Protest… in Spanje, maar vooral ook in Portugal!

16 september, 2012

zondag 16 september 2012

Haalt iets het nieuws? Dan is het belang lang niet altijd overweldigend. Haalt iets het nieuws niet? Flinke kans dat het om iets werkelijk belangrijk gaat. Zo is het een beetje met de protesten tegen bezuinigingen afgelopen weekend. Die in Spanje haalden de NRC. Die in Portugal drongen in de Nederlandse media nauwelijks. Toch waren de protesten in Portugal in een bepaald opzicht veel opmerkelijker dan die in Spanje, en niet alleen vanwege de grote omvang. Lees de rest van dit artikel »


Stakingsstrijd in crisistijd (1): Nederland en Portugal

24 november, 2011

donderdag 24 november

De strijd tegen bezuinigingsbeleid woedt, zowel in Nederland als internationaal. In Nederland trekken vooral stakingen in het stadsvervoer aandacht. Internationaal zijn het algemene stakingen in Zuid-europese landen die het beeld bepalen. Maar ook stakingen in afzonderlijke bedrijven en sectoren getuigen van een weigering van arbeiders om ten behoeve van winstgevendheid steeds nieuwe aantastingen van levenspeil en welzijn te ondergaan. Deel één van een tweeluik over stakingsstrijd in crisistijd: Nederland en Portugal. Deel twee zal weer eens over Griekenland gaan… Lees de rest van dit artikel »


Tussenstand revolutieland (3): Swaziland, Portugal, Groot-Brittannië…

24 maart, 2011

Verder maar weer met een tussentijdse verkenning in de revolutionaire golf die nu al ettelijke maanden dictators het leven opwekkend zuur maakt. De opstanden in Libië en Bahrein zitten zwaar in moeilijkheden. Die in Jemen woedt verder, tegen de verdrukking in. In Armenië, Azerbeidzjan en Kroatië is sprake van flink straatprotest. En er zijn meer landen waar het bepaald bemoedigent borrelt. In Europa, en ook in Afrika.

Ik begin op dat laatste continent, en wel in het zuidelijk gelegen Swaziland. De Swaziland Times berichtte op 6 maart over een bijeenkomst van 3.000 docenten, om tot actie te komen. Ze waren boos, onder meer nadat  het IMF duidelijk maakte dat ambtenaren er niet op hoefden te rekenen dat hun salarissen uitbetaald zouden krijgen. Ze wilden dat de regering afreedt.

Een zekere Dumisani Ndlangamandla, kennelijk één van de deelnemers, zei: “Dit is de tijd dat we onms moeten hergroeperen. In feite moeten we nu opstaan en de vijand bestrijden. De vijand is het regeringssysteem. Verandering is onvermijdelijk in het land. Laat de regering de gebeurtenissen overwegen in Libië, Jemen, Tunesië en Egypte. Zeg niet dat zulke dingen in Swaziland niet  kunnen gebeuren. Een revolutie is een gemakkelijke zaak.” Dat laatste klinkt wel heel luchtigjes, gezien de hoge prijs die mensen elders al voor revolutiepogingen betalen. Maar de strekking is helder, evenals het verband dat ontevreden mensen leggen met de opstanden duizenden kilometers noordwaarts. 

De dagen en weken erop bleek dat het hier niet om een eenmalige uiting van onvrede ging. De Washington Post maakte op 12 maart melding van de aankondiging van een driedaagse staking van verpleegkundigen later die week tegen het niet-uitbetalen van overwerk. In de aanloop betoogden 4.000 verplegenden, een actie waar dpolitie tegen probeerde op te treden. Het werk van verplegenden weegt in dit land, met zo’n 185.000 mensen die HIV-besmet zijn, extra zwaar. En op 18 maart deed de BBC verslag van een demonstratie van ambtenaren tegen de bevriezing van hun salaris. Het ging om docenten, verplegenden, ern ook studenten deden mee. Mensen boos wegens de loonstop, maar ook wegens corruptie, het luxe leven van de vorst en het voornemen om ene jubileum van die vorst uitgebreid gaan vieren – in een land waar een werkloosheid naar schatting 40 procent bestaat. Mario Masuko, aanvoerder van een verboden oppositiegroepering: “Swaziland kan geen eiland van dictatuur blijven in een zee van democratie.”

En ook hier legden mensen weer verbanden over landsgrenzen heen: “Sommige betogers zeiden dat ze geïnspireerd waren door de recnte opstanden  in Noord-Afrika en het Midden-Oosten”, aldus het verslag. Demonstranten eisten het aftreden van de regering, en overhandigden daartoe een petitie. “Royalty heeft de hulpbronnen van het land verspild… we willen een regering van het volk”, aldus Masuko. De demonstratie was flink groot, ettelijke duizenden, bijna 7.000 volgens de New York Times die er ook verslag van doet. Dat is niet weinig in een land van pakweg 1 tot 1,4 miljoen inwoners, afhankelijk van welke bron je hier hanteert.

Het belang van de gebeurtenissen in dity op zich kleine land is toch groot. Het gaat duidelijk om het zelfde soort grieven als eerder in Egypte en Tunie sië: corrputie, wanbestuur, onvrijheid, verlangen naar verbetering in het levenspeil. Maar het ligt een enorm eind verwijderd van die landen, heeft andere historische en culturele achtergronden. De meeste mensen zijn er ook geen moslim. Dat er toch een soortgelijk volksprotest op gang is gekomen, wijst erop hoe algemeen de geest van opstand intussen is, hoe wijdverbreid – en dat het gierin niet primair gaat om religie en cultuur, maar op heel elementaire diepe politieke, sociale en economische drijfveren.

