Obama’s ‘vredesplan’ is oorlogsplan

26 augustus, 2009

President Obama werkt aan een ‘vredesplan’ in het Midden-Oosten. Als de berichtgeving in de Guardian correct is, dan komt het plan neer op twee dingen: een minimale concessie van Israël op het gebied van de bouw van Joodse nederzettingen; en als tegenprestatie áán Israël de belofte van de VS om de druk op Iran rond het nucleaire programma van dat land sterk op te voeren. Het is dus geen vredesplan; het is een oorlogsplan, een stap in de richting van een aanval op dat land.

Ik citeer de Guardian: “Sleutel voor het aan boord brengen van Israël is een belofte van de VS om een veel hardere lijn rond Iran en hetbeweerde kernwapenprogramma van dat land. De VS is, samen met Groot-Brittannië en Frankrijk, van plan om de VN-Veiligheidsraad te bewegen om sancties uit te breiden zodat de de Iraanse olie- en gasindustrie omvatten, een stap die de economie van het land kan verlammen.”

We weten uit 12 jaar sancties tegen buurland Irak (1990-2003) hoezeer juist de bevolking van zo’n land onder zo’n lamgelegde economie te lijden krijgt. De machthebbers redden zich wel via smokkel en andere kanalen. We weten bovendien dat dit type sancties als een handvat voor verdere agressie dienen: als het regime (destijds Irak, nu Iran) ook na sancties niet 100 procent plooibaar is, dan wordt de druk verder opgevoerd, tot bombardementen en een invasie aan toe. Aanscherping van santies tegen Iran zijn een stap richting oorlog tegen dat land, een dóór en dóór agressieve daad.

En we weten, of kunnen weten, hoe zulke agressie invloed heeft op de speelruimte voor democratische krachten binnen Iran. Nu al wordt een proces gehouden tegen politici en anderen die protesteerden tegen het bewind, na de presidentsverkiezingen van 12 juni. Aanklachten tegen deze mensen bevatten keer op keer het verwijt dat ze werkten in opdracht van imperialistische bemoeials zoals Groot-Brittannië. Bekentenissen zijn duidelijk dubieus, hoogstwaarschijnlijk met marteling afgedwongen.

Veel Iraniërs kijken hier doorheen. Maar hoe agressiever Westerse staten zich opstellen, hoe groter de neiging van veel Iraniërs om zich om het regime te scharen, en geloof te hechten aan het idee dat  VS en Groot-Brittannië inderdáád met alle middelen – ook via steun aan oppositie in Iran zelf –  het land willen onderwerpen. Zo krijgt het bewind krediet dat het niet verdient, en wordt het nog moeilijker om te protesteren. De sanctiepolitiek waartoe het Westen koers zet, is daarmee niet alleen een aanval op Iran als staatm als land. het is tevens een aanval op de democratische aspecten die er nog steeds zijn binnen de Iraanse maatschappij.

En de reden voor de sancties? “(H)et beweerde kernwapenprogramma”, noemt de Guardian het. Je mag nog blij zijn dat het woord “beweerde” er staat. maar de moeite nemen dat er voor het streven van Iran naar kernwapens geen serieus bewijs bestaat, dat gaat blijkbaar te ver. Iran ontwikkelt kernenergie, en heeft het non-proliferatieverdrag (tegen verspreiding van kernwapens) ondertekend. Dat laatste is meer dan Israël – aan wie de sancties tegen Iran als tegemoetkoming worden gepresenteerd – kan beweren. Er ligt zelfs een fatwa, een bindende religieuze uitspraak van ayatollah Khamenei, de hoogste leider van het land, tegen het maken van kernwapens. Een volgeling van een lagere ayatollah heeft ook we eens het tegendeel beweerd, naar verluidt, maar in het Iraanse politieke systeem wijkt zoiets voor de uitspraak van de Opperste Gids, Khamenei.

