Chicago, terrorisme en ‘terrorisme’

20 mei, 2012

maandag 21 mei 2012

In Chicago zijn ernstige aanwijzingen gevonden voor terroristische activiteiten. Het gaat daar om voorbereiding van politiek geweld van levensbedreigende aard. Gelukkig is er meteen op grote schaal ingegrepen om althans op het gevaar te wijzen. Ik doel hierbij niet op de drie jonge mannen die opgepakt en in staat van beschuldiging gesteld zijn omdat zij een aanslag op het hoofdkwartier van president Obama en op de ambtswoning van burgemeester Emanuel in voorbereiding zouden hebben. Daarover later in dit stuk meer. Nee, ik doel op een veel grootschaliger terroristische dreiging, eentje die onder de aandacht is gebracht maar helaas nog niet onschadelijk is gemaakt. Lees de rest van dit artikel »


Oorlogsdreiging rond Iran, wederom

4 januari, 2012

woensdag 4 januari 2012

Niet voor het eerst is er sprake van hoge spanning tussen Iran en de Verenigde Staten. Er is weer eens sprake van “snel stijgende spanning”, van “dreiging”, van “wapengekletter”. Opmerkelijk – alhoewel, zijn we nog verbaasd over zoiets? – dat de als schuldige weer eens vooral Iran wordt aangewezen, en niet de VS. Toch is het in hoge mate – niet uitsluitend maar wel in hoge mate – de VS, en de Westerse machtspolitiek sowieso – die keer op keer voor confrontatie en oorlogsdreiging met Iran zorgt. Lees de rest van dit artikel »


Commercie, marteling en medeplichtigheid

1 september, 2011

donderdag 1 september

De Verenigde Staten hebben zich op grote schaal schuldig gemaakt aan ontvoering van gevangenen in de zogeheten ‘oorlog tegen terrorisme’, afgekondigd na de aanslagen van 11 september 2011. Die gevangenen werden dan in geheim vluchten naar detentiecentra gebracht in anden waar ze hardhndiger verhoord konden worden dan in de VS met haar restanten van rechtsbescherming en een vleugje min of meer onafhankelijke media realistisch werd geacht. Platter gezegd: in andere landen konden ze harder gefolterd worden dan in de VS zelf, vandaar dat ze naar die andere landen versleept werden. Lees de rest van dit artikel »


Beste mevrouw Sap

21 februari, 2011

Beste mevrouw Sap,

Enige weken geleden besloten u en uw GroenLinks-fractie in de Tweede Kamerfractie om steun te verlenen aan een zogeheten politietrainingsmissie in Kunduz, Afghanistan. Ik was met dat besluit niet blij: de politie is een instrument van de corrupte, autoritaire president Karzai, een regime dat helemaal geen steun verdient. Het politiewerk is bovendien paramilitair van karakter, korter gezegd: politieagenten voeren daar zo ongeveer oorlog. Het gebied wordt bovendien steeds onveiliger, er woedt daar gewoon oorlog. De ‘politietrainers’, voor een flink deel soldaten,  lopen daar aanzienlijk risico’s, en helpen mee aan één van de verkeerde kanten in een oorlog waarin geen van de gewapende kampen de goede kant vertegenwoordigt. Ik vond en vindt oorlogsdeelname, want daar komt de missie op neer, volstrekt verkeerd.

Die mening van mij zal u ongetwijfeld niet hebben bereikt, en nog minder hebben bewogen. Ik ben maar een klein subversief bloggertje, nietwaar? En ik stem niet op uw partij bovendien. Maar een meerderheid in uw partij was ook tegen de missie. Een partijraad sprak zich in meerderheid in die zin uit. Maar ja, meerderheid of niet, de Kamerfractie, zo werd ons duidelijk gemaakt, heeft een ‘eigen verantwoordelijkheid’.

Misschien dat Mubarak iets van u heeft geleerd. Twee miljoen mensen eisten demonstrerend zijn vertrek, Mubarak verschijnt op de staats-TV en zegt: ik kan niet zomaar weg, want dan wordt het land een chaos, snapt u dat toch a.u.b. Anders gezegd, ook Mubarak had een ‘eigen verantwoordelijkheid’, wat de mensen op Tahrir ook vonden. U weet ook nog wel hoe dat afliep, nietwaar? Tahrir nam óók een ‘eigen verantwoordelijkheid’, en Mubarak verloor zijn baan alsnog. Zal het u net zo vergaan?

