie, ras, geslacht of nationalitiet veroordelen.” Hamas zei er wel bij: “En op dezelfde moment veroordelen we zonder enige reserve de misdaden van de Nazi’s tegen de Joden van Europa veroordelen, wijzen we categorisch het uitbuiten van de Holocaust door de Zionisten om hun misdaden te rechtvaardigen (…) van de hand.” Maar ook, en in dit verband belangrijker: de Holocaust “was niet slechts een misdaad tegen de menselijkheid maar één van de meest weerinwekkende misdaden in de moderne geschiedenis.”

Daar kan Williamson nog wat van leren. Degenen die maar doorgaan over het ‘antisemitisme’ van Hamas trouwens ook.


Gave actie schoonmakers Schiphol

27 februari, 2009

Beter nieuws, nog wel van rampplek Schiphol. Afgelopen dag hebben tientallen schoonmakers op Schiphol actie gevoerd voor betere arbeidsvoorwaarden en respect. Ze hielden een zitstaking, riepen ander personeel op de luchthaven tot steun op, en deelden pamfletten uit. Ook hielden ze een minuut stlte voor de slachtoffers van de vliegramp de dag ervóór.

Het gaat schoonmakers om een vast contract, gangbaarder werktijden, reiskostenvergoeding, en respect van zowel baas als reiziger. “Nu zeggen ze dat er geen werk meer is, behalve via een uitzendbureau”, klaagt Mohammed Ahaddouch. Hij is al 18 jaar schoonmaker. “Dan moet hiu wel bereid zijn in de hele regio, van Amsterdam tot Utrecht aan de slag te gaan”, voegt de Telegraaf eraan toe. “Zij doen belangrijk werk en worden afgescheept met een schamel loontje”, zegt Henk van der Kolk van FNV Bondgenoten in hetzelfde artikel.

Bestuurder Ron Meyer, van de FNV zegt volgens Nu.nl: “Wat wij vooral willen, is dat ze vaste arbeidstijden krijgen. Nu wordt met ze geschoven, al;sof het schaakstukjes zijn”. Schoonmaker Ibrahim, geciteerd in een stuk op Nieuws uit Amsterdam dat ook een mooie foto en links naar een actiesite en naar een video bevat, zegt: “Wij maken dagelijks schoon voor 130.000 reizigers en 60.000 medewerkers op Schiphol. Dus het is niet normaal dat je je eerste uren moet werken alleen al om naar je werk te kunnen reizen, dat je je pauzes moet doorbrengen in smerige kleders, en dat je geen werkzekerheid hebt! Daarom protesteren we.”

Het is een belangrijk soort actie. Laagbetaalde arbeiders in slechte arbeidsomstandigheden en een onzekere werkplek die in beweging komen, juist  in crisistijd. Als deze groep hun eisen binnenhaalt, is dat een opsteker voor andere groepen in verwante omstandigheden, en daarmee voor de héle onderkant van de maatschappij. Op 16 maart komt er een vervolgactie.


Meer steun voor tegendemonstratie tegen Voorpost 1 maart

26 februari, 2009

Goed nieuws: ook de Internationale Socialisten (IS) roepen nu op om deel te nemen aan de tegendemonstratie tegen de fascistische groepering Voorpost, aanstaande zondag 1 maart in Maatsricht. Dat blijkt uit de oproep die – eindelijk – sinds vandaag op de site van de IS staat.

Er is weer eens werkelijk sprake van een een iets bredere steun voor een antifascistisch protest sprake. Doorbraak en Offensief hebben al eerder steun uitgesproken. Geen enorme organisaties, maar alle beetjes helpen.

Zelf besteedde ik herhaaldelijk aandacht aan de demonstratie, voor het eerst op 25 januari. Aan tijd om deze actie van bredere ondersteuning te voorzien heeft het bepaald niet ontbroken, en die tijd – zo wil ik toch kwijt – is niet bepaald door alle relevante organisaties optimaal benut…

Hopelijk komt er ook substantiële deelname vanuit de plaatselijke bevolking zelf. Juist die blijkt steeds redelijk effectief tegen fascisten, zoals onlangs ook weer in Amersfoort. Hoe dan ook: ik zie je, zondag in Maastricht!


Geronimo leeft

25 februari, 2009

Vrijheidsstrijders gaan niet zomaar dood. Je kunt ze vermoorden of laten creperen, ze duiken op de meest onverwachte plaatsen, tijden en manieren toch weer op. Zo blijkt ook de geest van Geronimo nog steeds rond te waren in het land waarop, door landroof en massamoord, de Verenigde Staten zijn gebouwd. Inderdaad, ook een staat zonder bestaansrecht, en om dezelfde reden als die andere koloniale constructie aan de oostelijke Middellandse Zeekust. Maar dit nu even terzijde.

