Universiteiten beramen een oorlogsverklaring aan de studenten in Nederland. Trouw meldt vandaag dat er een overleg is geweest van de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten, VSNU, in Parijs, in een vijfsterrenhotel om preciezer te zijn. Niet elke universiteit staat helemaal achter wat uit die vergadering is gekomen. “Maar ‘op hoofdlijnen is er steun voor de gekozen benadering’, meldt het verslag van de Parijse vergadering.” Men vergadert morgen verder, klaarblijkelijk in datzelfde vijfsterrenhotel. Betalen die bestuurders dat reisje en luxe verblijf trouwens zelf?
Wat zijn de plannen? De kern, dikgedrukt aan het begin van het Trouw-bericht: “De Universiteiten willen de studiebeurs afschaffen. Voortaan moeten alle studenten hun studiegeld lenen, vinden zij. Daarnaast willen zij van bijna de hel;ft van alle studenten een hoger collegegeld vragen.” Dat hogere collegeleld zou moeten gelden voor studenten waravoor universiteiten geen overheidsvergoeding krijgen, studenten die langer dan voorgeschreven over hun studie doen bijvoorbeeld. In totala zou dat 44 procent van de studenten raken. Universiteiten zouden vrij moeten zijn hoe hoog het collegegeld voor deze studenten wordt. Bovendien willen universiteiten een studentenstop. “Vanaf 2012 zou het aantal universitasire studenten niet meer mogen groeien. KOmen er meer studenten bij, dan moeten die naar het HBO.”
De reden voor dit alles is: bezuinigingen op universiteiten proberen te voorkomen of te compenseren. In plaats van bezuinigingen op de universiteiten komen bezuinigingen op degenen die aan die universiteiten studeren. Het is een frontale aanval op inkomens, de bestaanszekerheid en toekomstperspectieven van tienduizenden mensen, nu en in de toekomst. Zo hopen universiteitsbesturen bezuinigingen op de instellingen te voorkomen, door ze door te schuiven naar studenteninkomens. De ene bezuiniging wordt ingewisseld door een andere, zeker zo kwalijke. Er zijn sowieso enkele conclusies uit te trekken, belangrijk voor wat studenten en sympathisanten nu te doen staat.
1. Universiteitsbestuurders zijn geen medestanders in het gevecht tegen bezuinigingen. Het zijn, zoals nu weer blijkt, tegenstanders. Het ene moment agersren ze tegen bezuinigingen op universitaire instellingen, en moedigen mensen zelfs aan tot – keurig en tam – protest; het volgende moment steken ze studenten een mes in de rug door met studentenstop, collegegeldverhoging en afschaffing van studiebeurs te wapperen.
Tijdens een bezettingsactie van studenten in Utrecht op 9 februari zei een woordvoerder van de actievoerders over het College van Bestuur (CvB) aldaar nog: “we vragen ons af of zij wel aan onze kant staan.” Dit omdat het CvB het plan om studenten die hun studietijd oversachrijden extra zote laten betalen. Mocht er nog onduidelijkheid bestaan, dan weten we nu: het antwoord op de vraag is néé. Elke pose van vriendelijkheid richting colleges van bestuur is nu misplaatst. Wie oorlog wil kan oorlog krijgen.
2. Elke schijn dat die veelgeprezen ‘kenniseconomie’ hoog genoteerd staat bij universiteitsbestuurders is precies dát: schijn. Ik geloofde al niet dat ‘de kenniseconomie’ zo’n nobel streven was. Kenniseconomie draait erom dat bedrijven en instellingenkunnen beschikken over hoogopgeleid personeel, zodatde productiviteit in die bedrijven mazimaal wordt opgevoerd en de concurrentiepositie op de internationale markt zo sterk mogelijk is en blijft. Studenten zijn in dit concept geen mensen wiens ontplooiing zelf een doel is, wiens keuzes uuitgangspunt zijn – zoals ieders menselijke keuzes sowieso uitgangspunt in een menselijke maatschappij dienen te zijn. Studenten zijn in dit concept personeel-in-opleiding, instrumenten voor het winstbejag van bedrijven, de personeelsbehoeften van instellingen.
Maar nu blijkt dat ook universiteiten die hele ‘kenniseconomie’ aan hun laars lappen als het uitkomt, door studenten doodleuk door te verwijzen naar het HBO, door de toegankelijkheid van universiteiten af te breken, door studenten op steeds hogere kosten te jagen. Het hele idee dat studenten samen met onderwijsinstellingen strijd moeten voeren voor ‘de kenniseconomie’ wás al verkeerd. Nu universiteiten met deze oorlogsverklaring zwaaien is er nog een extra reden om deze pretentie te laten vallen. Laten we van nu af aan eenvoudig strijd voeren voor studenteninkomens, voor vrije toegang tot het onderwijs, en in het verlengde daarvan voor onderwijs waarhet draait om ontplooiing, vrije overdracht van kennis maar vooral vrije ontwikkeling van menselijke mogelijkheden. Kenniseconomie is hún economie, terwijl het zou moeten gaan om óns onderwijs, ónze wereld.
Het is zaak de dreigende maatregelen met stevige hand af te slaan. Er zijn al eerder studentenbezettingsacties geweest. Herhaling van zoiets – en er zijn allerlei locaties denkbaar – is wel het minimum, en herhaling en uitbreiding van die herhaling evenzeer. Studenten van elke afzonderlijke universiterit kunnen nu met hele goede redenen eisen dat zo’n universiteit zich tegen deze plannen uitspreekt. Die eis kan dan met harde druk kracht bijgezet worden. Een universiteitsbestuur dat haar studenten wil helpen uitknijpen, dient te voelen dat daar een prijs op staat: onrust in de tent, onbestuurbaarheid. Een regering die langs deze weg haar bezuinigingsdoelen binnen kan halen, met medeplichtigheid van VSNU en CvB’s, over de ruggen van studenten, dient beantwoord te worden met het opstoken van onregeerbaarheid. Dat Plein in Den Haag mag best omgevormd worden tot Tahrir-plein, en elke stad mag best een Pearl Rotonde krijgen.
Er zijn eerder dit jaar al diverse acties gevoerd die laten zien dat studenten hier en daar opstandig worden. Er zijn aankopingspunten voor veel méér. Er was de studentenmanifestatie van 21 januari in Den Haag, met 15.000 deelnemers en een strijdbare toegift opo het Plein en voor de deuren van het ministerie van onderwijs. Er was een meerdaagse bezettingsactie in Utrecht. Er zijn diverse netwerken en initiatieven van studenten die meer willen: de Kritische Studenten Utrecht bijvoorbeeld. Op de website van die groep staan ook weer adressen van initiatieven in andere plaatsen. Daar is onder meer te zien dat er geestverwante initiatieven zijn in Arnhem/Nijmegen, in Twente, in Amsterdam . De groepen in Twente en Arnhem/Nijmegen hebben de oorlogsverklaring al opgepikt en aandacht gegeven op de betreffende websites. Hopelijk wordt dit voorbeeld snel nagevolgd, en zal het gonzen van het nieuws snel overgaan in daadwerkelijk verzet.