Terug naar Kunduz, en naar Nederland. U heeft uw keus gemaakt: een keus voor deelname aan interventie, kolonialisme en daarmee aan misdaad. Uw fractie, met Ineke van Gent als zeer eervolle uitzondering, ging mee op deze heilloze weg. Dat is allemaal méér dan kwalijk. Maar is het nu echt nodig aan deze criminele opstelling nu ook een beledigende domheid toe te voegen? Vandaag horen we van een tragische zelfmoordaanslag in, uitgerekend, Kunduz, uw uitverkoren oorlogsgebied. En nu lees ik in het dagblad Trouw dat die aanslag “laat zien hoe hard de Nederlandse politietrainingsmissie in dat gebied nodig is, vindt GroenLinks-leider Sap.” Ja, u wilt dat die missie “op geen enkele manier verstrengeld raakt” met de strijd die daar tegen de Taliban gevoerd wordt, door Duitse en Amerikaanse soldaten. Maar zelfs al vechten de door u gestuurde trainers niet mee, dan nog bouwen ze aan een politieapparaat dat wél meevecht. Verstrengeling is van a tot z een feit. is het nu echt nodig om 1. ons te beledigen door osns voor dom te verslijten, in die zin dat wij zoiets niet zouden snappen, en 2. de tragedie in Kunduz te misbruiken om nog eens steun te bieden aan een missie die bijdraagt aan méér tragedies?

Mevrouw Sap, ik denk niet dat u dit zelfs maar leest. Mevrouw Sap, ik denk niet dat, als u het leest, u zich er iets van aan gaat trekken bovendien. Maar ik hoop dat er nog wat GroenLinksers en anderen rondlopen die dit wél lezen, en die u met dezelfde vaste hand via het zijtoneel helpen afvoeren als de moedige mensen dat eerder deden met die andere autoritaire voorstander van de ‘eigen verantwoordelijkheid.’

Opmerking. 24 feb, 16.53: iets bijgeschaafd; in de laatste zin bijvoorbeeld voor ‘autoritaire’ het woord ‘andere’ geplaatst, ter verduidelijking.


Schande, schánde voor GroenLinks, hulde voor Ineke van Gent

28 januari, 2011

Leve Ineke van Gent, de enige in de GroenLinks-fractie die tegen de nieuwe Afghanistan-oorlogsmissie heeft gestemd. En schande, schande voor de rest van die fractie, dat ze wèl steun ervoor uitspreken. Steun spreekt die fractie uit – voor een missie die politiemensen niet buiten een paramilitaire rol zal weten te houden; volgens een politiechef in Kunduz voert de politie er wel degelijk militaire taken uit, en erg geloofwaardig zijn garanties dat dit met door Nederland opgeleide agenten niet zal gebeuren, bepaald niet. Steun spreekt die fractie uit voor een politieapparaat van een corrupte, onderdrukkende, zich via verkiezingsfraude en Westerse steun in het zadel houdende president Karzai. Steun spreekt ze uit voor een NAVO-bondgenootschap dat haar samenhang bewaart door koste wat kost een bezetting gaande te helpen houden die mensen in Afghanistan vrijheid belooft, maar bommen en verwoesting brengt. Steun verleent ze met haar stemmen aan een Amerikaans president en bewind dat haar vooruitgeschoven posities in het grondstoffenrijke Centraal-Azië – op de stoep van rivaal China – militair kracht bij wil zetten. Schande dat juist GroenLinks – een partij die deels wortelt in prachtige tradities van vredesbeweging en antimilitarisme – deze misselijke missie, die wortelt in dit soort belangen en dit soort dynamiek heeft, ondersteunt.