Hoezo waart Geronimo – hij heette eigenlijk Goyathlay trouwens – rond? Welnu, een kleinzoon van deze aanvoerder van een groep Apachen – een stam van oorspronkelijke Amerikanen oftewel Indianen – wil dat het stoffelijk overschot van Geronimo wordt herbegraven. Het ligt nu bij Fort Sill, in Oklahoma, waar Geronimo in 1908 overleed; kleinzoon Harlyn Geronimo wil het stoffelijk overschot naar new mexico brengen, waar een deel van zijn stamgenoten woont. De NRC, die dit nieuws begin deze week bracht, meldt vooral ook dat Harlyn het Skull & Bones-genootschap laat aanklagen. Dat geheimzinnige elitegezelschap, waaro onder meer de twee presdenten Bush lid van waren, zou grafschennis hebben gepleegd op Geronimo’s graf, en er met delen van het overschot vandoor zijn gegaan, als met een soort trofee.

Het NRC-stuk is min of meer serieus van toon, al ontbreken er wezenlijke feiten en veel context. Een paar dagen eerder had ik al een ander artikel over deze zaak gelezen, in de Washington Post. Dat stuk was op neerbuigende en lacherige toon geschreven. Het wees er op, met bijna onverholen genoegen leek het wel, dat de stam van Geronimo – de Chiricahua-Apachen – over de door kleinzoon Harlyn gewenste herbegrafenis verdeeld was. En het maakte een groot punt over de persoon die juridische bijstand en publiciteit aan de zaak hielp geven: Ramsey Clark. Die man was betrokken bij de juridische verdediging van onfrisse leiders als Milosevic en Saddam Hoessein. Maar dat zegt natuurlijk niets over de rechtmatigheid van de vraag of geronimo herbegraven moet worden. Het wekt de indruk alsof de Wshington Post de hele zaak belachelijk wil maken.

In beide stukken ontbreekt wezenlijke achtergrondinformatie. Daarom – en omdat het verset dat de Indiaanse stammen tegen het oprukkende kolonialisme me al heel lang fascineert en inspireert – leek het me aardig om iets meer te vertellen over Geronimo, zijn guerrilla-oorlog en hoe het met hem en zijn stamgenoten is afgelopen.

De Apachen zijn een stam die in de negentiende eeuw leefde in het Zuidwesten van de  Verenigde Staten en het Noorden van Mexico. Hun bolwerken bevonden zich in wat nu Arizona en New Mexico is. Ze voerden een langdurige en bloedige guerrillastrijd om hun vrijheid te bewaren, in een steeds kleiner gebied. Aanvoeders als Mangas Coloradas en Cochiese in de jaren zestig en zeventig van die eeuw werden afgelost door guerrilllero’s als Nana, Victorio en Geronimo zelf. Af en toe heerste er een wankele vrede. Geschonden beloften van de kant van de Amerikaanse autoriteiten, pogingen om Apachen van het ene gebied naar het andere te deporteren, en geruchten over op handen zijnde arrestatie of erger van Apachen die al in een reservaat woonden, leidden keer op keer tot opstanden van groepen Apachen, en herleving van de guerrillastrijd. Geronimo was aanvoerder van de laatste groep die dat deed, halverwege de jaren tachtig van de negentiende eeuw.

In 1885 ontsnapte hij met 25 mannen, 8 jongens en 101 vrouwen – een ander artikel zegt 42 strijders en 92 vrouwen en kinderen – uit het reservaat waar hij woonde. Deze groep hervatte haar guerrillastrijd, met hinderlagen en overvallen, maar tegelijk constant op de vlucht. Het gaat niet aan om de vorm van deze vrijheidsstrijd, want dat was het, te verheerlijken: ‘edele wilden’ bestaan in romans, maar de Apachen waren mensen van vlees en bloed. Hun guerrilla was vaak niets ontziend, ze vielen soldaten aan, maar overvielen, doodden en beroofden ook kolonisten. Wraak vanwege de eindeloze aanvallen op hun grondgebied en hun mensen vormde, naast de onverzettelijke wil om in vrijheid in hun geboorteland te leven, een drijfveer. Als Geronimo’s strijders raketten hadden gehad, dan hadden ze die vast op nederzettingen van Amerikaanse kolonisten afgevuurd, en dan zouden zij vast wel beschuldigd zijn van terrorisme en anti-wit racisme… Aan de wezenlijke rechtmatigheid van het Apache-verzet doet dat allemaal niets af.

Een legermacht van 5000 Amerikaanse soldaten zat Geronimo’s groep al snel op de hielen, en aan de Mexicaanse kant van de grens waren nog eens duizenden Mexicaanse troepen op jacht naar de vrije Apachen. dan waren er nog eens honderden Amerikaanse gewapende burgers naar Geronimo en zijn mensen op zoek. Maar uiteindelijk waren het Apachen die in dienst van het Amerikaanse leger als verkenner werkten, die generaal Crook naar Geronimo’s schuilplaats leidden, in 1886. Geronimo gaf zich over, nadat Crook beloofd had dat hij, na enige tijd van krijgsgevangenschap, met zijn stamgenoten herenigd zou worden.

