Wederom afwegingen rond Libië

5 april, 2011

dinsdag, 5 april

De Westerse interventie in Libië – de no-fly zone, de luchtaanvallen, en VN-resolutie 1973 die er de grondslag in het internationaal recht voor legde – was verwerpelijk, is verwerpelijk en blijft verwerpelijk. Het schadelijke effect – de eerste week nog slechts in beperkte mate aanwijsbaar – wordt per dag, per luchtaanval, duidelijker. Het blijft nodig om daartegen stelling te nemen, dat dient echter dan wel met adequate argumenten te gebeuren, waarbij solidariteit met de opstanden in de regio – nadrukkelijk óók met de Libische opstand – een centrale plek verdient.

Lees de rest van dit artikel »


Ivoorkust: verkiezingscrisis en interventiedreiging

17 december, 2010

Aan de oorzaken van de groeiende spanning in het door verkiezingsruzie verscheurde Westafrikaanse land Ivoorkust heeft zich een nieuwe factor toegevoegd: het gevaar van Westerse interventie. President Sarkozy van Frankrijk dreigt met Europese economische sancties als de zittende president Gbagbo niet snel plaatsmaakt voor Ouattara. Die heeft de presidentsverkiezingen gewonnen, volgens de kiescommissie.

De VN erkent de uuitslag als rechtmatig. Maar Gbagbo beroept zich op een uitspraak van het Consitutionele hof. Die heeft een deel van de uitslagen ongeldig verklaard, waarmee de overwinning toch aan Gbagbo zou zijn. Die houdt zich intussen aan de macht vast via de steun van leger en politie. Aanhangers van Ouattara die demonstreerden om hem de regeringsgebouwen binnen te krijgen, botsten met veiluigheidstroepen van Gbagbo. Er vielen doden, minstens 4 en mogelijk 20. Volgens een woordvoerster van Gbagbo waren van die 20 er 10 gevallen onder de demonstranten, en 10 onder de veiligheidstroepen. Erg geloofwaardig lijkt dat niet: als soldaten en betogers sl;aags raken, plegen verreweg de meeste doden aan de kant van de betogers te vallen.

Waar gaat het conflict om? Een vraag- en-antwoord-artikel en een profiel van het land, allebei van de BBC, geven wat achtergronden. Er is al vele jaren spanning in het land, langs etnische en regionale lijnen. Het belangrijkste exportproduct is cacao, en jarenlang was op basis daarvan een flinke economische bloei. Migranten uit buurlanden trokken daarom ook naar het land. Dat waren veelal mensen uit Burkina Fasso en Mali. Politici als Gbagbo speelden in op stemmingen tegen deze mirganten, en beriepen zich op een ‘zuivere Ivoriaanse identiteit’. Een soort eigen-volk-eerst-nationalisme hielp het politieke klimaat te vergiftigen.

Dit sloot aan bij al bestaande tegenstellingen. Het Zuiden wordt vooral bewoond door christenen, het noorden door moslims. Mensen in het noorden, met name migranten, zeggen dat ze gediscrimineerd worden, en helemaal onzin is dat kennelijk niet. Mensen die uit niet-Ivoriaanse ouders geboren zijn klagen dat ze geen identiteitspapieren krijgen. Ouattara zelf, een moslim uit het noorden, is weliswaar eerder premier geweest. maar omdat beweerd werd dat zijn ouders uit Bourkina Fasso kwamen, mocht hij aan eerdere presidentsverkiezingen niet meedoen als kandidaat.

Politici uit het Zuiden – Gbagbo, en voor hem ook al de presidenten Guei en Bedi, hanteerden en stimuleerden de afkeer van noorderlingen en migranten. Protesten daartegen leidden in 2002 tot een opstand van mensen uit het noorden. Er vond een muiterij in het leger plaats, soldaten trokken naar Abidjan, het machtscentrum. Gbagbo, sinds 200o president, behield zijn baan slechts doordat Franse troepen de opstandelingen tegenhielden. In de jaren erop vond een burgeroorlog plaats, en was het land feitelijk in tweeën gedeeld.