En stel dat Iran inderdáád – in strijd met haar beleden principe, maar machthebbers die iets persé willen laten zich zelden binden, zelfs niet door hun eigen instructies en zeker niet door verdragen – in het geheim aan kernwapens werkt, dan nóg. Dan heeft Israël geen recht van protest: dat land heeft zelf in het geheim kernwapens ontwikkeld en bezit er nu enkele honderden. Dan nog heeft de VS al helemáál gene recht van spreken: dat land was de eerste maker en bezitter van kernwapens, en tot nu toe het enige land dat ze ook heeft gebruikt (tegen twe Japanse steden, toen dat land feitelijk allang verslagen was). Een Iraans kernwapen in ontwikkeling is geen aangenaam idee, dat zijn kernwapens nu eenmaal nooit en nergens. Maar een rechtvaardiging van verder opgevoerde Westerse (en dat omvat Israëlische) agressie is het in geen geval.

Israël vindt het voorkomen van een Iraans kernwapen van het grootste belang, en dat is niet vreemd: Israël wil graag de enige kernmacht in het Midden-Oosten blijven, en wil sowieso geen enkel land in de buurt zien dat tegelijk kritisch is over Israël en tevens militair machtig. De VS onderschrijft deze prioriteit, maar heeft alleen meer de neiging om die voorkeur te balanceren met andere prioriteiten. Aan een oorlog tegen Iran hangt nu eenmaal een vrij hoog prijskaartje, anders was Bush in zijn tijd allang tot een aanval overgegaan. Met een Afghaanse oorlog die mis gaat voor de VS, is er sowieso reden voor het Witte Huis om er niet halsoverkop een nieuwe oorlog bij te doen. Toch is een nieuwe oorlog precies waarhene de Amerikaanse politiek zich beweegt.

Israël krijgt kennelijk haar zin van de VS: de druk wordt verder opgevoerd. Wat doet Israël als tegenprestatie? De Guardian opnieuw: “van de Israëlische regering wordt verwacht dat ze akkoord gaat met een gedeeltelijke en tijdelijke bevriezing van de bouw van nederzettingen”. Iets meer details: ” Israël biedt een moratorium van 9 tot 12 maanden op de bouw van nederzettingen aan, een moratorium waar Oost-Jeruzalem en de meeste van de 2400 huizen waarvan israël zegt dat de bouw er al aan begonnen is, buiten zou vallen.”

Het is stuitend dat zoiets als vredesgebaar wordt gepresenteerd. In de eerste plaats mag, als dit de deal wordt, de landroof en annexatie van Palestijns land in oost-Jeruzalem kennelijk gewoon doorgaan. In de tweede plaats biedt ook het doorgaan met bouwen van die 2400 huizen eindeloze opties voor touwtrekkerij: welk huis valt er onder? En zolang het akkoord er niet daadwerkelijk ís, heeft Israël er belang bij om snél met nieuwe huizen te beginnen – zodat Israël straks kan zeggen ‘maar die huizen zijn óók al in aanbouw, dát mogen we afbouwen…’

Maar het belangrijkste is het principe zelf. De bouw van nederzettingen op bezet gebied, het doorgaan met roven van Palestijns land – het is geen onderhandelbaar iets, het is verwerpelijke koloniale politiek, en dient gewoon te stoppen. En het is niet aan de VS of aan wie dan ook om dit principe uit te ruilen of er inperkingen om te accepteren. De énigen die grechtigd zijn om akkoord te gaan met de bouw van nederettingem, ijn degenen op wiens land die nederettingen worden gebouwd: de Palestijnen. En die zeggen via hun organisaties glashelder néé.

Het bouwen van nederettingen is ook nog eens in strijd met uitspraak na uitsraak van de VN, met het gangbare internationale recht en noem maar op. maar internationaal recht is blijkbaar wel geschikt om Iran mee om de oren te slaan, maar niet om  eisen aan Israël mee te onderbouwen.

Samengevat zien we dus een vredesplan datde bouw van nederzettingen iets vertraagt – en dat de koers naar oorlog tegen Iran versnélt. Handige diplomatie is het overigens wél: de VS was tóch al bezig de druk op Iran op te voeren, en kan dat nu presenteren als gebaar aan Israël. Dat land stond onder druk om helemáál met de bouw van nederzettingen te stoppen, maar hoeft nu slechts met een inperking ervan akkoord te gaan. Al zou er ook wel eens een element van chantage mee kunnen spelen. israël laat wel eens doorschemeren dt het eventueel zélf een aav nval op iran overweegt. Kun je uitsluiten dat de Amerikaanse scherpere opstelling dát voor probeert te zijn? Een boodschap van Obama aan Netanyahu: ‘hou je even in, wíj knappen het op’?