Hulde en lof dus voor Ineke van Gent, die haar rug recht hield tegenover de NAVO-pacifisten, de meerderheid in haar fractie. Lof ook voor de SP, die haar néé – inhoudelijk weliswaar niet helemaal scherp genoeg – kracht bij zette met straatactie. Ook vandaag waren er, om initiatief van deze partij, actievoerders in Den Haag, net als op 11 januari toen we er met borden die samen de leus “Stop de oorlog Steun Afghanistan!” stonden. Deze keer had de partij opgeroepen tot een stille wake met fakkels. Niet het soort van georganiseerde woede dat we nodig hebben, maar wel áctie.

Nu komt die missie er dus. Nu is het dus zaak om dóór te gaan met protesteren – tegen een missie die die bezettingsmisdaad steunt, en die daarvoor wederom levens voor wenst te riskeren. Tegenstanders van deze missie staan in hun néé bepaald niet alleen. Peiling na peiling wijst er nog steeds op dat het sturen van zo’n missie door een ruime meerderheid  wordt afgewezen. Dit nee  aanscherpen met de betere argumenten, en dit nee helpen om zich te vertalen in effectieve druk – dát staat ons te doen. Voor die druk dienen we buitenparlementaire middelen in te zetten – demonstraties, maatr ook het daadwerkelijk dwarsbomen van uitzending van mensen en materieel naar Afghanistan voor deze missie, met blokkades en sabotage. Uitdagend protest dus, aangescherpt in de richting van hard, deels ongetwijfeld illegaal, verzet. Immers, “War is the health of the State“, wist Randolph Bourne al in 1918, en wie oorlog wil bestrijden, botst met de staat. Ineke, en Harry, en Emile… zijn jullie er dan ook bij?


Actie tegen nieuwe Afghanistan-missie a.s. dinsdag

7 januari, 2011

Het kabinet-Rutte-Verhagen maakte vandaag bekiend dat het inderdaad een nieuwe missie naar Afghanistan wil sturen. En het blijkt te gaan om 545 mensen die er onderdeel van moeten gaan uitmaken, aanzienlijk meer dan de 300 of 350 waar eerder in de week al sprake van was. Ik hamer het er nog maar eens in: dit is een oorlogsmissie. En deze oorlogsmissie dient krachtig en actief bestreden te worden. De SP neemt daarvoor al een prijzenswaardig initiatief: komende dinsdag is er al actie.

De cijfers zien er als volgt uit. Veertig “opleiders en trainers” – van de in totaal 225 – in Kaboel. Dan “165 militaire trainers, waarvan 40 marechaussees, in de provincie Kunduz”. Vervolgens blijven er vier F 16s in het land. Niet langer bij Kandahar, maar in het Noorden, bij Mazar-e-Sharif. Daar horen dan 120 personeelsleden bij (ik vermoed dat die bij eerdere cijfers niet werden meegerekend, hetgeen een deel van het verschil tussen de eerdere 300 en de 545 van vandaag kan helpen verklaren). Hoe vier F16s in de ene stad gaan helpen om trainers op hele andere plaatsen te verdedigen en bij hun opleidingswerk te helpen, wordt niet bepaald duidelijk.

Natuurlijk horen we weer de gebruikelijke geruststellende taal. “Van ‘offensieve militaire actie’  zal geen sprake zijn, is de belofte.” Haha. De vorige missie, in Uruzgan, werd ons gepresenteerd als vooral een ‘opbouwmissie’, en geen ‘vechtmissie’. Dat hebben we – en vooral de door deze ‘opbouwmissie’ omgelegde Afghanen, en de omgekomen Nederlandse militairen, en de nabestaanden van deze slachtoffers – geweten. En ‘defensieve militaire actie’- door soldaten die aan een bezetting meenemen, in ee land waar ze dus helemaal niet horen te zijn’- is als begrip al een absurditeit. De hele bezetting is een offensief, koloniaal project. Als Nederlandse militairen in nhun ‘defensieve’ werk in het kiader van de ‘politietrainingsmissie’, worden aangevallen, dan  zitten ze in oorlogshandelingen – aan de kant van de agressoren, hoe ‘defensief’ hun terugschiet-arbeid ook overkomt.