De presidentsverkiezingen van dit jaar vormden een onderdeel een vredesproces met 8000 VN-soldaten als begeleiders en toezichtshouders. Uit de bloedige botsingen van deze week blijkt dat dit proces het conflict niet heeft opgelost. Verkiezingen tussen twee politieke krachten met regionale en religieuze basis werken ook niet vredestichtend, als de politieke conflicten precies langs die regionale en religieuze lijnen worden uitgevochten. Je bereikt er vooral mee dat leiders uit noord en zuid hun achterbannen achter zich scharen, en dat die vervolgens lijnrecht tegenover elkaar blijven staan. Wat je er vooral mee meet is hoe groot beide bevolkingsgroepen zijn, en welke leiders kiesgerechtigden uit ‘zijn’ bevolkingsgroep het beste naar de stembus heeft weten te praten.

Dat Ouattara de verkiezingen heeft gewonnen wil ik best geloven. En ik vind het logisch dat zijn aanhangers die overwinning dan ook via straatprotest opeisen. Dat zouden ze moeten kunnen doen zonder door Gbagbo’s troepen te worden neergeschoten. Diens macht berust op aangejaagde nationalistische haat tegen noorderlingen en migranten, en op hard militair geweld. Zijn vertrek zou welkom zijn.

Dat maakt echter de oppositie nog niet tot kracht die werkelijk iets te bieden heeft aan de meerderheid van de bevolking. Ook die oppositie voert haar politiek langs regionale lijnen, noord tegen zuid in plats van zuid tegen noord. In beuide kampen gata het om mensen uit de elite die macht willen veroveren en behouden op basis van steun van de arme mensen uit de ‘eigen’ regio. Het is allemaal elitepolitiek.

En waar Gbagbo leger, politie en constitutioneel hof achter zich heeft, daar heeft Ouattara kennelijk sympathie in het zakenleven; de Kamer van Koophandel heeft haar leden opgeroepen om geen belasting meer te betalen, hetgeen zich vooral tegen de zittende machthebbers, Gbagbo en zijn mensen, richt. Al kunnen we er ook een reactie in zien op een situatie waarin de macht zo chaotisch geregeld is dat belastingbetalen een tamelijk zinloze zaak is. De baas van die organisatie zegt dat belastingbetalen, in een situatie waar er feitelijk twee besturen functioneren, niet mogelijk is.

In deze situatie, met één kant die als onderdrukker optreedt om aan de macht te blijven, een andere kant die daar tegenin gata maar daarmee nog geen beter alternatief biedt, voeren Westerse mogendheden de druk op. Dat verdient te worden afgewezen. Frankrijk als land dat zich breed maakt  voor de democratie in Ivoorkust is sowieso al lachwekkend ongeloofwaardig. Frankrijk was de voormalige koloniale macht, en kolonialisme is principieel al in strijd met democratische beslissingsnmacht van een bevolking. Frankrijk was verder het land dat met militair ingrijpen de val van Gbagbo in 2002 voorkwam: de huidige crisis is mede een product van eerdere Franse militaire interventie. En uitgerekend Sarkozy, die met zijn verhoging van de pensioenleeftijd dwars inging tegen een brede meerderheid van de bevolking in Frankrijk, en het protest met de harde hand van de oproerpolitie te lijf liet gaan,  heeft al eerder laten zien weinig respect voor meerderheden te hebben. Zijn lesje democratie is dan ook vooral een demonstratie van hypocrisie. Zijn zorg over de stabiliteit in het land kan best oprecht zijn. Rust en orde in wat wereldwijd de grootste bron van cacao-export is ter wereld, is immers goed voor het zakenleven. En in dat leven vindt Sarkozy zijn beste vrienden. Maar dat is iets anders dan zorg over democratische vrijheid.

Elitepolitiek, uitgevochten met de wapens in de hand; internationale dreiging met interventie; er vrolijk word je er niet van. maar ook in Ivoorkust zijn er krachten die een andere kant op kunnen duwen. Het land kent vakbonden, en heeft nu en dan uitbarstingen van stevige arbeidersstrijd en aanverwant protest gekend. Via Labourstart vond ik enkele voorbeelden. Zo vond in april van dit jaar een staking in de transportsector – taxi’s en bussen, maar ook trucks die ex[port[product cacao vervoerden –  plaats tegen hogere brandstofprijzen. Die werden vervolgens inderdaad verlaagd, waarna de staking werd beëindigd. Het jaar daarvoor was er een havenstaking die 15 dagen duurde. Zulk soort strijd biedt het uitzicht dat door interventiedreiging en verkiezingsimpasse geblokkeerd wordt, maar des te harder nodig is.