De rechten van Palestijnen zijn bij dit alles weer eens bijzaak. De rechten van Iraniërs eveneens – om over hun levens, als straks de bommen op Teheran gaan vallen op Obama’s bevel en met Netanyahu als cheerleader – maar te zwijgen.

Voor wie werkelijk rechtvaardige vrede wil in het Midden-Oosten – en onrechtvaardige vrede ís geen vrede en houdt geen stand – blijft er genoeg te doen. Ik blijf maar wijzen op de Gaza Freedom March die steun verdient – ook van jou.


Zionisten beroepen zich op genocidaal precedent

24 augustus, 2009

Sommige racisten argumenteren als volgt: je mag ons niet van racisme beschuldigen, want anderen deden eerder hetzelfde en kwamen er mee weg. Een voorbeeld zien wij bij een protest van een groepje Zionistische fanatici die bezwaar maken tegen de kritiek vanuit de VS op de bouw van nederzettingen op Palestijns land. Bericht en foto vond ik op het weblog Jews Sans Frontières.

Een deel van de actievoerders hadzich, á la Noord-Amerikaanse Indianen, met een verentooi uitgedost.  Eén draagt een bord met de, kennelijk grappig bedoelde, tekst: “Bevries de bouw ten Westen van de Atlantische oceaan. Roodhuidige Amerikaan binnen de grenzen van 1492”. Inderdaad hilarisch. De boodschap lijkt te zijn: de VS is gebouwd als samenstel van witte nederzettingen op Indiaans land; Israël wordt opgebouwd als samenstel van Joodse nederzettingen op Palestijns land. Als de landroof waar de VS op gebaseerd is toelaatbaar was, dan is de roof van Palestijns land ten behoeve van Joodse nederzettingen dat ook. “Amerika, wij begrijpen jullie – begrijp ons ook” is een andere leus van de Zionistische actievoerders. Wij erkennen jullie roofpraktijken, erkent u alstublieft de onze.

Het grappige is dat deze Zionisten een punt hebben. De VS is ontstaan als settler-kolonie; Israël eveneens. Beide staten zouden onbestaanbaar zijn zonder landroof op immense schaal. De VS zette in haar geschiedenis die landroof keer op keer kracht bij met slachtpartijen die herhaaldelijk neerkwamen op genocide. Israël verricht wandaden die herhaaldelijk dezelfde kant op gaan al vind ik genocide (vooralsnog?!) niet de juiste term. De dynamiek is echter gelijksoortig. Het beroep op begrip dat sommige Zionisten bij de VS doen, heeft een reële basis. Racistisch soort zoekt racistisch soort.

Maar het is tegelijk een teken hoe diep racistisch en koloniaal de mentaliteit van dit Zionisme is. Dit Zionisme voelt zich blijkbaar geestverwant met de slagers van enkele honderden opgejaagde Indianen bij het dorpje Wounded Knee (1890) in Zuid-Dakota – als het ware het Deir Yassin van de Lakota-Indianen. Dit Zionisme plaatst zich in de traditie van de grootschalige deportatie, in de jaren dertig van de 19e eeuw, van hele Indiaanse volkeren uit hun vruchtbare geboortegronden ten Oosten van de Mississippi naar het stoffige Oklahoma, duizenden kilometers westwaarts – een treurige gebeurtenis die als Trail of tears, Spoor der Tranen, bekend staat. Het was zo’n beetje de Nakba van de Cherokee, zogezegd. 

Dit Zionisme gaat er ook nog eens van uit dat mensen begrip voor dit type genocidaal kolonialisme weten op te brengen. En dan vragen mensen zich nog af waarom het Zionisme als kolonialisme en racisme veroordeeld dient te worden.

Hoe dit koloniale racisme werkt, is trouwens zeer handzaam in beeld gebracht in een filmpje dat ik aantrof via MRZine. (update) Hier komt het:  Hier had het moeten komen, maar het embedden mislukt. Via de MR Zine-link kun je het bekijken.

Prima om even wrang en luid te lachen. Daarna is het misschien een goed moment om de strijd tegen de koloniale bezetterspraktijken van de staat Israël een stapje vooruit te helpen. Zo kun je bijvoordeeld de Gaza Freedom March ondersteunen – als je dat tenminste nog niet allang doet.