Maar generaal Crook werd van hogerhand teruggefloten: hij had geen toezeggingen in die geest mogen doen. Geronimo werd intussen bestookt met kwaadaardige geruchten, verspreid door een zekere  Bob Tribolet. Naar alle waarschijnlijkheid werkte hij in samenspraak met louche zakenlieden die rijk werden van oorlog tegen Apachen en die het wel goed uitkwam als Geronimo opnieuw zou ontsnappen. Dat gebeurde inderdaad. Crook werd van zijn bevel ontheven, generaal Nelson Miles opende de jacht. Begin september was het voorbij: Geronimo capituleerde nogmaals. De totale omvang van zijn groep bij overgave: 16 strijders, 12 vrouwen, 6 kinderen.

Nu volgde een episode van smerig verraad. Geronimo en zijn familie werden gedeporteerd, niet naar Fort Sill waar hij uiteindelijk zou sterven, maar aanvankelijk naar Florida. Dat vermeldt de NRC niet, en de Washington Post evenmin. Een kijkje op de kaart laat zien dat het nogal uitmaakt. Van Arizona naar Oklahoma (waar Fort Sill ligt) is nogal een eind: je moet dan eerst New Mexico door, en vervolgens de kop van Texas. Maar om in Florida te komen, moet je vervolgens door Oklahoma, Arkansas, Mississippi en Alabama. De hele afstand tussen de woonplaats van Geronimo’s Chiricahua-Apachen in Arizona, en de plek waarheen ze gedeporteerd werden in Florida,  bedroeg tussen de 2000 en 3000 kilometer.

En waar Arizona een warm maar droog klimaat had, was Florida heet en vochtig. Daar konden Geronimo en zijn overgebleven guerrillero’s creperen, als krijgsgevangenen. Maar niet alleen zij: ook de Chricahua’s die niet aan zijn opstand hadden deelgenomen , en zelfs Apachen die als verkenner de VS hadden geholpen om feronimo te pakken te krijgen, werden afgevoerd naar Florida.

Het was daar akelig, maar het was geen Guantanamo Bay:  de latere perfectie waarmee de VS haar tegenstanders eronder hield was nog niet bereikt. Het juridische foefje om opgepakte echte en vermeende terroristen van hun rechten (vooral van hun recht om arrestatie voor en rechtbank aan te vechten) door ze ‘illegale strijders’ te noemen, was nog niet bedacht, Geronimo en zijn mensen waren ‘gewoon’ krijgsgevangenen. Mishandeling en marteling van deze gevangenen werd niet door legerpersoneel bedreven, maar uitbesteed aan ziektekiemen: Apache-gevangenen stierven aan tering, of wat daaravoor werd aangezien. In 1894 mochten Geronimo en zijn mensen uiteindelijk verhuizen naar Fort Sill, Oklahoma, waar Kiowa- en Comanche-Indianen een stuk van hun reservaat beschikbaar stelden nadat ze hoorden hoe beroerd de Apaxchen eraan toe waren. Daar stierf Geronimo -inmiddels tot het Christendom bekeerd, maar nog altijd krijgsgevangene  – uiteindelijk in 1909.

Terug naar het NRC-stuk. Dat vermeldt wel Fort Sill als plek waar Geronimo uiteindeljk overleed, maar niet de treurige episode van Florida. Het vermeldt hoe Geronimo uiteindelijk een groep van 35 strijders aanvoerde, maar spreekt hier van een “militie”. Dat hij daarnaast ook nog vrouwen en kinderen bij zich had – en dat het woord ‘militie’ in dit verband nogal misplaats was, het was gewoon een deel van zijn stam, vluchtend en onderweg vechtend voor het naakte bestaan – meldt de NRC niet. En dat het nogal merkwaardig is om een verslagen, gebroken en machteloos gemaakte tegenstander nog eens 13 jaar krijgsgevangen te houden, vindt noch de Washington Post, noch de NRC vermeldenswaard.

De poging van Geronimo’s kleinzoon om zijn grootvader herbegraven te krijgen – hoe de precieze toedracht rond stoffelijk overschot en begraafplaaats ook mag zijn – mogen we zien als teken dat, tot op de dag van vandaag, de verzetsgeest die Geronimo zo lang aan zijn achtervolgers hiep ontsnappen, nog steeds leeft onder zijn nazaten. Het is die verzetsgeest die, nu de VS nog steeds wererldwijd doet wat het destijds in het land der Apachen heeft gedaan, zo kei- en keihard nodig hebben. Waar hij ook begraven ligt – Geronimo leeft.

Bovenstaand artikel is mede gebaseerd op: “Geronimo” (biografische schets, op Svenn’s Indian Pages; “Geronimo’s Last Hurrah”, op de website Desert USA; en vooral uit het meesterlijke boek van Dee Brown over de onderwerping van de Indianen in het westen van de VS in de negentiende eeuw: “Begraaf mijn hart bij de bocht van de rivier”, uit 1973 (oorspronkelijke titel: “Bury my heart at Wounded Knee”, 1971). Ik kan er niet naar doorlinken; maar het boek is de gang naar bibliotheek en zelfs boekhandel meer dan waard.