De missie is niet in het belang van Afghanen bedacht, maar als deel van de heilige bondgenootschappelijke NAVO-loyaliteit. De missie kent ook geen meerderheidssteun onder de bevolking in Nederland. “Een krappe meerderheid van de Nederlandse bevolking, 58 procent, is tegen een trainingsmissie in Afghanistan. Ruim een derde’34 procent, is voor.” Aldus onderzoeksresultaat van Maurice  de Hond dit gisteren openbaar werd. Vandaag bleek uit een ander onderzoek dat alleen onder de CDA-aanhang een meerderheid voorstander van de missie is: 53 procent. Van 250 militairen die hun mening gevraard werd, was  63 procent tegen. In totaal waren in dit onderzoek – verricht onder 22.000 mensen – 68 procent tegen een nieuwe politie- en soldatenmissie.

Die tegenstand dient vertaal te worden in druk, in protest, in verzét. Het strekt de SP tot eer dat ze voor protest alvast een aftrap geeft. Die partij – bij monde van kamerlid Harry van Bommel – roept op tot een demonstratieve samenkomst, dinsdag 11 januari, 17.00-17.45 tegenover Café Dudok, Hofweg 1/A, Den Haag. In dat café vindt op dat moment een nieuwjaarsreceptie met de consul van Afghanistan, mensen hulpverleningsoprganisaties en journalisten plaats. Het idee vanuit de SP is om samen een bord te vervaardigen: “Steun Afghanistan, stop de oorlog”.

Het is zaak dat dit protest méér wordt dan puur een SP-actie. Het is zaak dat linkse, radicale tegenstanders van de bezetting van Afghanistan en de Nederlandse medeplichtigheid daaraan, dus ook zichtbaar en hoorbaar aan deze actie deelnemen. Protest en verzet tegen de nieuwe oorlogsmissie zijn te belangrijk om aan welke partij dan ook te worden overgelaten. Juist daarom ook zal ik er, als energie en gezondheid het toelaten, erbij zijn. Tot mijn lezers zeg ik: we zien elkaar daar, okay?!


Wat doet een oorlogsmisdadiger op Lowlands?

19 augustus, 2010

Zojuist vloog er een bizar tafereel door mijn geest. Het speelde zich af op het Woodstock festival in 1969, dat grootse muziekgebeuren met artiesten als Jimi Hendrix, Janis Joplin, Crosby, Stills & Nash en noem ze allemaal maar op. De ban-de-bom-tekens waren alom zichtbaar, de sfeer was, in alle regenechtigheid die het terrein had getroffen, over het algemeen prima. En toen gebeurde het: Country Joe and the Fish hadden hun prachtige lied tegen de Vietnamoorlog zojuist beëindigd, toen er – en hier begint mijn fantasie – op het podium een geüniformeerde gestalte verscheen.

Wie was het? het was niet te zien, tenzij je vlak vooraan stond. Uit de luidsprekers klonk echter zijn naam. “Ladies and gentlemen, mag ik jullie aandacht voor…. generaal Westmoreland, topot voor kort de bevelhebber van onze dappere troepen in Vietnam. Hij komt ons iets vertellen over de rol van de jeugd in de strijd vboor de waarden van het Vrije Westen. Een hartelijk applaus graag!”

Zie je het voor je? Uitvoerder van een misdadige oorlog – toen al honderdduizenden Vietnamese en tienduizenden Amerikaanse doden, en het drama zou zich nog jaren voortslepen – die mensen toespreekt die in steeds groteren getale zich tegen die oorlog keerden? Je kunt erover twisten of de man gewoon zou zijn  uitgejouwd, of dat mensen de moeite zouden hebben genomen om daadwerkelijk het podium te bestormen. Misschien was de man wel door een immense group hug van de massaal aanwezige Love Generation verpletterd. Dat het een interessant incicdent zou zijn geweest, lijkt me echter duidelijk.

Nu is het bezoek aan Woodstock door genoemde genocidale generaal fantasie. Maar de gedachte werd getriggerd door de werkelijkheid, om precies te zijn door een recent bericht op het nieuws. Vanavond stromen mensen naar het Lowlands-festival dat morgen van start gata. En wie zal zaterdag op dat festival de troepen, pardon, de festivalbezoekers toespreken? Generaal Peter van Uhm, bevelhebber van de Nederlandse troepen. “Hij zal er praten over de rol die jonge militairen hebben in het buitenlandbeleid”, zo lees ik in Het Parool nadat ik even op internet naar bevestiging van het bizarre bericht ben gaan zoeken.