Twee andere landen stip ik kort even aan, om het vrijwel universele karakter van de opstandsgolf nog eens te onderstrepen. Gisteren viel de regering van Portugal, omdat ze een zwaar bezuinigingspakket niet door het parlement wist te loodsen. In dat land is al herhaaldelijk gestaakt tegen de bezuinigingen. Op zich is dat nog niet direct een verglijkbaar volksverzet als in bijvoorbeeld Tunesië. Maar ook hier wordt kennelijk  over grenzen heen gekeken. Op 11 februari verscheen een Facebook-oproep om op 12 maart te demonstreren. “Wij, de werklozen, de 500-eur-overdieners, de andere weinig betaalden, de slaven in vermomming, de gesubcontracteerden, de tijdelijke werkkrachten, degenen die zogenaamd bij zichzelf in dienst zijn,  de mensen die nu en dan werk hebben (…) moeders, vaders en kinderen van Portugal. We protesteren: voor het recht op werk, voor het recht op onderwijs, voor het recht op betere arbeidsomstandigheden, voor het einde van de onstabiliteit; voor de erkenning van kwalificaties, competentie en ervaring, weerspiegeld in contracten en waardige salarissen.”

Dat is de taal van actiebewegingen zoals we die in meer Europese landen zien, bijvoorbeeld in Griekenland. Maar het is het soort oproep dat in bijvoorbeeld Egypte de explosie op gang bracht, zoals trouwens weer eerder in … Groot-Brittannië, met de studentenprotesten eind vorig jaar. Meerdere vormen van protest ontmoeten elkaar en verbinden zich, een verbintenis met grote mogelijkheden. En de oproep sloeg aan ook! Volgens de Portugal Times, die erover berichtte, hadden rond 5 maart al 37.039 mensen via Facebook aangegeven dat ze meededen. Op de dag zelf, zo staat in een verslag op Libcom.org, deden zo’n half miljoen mensen mee in Lissabon. Zo snel kunnen dingen gaan, zo’n grote vorm kunnen ze aannemen.

Ja, en dan is er Groot-Grittannië! daar gaat komende zaterdag een grote vakbondsdemonstratie tegen het bezuinigingsbeleid van de regering plaatsvinden. Als het aan de officiële organisatoren ligt zal dat een keurig protest worden, waarna iedereen ’s avonds keurig naar huis gaat. Maar het zou wel eens niet helemaal in hun handen kunnen zijn. Er iseen interessant initiatief genomen dat de zaak wat pittiger kan maken. Volgens de Guardian roept een studentenactie netwerk op om “Trafalgar Square om te vormen tot Tahrir-plein”, door een sit-in van 24 uur te houden op dit Londense plein, als basis van allerhande actie. Het is maar één van de initiatieven op en rond die protestdag – die daarmee wel eens iets méér kan worden dan enkel symbolisch en kortdurend protest. De opstandsgolf komt hiermee wel zeer nabij…


Na Griekenland, nu Portugal?

25 maart, 2010

De kredietwaardigheid van Portugal daalt volgens Fitch, een Brits bureau dat zulk soort zaken beoordeelt. Dat kan betekenen dat Portugal meer rente zal moeten betalen voor leningen. De lager ingeschatte kredietwaardigheid van het land hangt samen met de hoge staatsschuld en het forse begrotingstekort: 9,3 procent, waar Fitch 6,5 had geschat. De Euro daalde na het bekend worden van Fitch’ inschatting prompt in waarde. Beleggers op de beurs in Amsterdam waren klaarblijkelijk ook niet blij met hetnieuws, want de AEX daalde een halve procent.

Wie dit soort nieuws volgt denkt natuurlijk meteen aan dat andere, als weinig kredietwaardig beoordeelde, land: Griekenland. De parallel is inderdaad opvallend. Hoge staatsschuld, hoog begrotingstekort, kredietverschaffers nerveus, financieringscrisis dreigt. Het vervolg in Griekenland was: aanscherping van het bezuinigingseleid, en fel verzet van arbeiders tegen dat beleid. Gaat het in Portugal ook die kant op? Daarvoor zijn wel aanwijzingen.

We lezen weliswaar: “Wel acht Fitch het onwaarschijnlijk dat Portugal evenals Griekenland een liquiditeitscrisis terecht komt” Een liquiditeitscrisis komt erop neer dat een bedrijf of land grote problemen heef om aan beschiknaar geld te komen. Alleen al het nóémen van Portugal en Griekenland in één dergelijke zin ondermijnt het geruststellende effect al bijna onmiddellijk. En geruststellende taal horen we altíjd aan de vooravond van  financiële drama’s. De volgende zin uit hetzelfde bericht beloofdt voor Portugal weinig goeds: “Fitch waarschuwt dat de kredietstatus van Portugal bij ongewijzigd beleid verder zal worden verlaagd.”

Bij ‘ongewijzigd beleid’ wordt het vertrouwen van kredietverschaffers dus verder op de proef gesteld. Dat beleid komt nu al neer op stevige bezuinigingen. Fitch’ houding komt dan ook neer op druk op de Portugese regering om haar bezuinigingsbeleid nog wat verder aan  te scherpen. De regering heeft de salarissen van mensen in de publieke sector al bevroren, en arbeiders in publieke dienst staakten al op 3 maart (link gevonden via Labourstart.org; daar vind je meer relevante berichtgeving).

Portugal heeft net een diepe recessie achter zich, de werkloosheid is 10 procent. Hardere bezuinigingen zouden wel eens aanleiding kunnen zijn voor grootschaliger verzet. Inderdaad, een Grieks scenario kan niet worden uitgesloten. Te hopen valt dan dat de arbeiders in Portugal eenzelfde strijdvaardigheid ten toon spreiden als hun collega’s in Griekenland – en dat ze winnen.