Manchester, Suez, Amsterdam: solidariteit met Palestijnen

24 februari, 2009

Allerlei acties in allerlei landen laten zien dat er een internationale beweging uit  solidariteit tegenover Israël’s onderdrukking van de Palestijnse vrijheidsstrijd is opgekomen. Het is tekenend, en zeer hoopgevend, dat die beweging dóórgaat, ook nu de grote aanval op Gaza alweer een maand achter ons ligt. Enkele voorbeelden.

In Engeland woedt een ware golf van bezettingsacties op universiteiten, gehouden door studenten die daarmee hun solidariteit met Gaza uitdrukken. Dit gaat al weken zo. Op de Universiteit van Manchester is zo’n bezetting al 20 dagen bezig, tegenover een keihard universitair bestuur. Socialist Worker heeft er een artikel over in het nieuwste nummer van deze weekkrant.

Arbeiders in Suez, Egypte, hebben geprobeerd met een staking te verhinderen dat het bedrijf waar ze werkten kunstmest vervoerde naar Israël. Er namen honderd arbeiders aan de staking deel, in een bedrijf waar 800 mensen werken. De directie dwong de stakers weer aan het werk te gaan door ze met ontslag te bedreigen en van het hele personeel vijftien dagen loon in te houden. MR zine brengt het bericht. Het laat zien hoe solidariteit met de palestijnen samengaat met de noodzaak van keiharde sttrijd tegen de eigen onderdrukkers, de kapitalistenklasse in Egypte zelf.

Ja, en dan natuurlijk de prachtige actie van de drie schoenengooiers tegen Israël’s legerwoordvoerder Edelheit, afgelopen zondag in een hotel in Amsterdam! De drie schoenengooiers deden geweldig werk, de Internationale Scialisten (IS) – die trots mogen zijn op deze, in die organisatie actieve mensen  – was op haar best bezig. Op de site van de IS staat een verslag. Ook in Israël zelf is het nieuws doorgedrongen: de Jerusalem Post bericht erover, zoals op het weblog Jews Sans Frontières te lezen is.


Bescheiden antifascistische successen

22 februari, 2009

Antifascisten hebben gisteren een gedeeltelijk succes behaald met acties tegen nazi’s in Amersfoort en Zoetermeer. Intussen groeit de steun voor de demonstratie tegen Voorpost. Zaken hebben er op het  terrein van antifascistische  strijd wel een slechter uitgezien.

De optocht van  de Nederlandse Volksunie (NVU) is prachtig in de wielen gereden, door een paar honderd mensen uit de stad zelf. De zestig neonazi’s die de NVU op de been had weten te brengen, werden niet alleen opeen fluitconcert getracteerd; een blokkade van tegenstanders bezorgde de NVU ook vertraging, omleiding en inkorting van hun optocht. De nederlaag was van hun gezichten af te lezen, zo blijkt uit het aardige verslag op het weblog Laatzenietlopen, dat ook heel handig wat links naar berichtgeving in de media bijeengebracht heeft. Ik hoop trouwens dat deze site ook na ‘Amersfoort’ gewoon in de lucht blijft voor komende activiteiten in deze geest.

Op dezelfde dag hield de Antifascistische Actie (AFA) ook een demonstratie in Zoetermeer, tegen de Nationaal Socialistische Actie (NSA) die daar een soort bolwerk heeft. Aan de AFA-actie deden pakweg 50 mensen mee. De AFA-actie bracht een handvol NSA-lui ertoe om in Zoetermeer te blijven,en dus niet de NVU-mars in Amersfoort te versterken.

 Een commentaar op een eerder weblogstuk van me over deze acties stelt dan ook: “AFA’s strategie om een deel van de neonazi’s in Zoetermeer te houden werkte; dat leidde toteen kleiner aantal neonazi’s in Amersfoorten en arrestaties van neonazi’s in Zoetermeer…” Minder NSA‘ers in Amersoort is mooi – maar er waren dus evengoed minder AFA-mensen in Amersfoort, en dat was spijtig… Want juist de gang van zaken in Amersfoort laat iets zien van hoop voor de strijd tegen het fascisme. Daar werd de echte slag geslagen. Wat daar plaats vond is niet af te doen met het gangbare cliché van extreem-links tegen extreem-rechts. Daar was het een antifascistisch geluid vanuit de bevolking zélf dat de show stal. Het uitbouwen en versterken van dit type van strijd lijkt me een werkelijke weg vooruit.