Nogmaals Hoek van Holland

24 augustus, 2009

Over het grove geweld afgelopen weekend bij Hoek van Holland is bepaald het laatste woord nog niet gezegd. Hoe meer ik er over lees, hoe vaster mijn conclusie wordt. Hoe akelig het gedrag van een deel van de feestgangers ook geweest mag zijn, hoofdverantwoordelijke voor de bloedige chaos zijn allereerst de polite en degen die de politie van instructies hebben voorzien.

Wat afgelopen nacht, toen ik mijn vorige stuk erover schreef, duidelijk léék te zijn, was het volgende: nadat er vechtpartijen waren uitgebroken op het feest, en ook schoten waren gehoord, greep de politie in en vuurde waarschuwingsschoten af. Mogelijk vuurden agenten ook gericht. Eén van de gewonden was slachtoffer van een politiekogel; voor de andere gewonden, en voor de dode 19-jarige jongen, stond dat niet vast.

Inmiddels weten we iets meer. Uit politiekringen komt het bericht dat alle kogels door de politie zijn afgevuurd. Justitie houdt echter nog staande dat er eerst door anderen zou zijn geschoten. Een vuurwapen is op het strand en de duinen ernaast echter nog niet gevonden.

Er is ook veel dat erop wijst dat de schutters die rug aan rug op mensen vuurden, geen feestgangers waren, geen hooligans, maar agenten in burger die zich bedreigd gevoeld zouden hebben nadat ze als zodanig waren herkend. Een commentaar bij een AD-artikel verklaart die herkenning: het voetbalteam van de politie was ingezet, sommige hooligans hebben eerder met deze agenten te maken gehad, hetgeen de kans op zo’n herkenning vergroot.

Een ooggetuige die dit schietincident met – kennelijk – vier agenten in burger, beschrijft, hoe de mannen moesten vluchten, en hoe vervolgens… politie een soort van charge probeerde uit de voeren.  Je kunt op je vingers natellen wat er gebeurde: “De opgeroepen politie kwam met 40 man met wapenstokken het strand op maar gauw gingen de jongeren de paniek afreageren op de politie.” Wie bedénkt zoiets?! Enkele tientallen agenten met wapenstok op een opgefokte menigte afsturen waar even eerder op geschoten is? Op een strand waar duizenden mensen, deels  aangeschoten maar in sommige gevallen ook zowat néérgeschoten, rondhangen? Zulk optreden lijkt wel bedácht om de zaak nog verder te laten escaleren.

Opvallend, en nogal verdacht, is ook het geringe aantal arrestaties: drie, voor lichte overtredingen, voordat de zaak echt was dolgedraaid. Talloze mensen hadden iets gezien, als er echt door bezoekers  zo geschoten zou zijn, waarom is er dan geen schutter aagehouden door aanwezige agenten in burger? Justitie verklaart dat aldus: ” ‘Dat was moeilijk’, aldus een woordvoerder van het OM, ‘omdat het erg donker was.'” Ook nadat zich tientallen getuigen hadden gemeld, volgden geen arrestaties.” Prachtig, nietwaar? Het is te donker om mensen aan te houden. Maar het is niet te donker om op mensen te schieten en het risico van dodelijke kogels te nemen. Vreemde prioriteiten vind ik  het. Tenzij de politie natuurlijk inderdaad al wist dat er, buiten de politie zelf, geen schutters te arresteren waren omdat de politie inderdáád als enige geschoten had.

Ik weet het: er is nog teveel onduidelijk om heel veel zeker te weten. En ja, de organisatie gaat zelf ook niet vrijuit. Waarom bijvoorbeeld wél hekken bij een feest dat gratis was – en dan níét foulleren omdat dit zinloos zou zijn aangezien mensen toch wel spullen door de hekken heen zouden gooien

Enige controle was er volgens bezoekers aan het feest trouwens wel: “Er werd niet gefouilleerd, maar wel in tassen gekeken. Daardoor ontstond er en rij en moet st je al gauw een uur wachten om binnen re komen”, aldus een bezoeker in een NRC-stuk. Zoiets is ook niet echt een goede manier om een relaxede atmosfeer te krijgen. En wat mocht er dan niet naar binnen? “Mijn deodorant werd ingenomen. Wapens kon je kennelijk ongestraft meegenomen, deodorant niet. En ook geen drank, want ze moeten natuurlijk wel verdienen aan zo’n feest, hé?”, vertelt iemand erbij.