Over die rol van jonge soldaten is trouwens weinig te melden, lijkt me: de rol van jonge soldasten, in elk buitenlandbeleid, is te doden en te sterven voor wat doorgaans veel oudere mensen, doorgaans mannen, in hoofdkantoren en ministeries hebben verzonnen. Mocht er tussendoor tijd en gelegenheid zijn voor PR-projecten, een schooltje hier, een weggetje daar, dan is dat meegenomen. Voor dat inzicht hebben we geen generaal en geen toespraak nodig.

Laten we duidelijk zijn over wat hier gaat gebeuren. Enkele tienduizenden mensen die een leuk weekend gaan hebben, worden getracteerd op een PR-praatje van één van Nederlands grotere misdadigers. De oorlog die het Westen tegen Afghanistan voert, is immers misdadig, evenals de koloniale bezetting waar Nederlandse troepen zo lang aan hebben meegedaan en op kleine schaal nog steeds meedoen.

Hoe misdadig die oorlog is, wordt nog eens bevestigd – niet onthuld, oplettende nieuwsvolgers wisten het al – door documentatie die Wikileaks naar buiten heeft gebracht. Burgerdoden door Westerse militairen, pogingen om dat buiten beeld te houden, ze maken deel uit van het klassieke plaatje dat in Vietnam ook al zichtbaar was. Aanvoerder van de Nederlandse troepen in de laatste jaren, en daarmee oorlogsmisdadiger van formaat: Peter van Uhm. Hopelijk zijn er alerte festivalbezoekers die de generaal op passende wijze van een antimilitaristisch, oorlogsvijandig en aansprekend antwoord zullen voorzien.


Bij de dood van Howard Zinn, rebels geschiedschrijver

28 januari, 2010

Howard Zinn, rebels historicus in de VS, is overleden. Hij is 87 jaar geworden.

Zinn werd – dit en de andere biografische gegevens in komende alinea’s lees ik in een mooi overzicht dat de Boston Globe na zijn dood publiceerde – op 24 augustus geboren in New York. In de Tweede Wereldoorlog had hij dienst genomen als militair, en was bombardementspiloot. Na de oorlog was hij eerst in allerlei baantjes werkzaam. daarmee verdiende hij zijn studie.  Hij studeerde af als historicus aan Colombia Universiteit in New York. Hij was intussen, sinds 19544, getrouwd met  Roslyn Shechter.

Vanaf de jaren zestig keerde Zinn zich in woord, geschrift en daad tegen oorlogen, en in het bijzonder tegen de Vietnamoorlog. Hij schreef boek na boek, onder meer over de opkomende nieuw linkse stromingen in de VS, van mensen die zich bijvoorbeeld met directe actie tegen de apartheid in het Zuiden van de VS richtten. Met deze inzet is hij tot aan het eind van zijn leven doorgegan.

Zinn is één van de grootste en meest indrukwekkende stemmen van de diepe linkse verzetscultuur die de VS rijk is. Zijn oog was steeds gericht op de onderkant, op de mensen in verzet, en op hoe zij, vaak in zeer ongunstige omstandigheden, toch steeds de machthebbers tegenspel boden, uitdaagden, hun machtsposities trachtten te ondergraven met wisselend succes. Van het lezen van zijn vertellingen – wáre vertellingen! -wordt je vrolijk er en opstandiger. Het inspiréért.

Hoogtepunt in zijn schrijfwerk was zonder enige twijfel “A People’s History of the United States”. Dat boek heb ik, toen ik het voorrecht had twee weken in de VS vakantie te houden, in een links-alternatief boekhandeltje iet prachtige plaatsje Burlington aangeschaft. het staat nog steeds in mijn kast, maar is dankzij herlaald intensief lezen, raadplegen en weerlezen, tot een soort losbladig systeem omgevormd.