Intussen zijn we nog krap een week verwijderd van de, hopelijk forse, tegenbetoging tegen de fascistische groepering Voorpost. En ook daarover is goed nieuws. De linkse groep Doorbraak heeft sinds donderdag een oproep op haar website ter ondersteuning aan die tegendemonstratie. Ik werd erg blij toen ik dit zag. Dit begint er uit te zien als een antifascistische mobilisatie die iets breder wordt dan wat we de laatste jaren helaas gewend zijn geraakt.


Pensioenrechten in gevaar

21 februari, 2009

De oudedagsvoorziening van miljoenen mensen loopt gevaar. Dit komt vanwge de economische recessie,of beter gezegd: vanwege de manier waarop de regering de kosten van de crisis af wil wentelen op mensen die zich daar moeilijk tegen kunnen verweren.

Er zijn drie dingen aan de orde: bevriezing of zelfs verlaging van pensioenen; verhoging van pensioenpremie; en verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd. Minister Donner van Sociale Zaken is van plan om pensioenen voor jaren te bevriezen. Dat betekent dat ze niet meer meestijgen met de inflatie. Dat geeft pensioenfondsen dan speelruimte om hun wegens de kredietcrisis tot beneden voorgeschreven waarde gedaalde dekkingsgraad weer oppeilte brengen. De minister geeft die pensioenfondsen daarvoor vijf jaar, in plaats van de voorgeschreven drie jaar, de tijd. Gepensioneerden worden dus feitelijk gekort op hun inkomen (bevriezing bij prijsstijging is netto inkomensdaling).

Maar dit is niet alles: pensioenfondsen die er extra slecht voorstaan moeten misschien zelfs de pensioenen verlagen, of de pensioenpremie verhogen. In het eerste geval betaalt alweer de oudere, in het tweede geval de toekostige oudere, de werkende mens van nu. Dit alles omdat de fondsen pech hebben gehad met hun beleggingen. Alsof dat de schuld is van gepensioneerden en arbeiders…

En dan leven er her en der ook ideeën om de pensioengerechtigde leeftijd te verhogen, van 65 naar 67 jaar of zelfs hoger. Die discussie speelt al langer: zo’n maatregel zou helpen o meer mensen aan het werk te houdenvanwege dat opgeklopte angstbeeld, de ‘vergrijzing’. Maar met de huizige crisis zie sommigen er ook een prachtig bezuinigingsmiddel in:hogere pensioenleeftijd, inder mensen die AOW en pensioen krijgen, goed voor staat (die AOW betaalt) en pensioenfondsen(die de pensioenen uitkeren).

Maar in crisistijd – met dreigende weikloosheid – betekent hogere pensioenleeftijd: meer mensen op een arbeidsmarkt die voor het huidige aantal werkzoekenden al te weinig banen heeft. Zo verhoog je de werkloosheid door ouderen geen AOW meer te bieden, maar uitzicht op bijstand. Het idee van een hogere pensioenleeftijd gonst al binnen meerdere politieke partijen. Maar dat dit plan uitgerekend ook in het CNV – een organisatie die toch als vakbeweging door het leven gaat – serieus wordt besproken, geeft toch wel te denken. Met zulke bondgenoten hebben arbeiders nauwelijks nog vijanden nodig.

De helesantekraam van plannen om de oudedagsvoorzieningen af te breken vraagt om een luid, duidelijk en vooral voelbaar néé. Beginnetjes ervan zijn er: ouderebnbonden zijn niet blij met de plannen van Donnerrn vragen deregering om compensatie dan wel garantie van de pensioenhoogte. Agnes Kant, fractieleider van de Socialistische Partij spreekt van “pensioenroof” en zegt “de ouderen draaien voor een te groot deel op voor de gevolgen van de economische recessie.” Ware woorden. En Agnes Jongerius, voorzitter van de vakbondsfederatie FNV, waarschuwde de regering alenkeleweken eerder om niet aan de pensioenleeftijdte komen als ze geen arbeidsonrust wilde. Ze wees hierbij subtiel op stakingen in Frankrijk, een scenario dat de regering toch wel liever zou vermijden,zo was de ondertoon. 

Grootschalige stakingsacties en demonstraties gaan we inderdaad nodig hebben om onze sociale zekerheid – in dit geval onze pensioenvoorzieningen – te verdedigen. In Ierland late mensen zien hoe zulke actie eruit kan zien. Daar zijn vandaag tegen de 120.000 mensen wezen demonstreren. Doel: een protest te laten klinkten tegen de plannen van de Ierse regering om  de crisis te bezuinigen, onder meer door te bezuinigen op, inderdaad,de pensioenen.


Antifascisme á la carte

20 februari, 2009

De menukaart voormensen die iets tegenhet opkomend fascisme willen ondernemenbiedt volop variatie. Nazi’s marcheren zowel op 21 februari als op 1 maart; antifascisten houden tegen beide optochten een tegenactie, en gaat bovendien zelfop 21 februari elders een betoging houden.