En natuurlijk rechtvaardigt niets het agressieve gedrag dat een deel van de feestvierders ongetwijfeld vertoonden, ruim voordat de politie de aanval opende. Maar mijn indruk dat de politie met haar optreden – roekeloosheid gecombineerd met machtsvertoon – zeer heeft bijgedragen aan de verschrikkingen op dat strand, wordt wel steeds sterker.


Hoek van Holland: tragische gebeurtenissen, trieste reacties

24 augustus, 2009

Trieste taferelen daar op het strand van Hoek van Holland, met een tragische afloop: één dode en zeker vijf gewonden. Treurig is ook de reactie van veel politici die in de rellen op het strand een buitenkans bespeuren om een hard optreden te eisen en voor de heilige gezagsdragers van de politie op te komen.

Wat is er gebeurd? Het valt niet mee om een beeld te krijgen van de chaos die er moet hebben geheerst. Er was een strandfeest, Sunset Grooves, georganiseerd namens Vernonica door evenementenbureau Tridee. Daar kwamen vele duizenden mensen op af, vermoedelijk meer dan de 15.000  waarvoor vergunning was aangevraagd. De politie kwam erachter dat er ook 70 tot 80 voetbalhooligans op het feeest af zouden komen, en zette naast sowieso aanwezige agenten haar voetbalteam in.

Rond middernacht was sprake van  een “grimmige sfeer”, met “vechtpartijen”, aldus berichtgeving in de Volkskrant; er werden ook schoten afgevuurd. Onduidelijk is hoe dat ging, wat de aanleiding was. Alcohol zal een rol hebben gespeeld; de rol van de voetbalhooligans is volstrekt onduidelijk, en het is niet aannemelijk dat louter, of zelfs vooral, hun aanwezigheid de zaak uit de hand liet lopen. Daarvoor was de feestende menigte te groot en het aantal hooligans relatief veel te klein. Bovendien is het scanderen van “Rotterdam Hooligans” echt nog iets anders dan het schieten met vuurwapens.

Dat schieten zelf, was dat louter bij wijze van vuurwerk, schoten afvuren in de lucht? Het NOS-journaal wekte die indruk, maar de Volkskrant zegt: “meerdere getuigen meldden dat twee schutters midden op het feestterein ‘rug  tegen rug’ gericht vuurden op bezoekers en politie.” Wie? Waarom? Onduidelijk, vooralsnog. Griezelig is het wel.

De politie maakte vervolgens een einde aan het feest en ontruimde het terrein. Daarbij vuurden agenten tal van waarschuwingsschoten af, en dat vind ik opvallend. De aanleiding was dat een deel van de menigte zich tegen de politie keerde, en dat de politie zich kennelijk bedreigd voelde. Ik vind de reactie van dat deel van de menigte niet zo vreemd. Je bent met veel, je hebt flink wat op, de sfeer is al verhit, en daar komt een flinke groep dienders jou vertellen dat je moet maken dat je wegkomt…

Dat de politie bij zoiets niets anders weet te bedenken dan schieten, is tekenend. Ook de rest van het politieoptreden klonk niet als een poging om snel echte rust te herwinnen, maar als tamelijk lomp machtsvertoon met ook nog eens te weinig middelen. Er waren enkele tientallen agenten, waaronder ook politie te paard. Ik zie het tafereel voor me: een donker strand (de moeilijkheden begonnen laat in de avond), een grote, niet bepaald nuchtere, mensenmassa, en politieagenten die te paard daar ordehandhaver proberen te zijn. Rennende paarden met agenten erop, dat draagt alleen maar bij aan stress en paniek. Sommige mensen worden dan bang. Andere mensen worden dan boos. Als er nog geen chaos was, dan zou die er alsnog zijn gekomen. En ja, dan gaan mensen inderdaad de politie te lijf, met de nogal aanwezige wapens. Nee, dat is niet netjes. Maar het is ook niet echt vreemd.

Dan de waarschuwingsschoten. Minstens één van de gewonden is door een politiekogel geraakt. Van de andere gewonden wordt dat niet uitgesloten, en van het dodelijke slachtoffer, een negentienjarige jongen, al evenmin. Ik dacht dat waarschuwingsschoten in de lucht werden afgevuurd. Of konden de feestvierders misschien vliegen, net zoals zoveel Palestijnse kinderen die door Israëlische soldaten die in de lucht schoten desondanks dodelijk werden geraakt?