Het is dan ook een meesterwerk.  Waar de gangbare geschiedschrijving bijvoorbeeld der Amerikaanse onafhankelijkheidsstrijd tegen het Britse rijk, eind achttiende eeuw, zo ongeveer behandelt als democratisch wonder, daar laat Zinn zien hoe elitair de Founding Fathers werkelijk waren – en hoevel revolte van árme mensen er in het kielzog van die onafhankelijkheidsoorlog plaatsvond, tegen de wens van die Founding Fathers in. Zinn vertelt over het verzet van Indiaanse volkeren tegen kolonisatie en genocide. Hij vertelt van slavenopstanden, van de strijd voor vrouwenemancipatie, van de vroege arbeiderbeweging in de VS. Maar hij vertelt ook van antimilitarisme en pacifisme, zowel in Wereldoorlog I als in Wereldoorlog II. Van die laatste oorlog laat hij ook ziend at dit in de kern helemaal geen oorlog voor vrijhijd en democratie was, maar de zoveelste poging van grote mogendheden om de wereld te verdelen en te overheersen.

Dit is maar een greep uit een heel rijk boek. Het hele boek is trouwens op internet telezen via de website History Is A Weapon – geen site van Zinn zelf trouwens, maar de titel geeft wel de inzet van mensen als Zinn goed weer: geschiedenis is door onze kant te gebruiken als wapen in de strijd voor vrijheid, rechtvaardigheid en vrede. Er is trouwens ook een Nederlandse vertaling van het boek: “Geschiedenis van het Amerikaanse volk”. Kortom: noch geldgebrek, noch een gebrek aan kennis van de Engelse taal zijn voor linkse mensen een geldig excuus om dit prachtige boek niet te lezen. Moge dat dan tegelijk een extra aanzet zijn om in de rebelse geest waarin Zinn zijn werk verrichtte, te handelen. Een mooier soort van herdenking van deze goede man is nauwelijks denkbaar.


Na rapport-Davids: Balkenende dient op te stappen

12 januari, 2010

De commissie-Davids, door het huidige Kabinet-Balkenende ingesteld om de Nederlandse rol en besluitvorming rond de Irak-oorlog te onderzoeken, heeft vandaag haar rapport openbaar gemaakt. Wie de belangrijkste conclusies ervan accepteert kan weinig anders zeggen dan: Balkenende dient, volgens door hemzelf beleden beginselen, af te treden, en verdient een strafproces.

De commissie trok maar liefst 49 conclusies. Sommigen zijn tamelijk onbeduidend. Dat de premier aanvankelijk niet, maar later wel, stevig leiding is gaan geven aan de Irak-besluitvorming, is bijvoorbeel niet echt spannend. Maar andere conclusies zijn dat wel. Het beleid werd gebrekkig juridisch onderbouwd; conclusies van AIVD en dergelijke werden slechts gehanteerd als ze aansloten bij wat de regering toch al wilde. Dat klinkt erg naar making the facts fit the policy, zoals dat in Groot-Brittannië heette.

En de hoofdconclusies zijn vernietigend: een afdoende volkenrechtelijke onderbouwing voor de aanval op Irak ontbrak. En de regering lichtte het parlement niet voldoende, niet adequaat, in. De Kamer onjuist informeren is een politieke doodzonde, en op zich al reden om Balkenende naar huis te sturen. Een oorlog steunen die geen juiste juridische basis heeft, is een vorm van nogal zware georganiseerde criminaliteit. Zelfs al is het ‘slechts’ politieke, en  geen  militaire,  steun. Dit geldt volgens gevestigde, gangbare, door Balkenende ook erkende, rechtsregels.Volgens geldend recht moet hij aftreden, en voor de rechter gebracht worden. Dat laatste geldt ook voor Jaap de Hoop Scheffer, destijds minister van Buitenlandse Zaken en gangmaker van de Irak-besluitvorming.

Sommige conclusies van Davids’ commissie zijn aanvechtbaar. Dat er geen militaire steun voor de aanval was bijvoorbeeld, afgezien van de Patriot-raketten in Turkije. Ik citeer uit conclusie nr. 38 van het rapport: “Als uitvloeisel van de operatie Enduring Freedom werd het Nederlandse fregat Hr. Ms. Van Nes in de internationale wateren rond het Arabisch schiereiland in enkel3 gevallen mede ingeet voor hetverlenenvan escortediensten ten behoeve van vaartuigen diebetrokken waren bij de opbouw van de Amerikaans-Britse invasiemacht.” Dat is in strijd met conclusie 37,waarin decommissie zegt dat ze geen bewijs vond voor Nederlandse militaire steun. Mij zou het trouwens ook niets verbazen als we binnenkort nieuwe berichten van onderzoeksjournalisten krijgen waaruit wel degelijk andere vormen van militaire steun blijken.