Op 21 februari heeft de Nationale Volksunie (NVU), een neonazi-partijtje, een mars aangekondigd in Amersfoort. Vanuit de Antifascistische Aktie (AFA) is een oproep gedaan aan de bevolking om hier ter plekke luidruchtig tegen te protesteren. Dit onder het motto: “laat ze niet lopen”, tevens de titel van een voor de gelegenheid in het leven geroepen actie-weblog waar berichtgeving rond nazi-mars, tegenactie en eerdere NVU-optochten verzameld is.

Maar op dezelfde dag heeft AFA ook een eigen demonstratie, en wel in Zoetermeer. Het motto is: Stop racisme, geen vrijplaats voor nazi’s! Dat laatste slaat mede op het feit dat Zoetermeer een plaats is waar de Nationaal Socialistische Actiegroep (NSA), ook een nazi-splinter, in diet plaats min of meer haar thuisbasis heeft. AFA DenHaag heeft meer gegevens op haar site, evenals AFA landelijk.

En dan iserde belangrijkste actie in deze reeks: de hopelijk grote tegendemonstratie tegen de fascistenclub Voorpost. Die wil, gesteund door geestverwanten uit België (Vlaams Belang), een optocht houden. Antifascisten roepen op tot een tegenbetoging; op het weblog Stopvoorpost lees je wat, hoe en waarom.

Tot zover een klein overzicht; nieuws van dit front vindt je natuurlijk ook steeds via Indymedia. Het hele beeld vraagt echter om wat commentaar.

Het is goed dat er tegen de her en der opduikende fascistische splinters – NVU, NSA, Voorpost – actie op straat gevoerd wordt. Deze groepjes zijn niet zo ongevaarlijk als hun nogal belachelijke uitdossing – een kruising tussen de kledij van een buiten de prijzen gevallen carnavalsvereniging, een wegens wansmaak failliete feestwinkel en een beroerd operettegezelschap – kan doen vermoeden. Fascistische optochten – ik weiger dit soort  acties demonstraties te noemen – verspreiden hatelijk vergif, en dienen tegelijk als plek waar uiterst rechts zelfvertrouwen wint en haar netwerken kan verstevigen en uitbouwen. Als dit ongestoord kan plaatsvinden, groeit dit soort politiek aan kracht, en dan vergaat ons het lachen voor we er erg in hebben. Tegenacties hebben nut, ze zijn noodzakelijk, een links dat deze noodzaak negeert of verwaarloost is een nalatig links.

Daar komt bij dat de nazi-activiteiten niet in een vacuuum plaatsvinden, maar in een politiek klimaat waarin uiterst rechts een onrustbarende kracht en uitstraling heeft. Wilders en zijn PVV – die geen gewoon rechts-liberalisme of conservatisme, maar wel degelijk een vorm van fascisme vertegenwoordigen – staan er in peilingen goed voor, al wekenlang flink boven de 20 zetels. Nee, Wilders en de neo-nazi-splinters zijn geen vrienden. Maar tegenover migranten, links en alles wat serieus democratisch is staan ze aan dezelfde kant. En de door Wilders mee aangejaagde rechtse atmosfeer biedt het klimaat waarin neonazi’s kunnen gedijen.

Het kort houden van hun clubjes en optochtjes is dus wel degelijk onderdeel van een serieuze strategie tegen opkomend fascisme. Als de straatbendes-in-spe, NVU en NSA, meer geaccepteerd worden, vervalt immers een hoofdreden van Wilders om er niets mee te maken te willen hebben. Die reden ligt in de slechte PR die contact met zulke clubs hem oplevert. Zo heel groot is de inhoudelijke afstand op zichzelf niet. Hoe meer neo-nazi’s hun gang kunnen gaan zonder strijdbare oppositie tegen te komen, hoe groter de kans dat de afstand die het Wilders-fascisme van zulke clubs houdt, kleiner wordt. En dan heb je de contouren van de fascistische beweging die én een parlementaire én een paramilitaire vleugel aan het opbouwen is, een angstaanjagend scenario. Antifascistisch protest tegen de fascistische splinters is één van de dingen die nodig zijn p dit tegen te gaan.

Maar het is wel zaak om dit effectief te mak en prioriteiten te durven stellen. De actie tegen Voorpost is, juist vanwege de mogelijk vrij serieuze omvang van de Voorpost-mars zelf, van groot belang. De actie van 21 februari tegen de NVU is ook belangrijk, al denk ik wel dat die energie wegtrekt van de aanloop naar 1 maart.

Het feit dat antifascisten hun initiatief op 21 februari versnipperen tussen Zoetermeer en Amersfoort is echter niet handig. De aanpak rond Amersfoort – inzetten op actie vanuit de bevolking zelf – vind ik zeer positief. Maar die aanpak eist aandacht, geconcentreerde inzet van antifascisten met inzicht en ervaring. En dat veel van die mensen die dag gaan betogen in Zoetermeer, maakt het werk in Amersfoort er niet makkelijker op. Ik denk dat linkse activisten, juist in een situatie waarin we met weinigen zijn, kéúzes moeten durven maken. De keuze komende weken zou wat mij betreft zijn: stop Voorpost als belangrijkste actie, en op de 21ste februari voorrang voor Amersfoort.