Nee, ik zeg niet dat politieagenten moedwillig een jongen hebben doodgeschoten en vijf anderen hebben verwond. Ik zeg wel dat het politieoptreden nogal lomp op me overkwam, en dat het  zo was opgezet en uitgevoerd dat het risico op zwaargewonden en doden zeer reeël was. Het handhaven van hun orde kreeg voorrang boven het in veiligheid brengen van mensen en het herstellen van een situatie waarin mensen geen gevaar meer liepen. Dat is althans mijn indruk.

Inmiddels is er een groot onderzoek gestart. Ik ben benieuwd wat daar uitkomt. En intussen is uit de mond van politici al een gebrul van verontwaardiging opgestegen, keurig samengevat door Nu.nl. Het grote schandaal voor die politici is niet dat er een dode is gevallen, en vijf zwaargewonden, op iets dat een feest had moeten wezen. Nee, het grote schandaal was dat mensen de politie te lijf gingen.

Natuurlijk, van een VVD-er als Laetitia Griffith verwachten we zoiets. “Vreselijk en heel zorgelijk” vond zij het, “vooral voor de agenten die de orde moesten handhaven.” Nieuwsflits voor Griffith: de agenten zijn springlevend en gezonnd van het terrein weggekomen. Een jongen van 19 dus níét. Is de stress van agenten werkelijk érger dan de dood van een tiener en het verdriet van de nabestaanden?

Griffith zei ook nog: “Gericht schieten doen ze niet zomaar, daar is de politie heel zorgvuldig in.” Over die ‘zorgvuldigheid’ zal het lopende onderzoek hopelijk iets meer  vertellen, al verwacht ik bepaald geen wonder van openheid. Maar dat geríchte schieten, dat klinkt toch anders dan de waarschuwingsschoten waar de berichtgeving het vooral over had. Ook daar wil ik graag meer van weten, want scherpschutterij als relbestrijding heb ik zelfs in Straatsburg tijdens de acties tegen de NAVO-top niet meegemaakt. Justitie houdt intussen de mogelijkheid open dat agenten gericht geschoten hebben.

Het CDA reageerde, bij monde van kamerlid Cokun Cörüz, soortgelijk als de VVD: “onacceptabel”, was het aanvallen van agenten. “De agenten zijn de hoeders van onze rechtsstaat.” Ach ja, vanuit het CDA en de VVD verwacht je weinig anders. Dat hun rechtsstaat de meerderheid van de bevolking steeds minder zegt, dat het bepaald niet ónze rechtsstaat is – dat inzicht is aan hen niet besteed.

Maar ook de SP tapt uit dit autoritaire vaatje, en dat is wèl erg stuitend. Ronald van Raak, SP-Kamerlid: “wie relt tegen de politie, relt tegen de samenleving. Dat kán niet.” Hij eist strengere en ook snellere straffen. Het is tenenkrommend om te lezen; een béétje socialist snapt – zou je toch denken? – wat veel hooligans in ieder geval intuïtief wèl door hebben: de politie verdedigt een gevestigde órde, desnoods tegen flinke delen van de maatschappij in.

Delen van die maatschappij die verandering eisen, treffen de politie keer op keer tegenóver zich aan. De krakers die grootschalig relden tegen de politie in de jaren tachtig, relden vóór de maatschappij, niet ertegen. Een béétje socialist stond en staat samen met die opstandige delen, tegenover het gevestigde , al dan niet geüniformeerde, gezag.

Die anti-autoritaire erfenis is bij grote delen van links vergeten, ondergesneeuwd. Bij de SP is dat weer eens heel schrijnend zichtbaar geworden. Zelfs als de menigten die zich op dat strand van Hoek van Holland  tegen de politie keerden  – zónder enig werkelijk positief doel, voorzover ik kan nagaan – geen speciale sympathie van links verdienen, dan nóg is het misplaatst om de politie zo ongeveer heilig te verklaren en de onaantastbaarheid van het gezag van de daken te schreeuwen.