Sommige conclusies verdienen een glimlachje. Dat geldt voor de conlusie dat het Nederlande besluit tot steun aan de oorlog losstond van de benoeming van De Hoop Scheffer tot NAVO-chef, en ook van eventuele handelsvoordelen. Hetkan waar zijn.Maar zo’n verband is nauwelijks tebewijzen, erligt ongetwijfeld nergens een document waarin staat: jullie minister mag NAVO-baas worden als wij opjullie mogen rekenen in Irak. Zoiets gaat informeel, met hints en mondelinge toespelingen, als deel van brainstorming en besluitvormingwaar allerlei afwegingen eenrolspelen. Om achter dewaarheid tekomen, zullen mensen ondervraagd moeten worden – onder ede. En zelfs dan valt een bewust onware uitspraak – meineed – moeilijk te weerleggen. Maar Davids en zijncommissie ondervroegen geen mensen onder ede. Preciesdaarom blijftderoepom een parlementaire enquete zinnig. Daarin mag dat namelijk  wel.

Hoe wordt het vervolg? Balkenende accepteert kritische conclusies alvast niet. Er was geen sprake van verkeerde informatievoorziening van kabinet aan parlement, vond hij. En over de volkenrechtelijke onderbouwing wordt nu eenmaal uiteenlopend gedacht, ook binnen de commissie, zoals hij opmerkt. En inderdaad, commissielid Van Walsem gaf aan dat er geldigeredenenvan beleid kunnen zijn om een oorlog te beginnen, ook als het volkenrecht dat niet dekt.

Met zoiets mogen Balkenende en ook Van Walsum niet ongestoord wegkomen.Politici dienen zich in dit soort zaken tenminste aan hun eigen rechtsregels te houden, in dit geval aan het volkenrecht. Ander is het eind helemaal zoek. Natuurlijk heb ik als revolutionair geen vertrouwen in hun rechtsstelsel en hun volkenrecht: als de commissie de aanval op Irak wel juridisch in orde had gevonden, had dat aan mijn afwijzing van die oorlog niets veranderd. Het is hún volkenrecht. Laten zíj zich er dan ook aan houden.

Balkenende ik zei het al – zou moeten aftreden. Maar daar zal hij toe moeten gedwongen. Je zou hopen dat links druk in die richting uitoefent. Dat gebeurt helaas mondejesmaat. De enige politicus die Balkenende tot opstappen aanmaant, is… Wilders. Zijn redenen zijn typerendvoor zijn fascistische insteek. Hij klaagt niet over onterechte steun aan een criminele oorlog. Hij klaagt over zwak leiderschap van Balkenende.Welnu,mijnheer Wilders: honderd keer liever welk zwakke leiderschap van een kabinet dan ook dan de Sterke Leider die u graag wilt zien.

Femke Halsema van GroenLinks spreekt weliswaar van een “politieke hoofdzonde”. Maar van een politieke doodzonde – en dus: aftreden – spreekt ze nog niet. De SP, bij monde van Agnes Kant, noemt Nederland “Medeplichtig aan een illegale oorlog op leugenachtige gronden.” Terecht. Maar ook zij dringt niet aan op vertrek van Balkenende. Ten onrechte.Enige georganiseerde woede op straat om wat druk op de ketel te zetten zou bepaald niet misstaan.


Brazilië moet kernwapen hebben, aldus vice-president

25 september, 2009

Uit twee landen kwamen deze week aankondigingen over nucleaire zaken. Het ene land, Iran, kondigde aan dat het over een tweede verrijkingsfabriek van uranium beschikte. Woede alom, strenge woorden van president Obama. Uit het andere land, namelijk Brazilië, kwam echter ook een mededeling, en geen zeer vrolijke.