En nog iets, ter overweging.Ik noem tegendemonstraties tegen fascistisch splinters ónderdeel van een br’édere antifascistische strategie. De neiging om er echter de kern van te maken, is onjuist. Het is Wilders en zijn PVV die volgens mij de spil vormt van ee werkelijk serieus fascistisch gevaar. Hoe we dáártegen een effectieve vuist maken? Ik ben er niet uit. Maar ik vind dat voor dat onderwerp in antifascistische kringen veel en veel te weinig aandacht bestaat.


Actie tegen Wilders-bijeenkomst: deze thuisblijver had ongelijk

17 februari, 2009

Nee, ik was er dus niet bij, gisteravond in Waddinxveen waar mensen protesteerden tegen een bijeenkomst van Wilders met mensen uit zijn achterban. Ja, ik was over de aanpak van dat protest niet zo positief (al was dat niet de hoofdreden waarom ik er niet bij was, ik had gewoon ook een andere afspraak). Uit het verloop van de actie blijkt dat ik veel te sceptisch was, ik had het mis. Deelname aan de actie was bepaald niet verkeerd.

De actie zelf bracht, zoals te verwachten viel gezien de locatie (geen grote stad, niet centraal gelegen) en het tijdstip (rond etenstijd op een doordeweekse dag) geen grote aantalen mensen op dde been. Een verslag van Doorbraak, één van de organiserende groepen,noemt 40 als aantal actievioerders; een verslag op Nu.nl houdt het op 20. De actievoerders  stonden er met borden, megafoon en veel geluid. Media-aandacht voor het protest was er volop. Dat bleek uit het Nu.nl-verslag  van Wilders-bijeenkomst én protest; het verslag gaat vergezeld van een fotoserie; drie van de zes foto’s bevatten duidelijke beelden van actievoerders met leesbare borden. Ook TV was aanwezig: ik zag een reportage op Netwerk, waarin een nogal treurige Wilders-aanhanger aan het woord kwam, maar ook een zelfbewuste actievoerder tegen Wilders te horen was.

En er waren – tegen mijn verwachting in – nogal wat omstanders. Juist omdat ik vreesde voor een vrijwel lege straat, leek het meenemen en uitdelen van pamfletten me nogal zinledig. Maar die vrees bleek ongegrond. Hetzelfde gold voor mijn zorg dat het protest zo getoonzet wzou zijn dat Wilders er weer zijn theaterstuk ‘Ik, dappere vervolgde voorvechter van het vrije woord’ van extra aandacht kon voorzien. Het protest was vol terechte woede, maar op geen enkele manier weg te zetten als persoonlijk agressief.

Wilders is meer van dit soort bijeenkomsten met zijn supportersvereniging (partijen hebben  méér leden dan alleen de leider,  en dat heeft de PVV niet) van plan. Als de actie van gisteren model staat voor komende acties in deze geest, denk ik dat deelname zinvol is: groter is immers beter dan kleiner.

Maar er blijft wat wringen. Een deelnemer verwoordt  in een herkenbaar en mooi, als commentaar geschreven, verslag op Indymedia het wat dubbele gevoel dat mij ook bekruipt. “Als conclusie vraag ik me af of  dit de manier is om Wilders te bestrijden. Ik denk dat als we als beweging een sterke vuist willen maken tegen zijn neoliberale en racistische gezwets, dat we dan na moeten nadenken over  de tactieken die we gebruiken.” Deze actievoerder noemde eerder onder meer de toespraakjes, waar volgens het voor  mensen buiten de linkse beweging vaak nogal onverstaanbare taalgebruik gehanteerd werd, als zwakke plek. Dat dóet er inderdaad toe, vind ik, want we zullen juist brede bevolkingsgroepen die in geen enkel contact staan met de kleine en verbrokkelde radicaal-linkse bewegingen moeten bereiken. En dan is het zaak om vertaanbaar te communiceren.Tegelijk vond deze actievoerder de actie wel degelijk de moeite waard.

Over hoe het beter moet moeten we nadenken, want dat acties van enkele tientallen mensen de aanzwellende kracht van Wilders en zijn PVV – 25 zetels in een peiling! – op zich niet gaan breken, lijkt me evident. Maar  een tegengeluid van tientallen, met weerklank via media, is beter dan geen tegengeluid.


Referendum Venezuela: een welkome uitslag

16 februari, 2009

De berichtgeving over de uitkomst van het referendum dat gisteren in Venezuela gehouden werd, heeft weer lachwekkende trekjes. Dat referendum ging over de vraag of de beperking van het aantal termijnen dat iemand zich verkiesbaar mag stellen voor het presidentschap, moest wordne opgeheven. Zo ja, dan betekent dit dat de huidige president Chavez zich opnieuw kandidaat mag stellen. Ruim 54 procent stemde voor deit voorstel. Chavez kan zich dus opnieuw verkiesbaar stellen.

Het is een doodgewoon democratisch principe dat hier wordt doorgevoerd: mensen stemmen op de kandidaat die ze kiezen, zo vaak zij dat willen. Kandidaten vragen de stem van kiezers, zo vaak zij dat willen. Tussen deze band tussen kiezers en kandidaten hoort geen enkele legale beperking gestopt te worden. De gevaren van eindeloos door dezelfde persoon beklede machtsposities – en die onderken ik – vergen een ander soort aanpak. Maar niemand dient mij te beletten op de kandidaat van mijn voorkeur te stemmen, enkel en alleen omdat die kanddaat de baan al twee termijnen heeft gedaan. Het is dan ook niet zozeer Chavez die het referendum heeft gewonnen, zoals bijvoorbeeld de Volkskrant zegt: het zijn de kiezers zelf, wiens democratische rechten worden erkend en versterkt.

Maar kijk hoe krantenkoppen het brengen!  Een voorbeeld. Hier is de NRC: “Chavez oneindig herkiesbaar in Venezuela”. Oneindig maar liefst: Chavez heeft met het referendum zelfs de onsterfelijkheid weten te bereiken, zodat er waarlijk geen einde aan zijn presidentschap kan komen. En het klinkt heel dramatisch, nietwaar? “Balkenende oneindig herkiesbaar in Nederland” is de huidige situatie alhier, volgens deze logica: zolang hij wil als lijsttrekker, en zolang voldoende kiezers het CDA blijven steunen, zal hij kabinetten blijven leiden. Maar niemand vindt dat een alarmerende krantenkop waard.

Chavez is logischerwijze blij met de uitkomst: hij kan nu het project dat hij de Bolivariaanse Revolutie noemt, de vestiging van een ‘socialisme van de 21ste eeuw’, doorzetten zolang kiezers hem daarin steunen. Ik ben ook blij met de uitslag: in dit soort referenda – het was niet het eerste in Venezuela – staan immers aan de ene kant de lagen van de bevolking die  meer gelijkheid willen en de progressieve hervormingen die onder het presidentschap van Chavez tot stand zijn gekomen willen verdedigen en uitbouwen. Aan de andere kant staat de oude elite en haar aanhang, de grote ondernemers die onder president Chavez de rechtstreekse politieke macht goeddeels kwijt zijn geraakt maar via economische macht en eigendom van de meeste media nog over enorme invloed beschikken. Zij willen van Chavez af, maar vooral van de hervormingen die er gekomen zijn, van de groeiende kracht van de bewegigen van arme boerden en krottenbewoners en arbeiders. Zij willen terug naar de tijd toen de rijken het voor het zeggen waren, en de armen gewoon hun werk deden  (als ze geluk hadden) en verder hun kop hielden.

Zij hoopten dat de beperking op het aantal ambtstermijnen was blijven bestaan. Dan zouden ze bij de volgende presidentsverkiezingen hun kandidaat in stelling hebben kunnen brengen, niet tegen de nog steeds populaire Chavez, maar tegen een relatief onbekende geestverwant van hem. Dan had de rechtse oppositie, gebruikmakend van de desillusie die een deel van de aanhang van Chavez wel degelijk heeft, een kans gemaakt op herovering van de macht via de stembus. Nu is die kans veel kleiner, en ik vind dat een goede zaak. Het referendum is uitgedraaid op een welkome overwinnig van links, van de arme meerderheid van de bevolking en degenen die voor de rechten en belangen van die bevolking opkomen.

De uitslag van het referendum is dus positief, en biedt kansen voor links – maar ook gevaren. Want er is wel degelijk een probleem met een sociaal veranderingsproces dat zo sterk gesymboliseerd wordt door één persoon dat het lijkt of het succes ervan staat of valt met die ene persoon, Chavez zelf. Het is zaak om, terwijl Chavez wellicht nogmaals president wordt, bewegingen te versterken die krachtig en zelfstandig genoeg optreden om radicalere sociale veranderingen door te zetten, óók als Chavez aarzelt of teveel concessies doet aan de odernemers, óók als het bureaucratische ambtelijke apparaat waarvan Chavez zich teveel bedient, de strijd van de armen afremt, en óók als Chavez er ooit – vanwege verloren verkiezingen of anderszins – niet meer is. De NRC mag geloven in het oneindige voortbestaan van de man, linkse mensen weten hopelijk beter. In dat proces van machtsvorming van onderaf, in fabrieken, volkswijken en op het platteland, zullen dan ook aanvoerders naar voren komen die de beweging een gezicht helpen geven.

Zo wordt Chavez geleidelijk minder onmisbaar, minder belangrijk, hoe vaak hij ook nog als president herkozen zou worden. En het is dat proces van machtsvorming van onderaf dat wezenlijk is wil de Bolivariaanse Revelutie ooit echt worden wat het nog lang niet is: een socialistische revolutie.