Jose Alencar, de vice-president van dat land, deelde doodleuk mee dat hij vindt dat Brazilië kernwapens dient te ontwikkelen. Nee, Brazilie “heeft nog geen programma om kernwapens te ontwikkelen”, maar zou dat wel móéten hebben, zegt  de man. Hij was eerder al een minister van defensie, hetgeen zijn woorden extra gewicht geeft.

Ik zag het bericht, en was nogal verbaasd. Niet alleen over het bericht zelf, maar ook over het vrijwel totale gebrek aan reactie. Ik moest het bericht via de zoekmachine tevoorschijn toveren, want op de plaats waar ik het had gezien – Aljazeera, meen ik – was het een uur later alweer verdwenen. Intussen maakt de mafia die bekend staat als de ‘internationale gemeenschap’ zich boos … over de Iraanse aankondiging, die kernenergie betreft, niet eens kernwapens.

Over de aankondiging uit Brazilië het volgende. Nee, het is geen regeringsbeleid, dat streven naar kernwapens. Maar een vice-president, tevens ex-oorlogsminister, die zoiets zegt, kunnen we maar beter serieus nemen. Brazilië ziet zichzelf als mogelijke kernwapenmacht, daar kunnen we maar beter van uitgaan.

En waarom wil de vice-president kernwapens? “Het kernwapen, gebruikt ter afschrikking, is van groot belang voor een land met 15.000 kilometer aan grenzen aan de westkant, en een territoriaal zeegebied.”

In dat zeegebied zit olie, zo voegt het nieuwsbericht er behulpzaam aan toe. Zeg mij waar het oorlog is, en ik zeg u waar de olie en/of andere grondstoffen zitten, aldus mijn gouden regel waarmee een groot deel van de wereldpolitiek kan worden verklaard. Datzelfde geldt kennelijk ook voor de voorbereiding van oorlog, waaronder het willen ontwikkelen van massavernietigingswapens.

Die lange  westgrenzen van Brazilië een feit. Maar wat ligt er voorbij die westelijke grenzen? Peru, Bolivia, Ecuador… zijn dat agressieve kernmogendheden die het op Brazilië gemunt hebben? Beschikken de restanten van de oorspronkelijke bevolking  tegenwoordig over massavernietigingswapens, wellicht geleverd door Al Qaeda? Dreigt daar gevaar dat een kernwapen als tegenwicht vereist, zelfs in gangbare machtspolitieke termen?

Het lijkt er veel meer op dat Brazilië uit is, niet zozeer op zelfverdediging, maar op hegemonie in Latijns-Amerika. Het is een gevaarlijke koers die Brazilië dreigt in te slaan, zeker als andere landen Latijns-Amerika ook een kernbom gaan nastreven als tegenwicht tegen… de Braziliaanse dreiging. Zeker zo gevaarlijk is de zwijgzaamheid van zowel de VS als de EU op dit punt. Wie zwijgt, stemt immers toe.

Maar nee, veel liever weer een rondje powerplay tegen Iran! Dat land heeft géén actief kernwapenprogramma, zo denken zelfs Amerikaanse inlichtingendiensten. Het houdt zich ongetwijfeld – zoals zoveel andere landen – niet volkomen aan de spelregels van het Internationaal Atoom Agentschap dat de ontwikkeling van kernenergie in de gaten houdt om te kijken of landen niet stiekem ook kernbommen maken. Maar het schreeuwt niet van de daken dat het kernwqpens wil, zoalsde op één na hoogste baas in Brazilië.

Landen als India, Pakistan en natuurlijk Israël zíjn echter al kernwapenmachten, zonder dat ze het non-proliferatieverdrag (dat de verspreiding van zulke wapens moet tegengaan) hebben getekend. Dat mag allemaal wel, maar een Iran dat kernenergie ontwikkeld zonder dat hard gemaakt kan worden dat het land echt kernwapens wil, dát mag weer niet.

Openlijk van de daken schreeuwen dat jouw land kernwapens zou moeten hebben, zoals de Braziliaanse vice-president dat dus deed, mag weer wél. Althans: Brazilië mag dat. Ik vermoed dat als een Iraanse vice-president hetzelfde zei, in de VS en in Israël de bommenwerpers hun motoren al aan hadden staan, klaar voor vertrek richting Teheran ter aflevering van een dodelijke vracht.