Rooieravotr op Twitter, Hyves en Facebook

23 augustus, 2009

Eind mei, tijdens een korte gevechtspauze, schreef ik: “in juni gaat er méér gebeuren rond en op dit weblog.” Veel heb ik daar nog niet van laten merken, behalve dat ik vrolijk door ben wezen bloggen, met vooral de Iraanse revolutie als inspiratiebron. Maar toch heb ik achter de schermen ook niet stilgezeten.

 Het is sinds enige tijd op meerdere manieren mogelijk om de gebeurtenissen op dit blog te volgen en min of meer permanent in verbinding ermee te staan. Rooieravotr zit sinds 23 juni op Twitter, jawel. En ik heb ook een Hyves, speciaal bedoeld voor lezers van dit weblog en degenen die sowieso op de hoogte willen zijn van mijn daarmee politieke activiteiten.

Eerst Twitter. Dat gebruik ik om, meteen na plaatsing van een stuk op dit blog, daarvan melding te maken. Volg me op Twitter, en je blijft direct bij, daar komt het op neer. Je vindt me via http://twitter.com/rooieravotr.

Hyves heeft een soortgelijk doel maar biedt iets minder haast en iets meer ruimte. Wie daar op mijn vriendenlijstje staat, krijgt wekelijks een nieuwsbriefje. De nieuwsbrief komt in beginsel elke woensdag via prive-berichten naar je toe. Daarin vertel ik wat er de afgelopen week op mijn blog is verschenen, en vraag ik soms aandacht voor bepaalde politieke initiatieven. Die nieuwsbrief staat ook op het blogje wat op die Hyves staat, zodat ook wie nog niet op de vriendenlijst staat er kennis van kan nemen.  Maar als je op dat lijstje staat, ben je sneller op de hoogte, en is het ook makkelijk om eventueel rechtstreeks contact met me te zoeken.

Eenieder die dat wil, kan een vriendenverzoek doen. In principe willig ik dat in, tenzij ik in het profiel van degene die me toevoegt reden zie om dat niet te doen (extreme vijandigheid tegen links, bijvoorbeeld; ruzie maken doet men maar ergens anders). 

Trek je vooral niets aan van de vermaning van Hyvs dat je degene die je op je vriendenlijst  wil echt moet kennen. Deze Hyves is er voor vrienden van mijn weblog, zogezegd; dat hoeven niet perse persoonlijke bekenden of vrienden te zijn, het is juist een middel om de bekendheid met en betrokkenheid  van mensen bij dit weblog uit te bouwen tot nieuwe mensen. Je vindt deze Hyves op http://rooieravotractief.hyves.nl . Tot ziens aldaar!

Er komt nog meer. Ik zit ook op Facebook, bekenden kunnen me wel vinden door mijn politieke mail-adres, rooieravotr@live.nl, als zoekterm te gebruiken. Met het toevoegen van mensen daar ben ik terughoudender dan op Hyves; facebook is meer afgeschermd, Hyves in principe sowieso makkelijker zichtbaar voor niet-leden en niet-vrienden. Onbekenden die graag in mij Facebook-netwerk willen, doen er goed aan me dan eerst een mailtje te sturen waarin ze zichzelf even voorstellen.

Ik ben aan het proberen om een openbare Facebook-pagina te maken, makkelijker vindbaar en makkelijk toegankelijk. Dat wil nog nietnhelemaal lukke, tips zijn welkom. En er komt waarschijnlijk ook een msn-adres voor lezers met en sympathisanten van dit weblog. Wordt dus vervolgd…


Nogmaals het ontslag van Ramadan

22 augustus, 2009

Over het ontslag van Tariq Ramadan, waar ik eerder over schreef, is het laatste woord nog niet gezegd en geschreven. Dat is maar goed ook, want het ontslag – als integratie-adviseur van de gemeente Rotterdam, én als docent aan de Erasmus Universiteit – is tegelijk een aanval op zowel de meningsvrijheid en een knieval voor de islamofobie zoals die door mensen als Geert Wilders wordt aangejaagd.

Opvallend is de steun die het ontslag kreeg uit kringen die beter dienden te wten, uit linkse hoek. Zo kijkt GroenLinks-wethouder Rik Grashoff in een Volkskrant-interview terug op de zaak. Hij erkent dat eerder gedoe romd Ramadan – in april, toen hem kwalijke uitspraken over homo’s en vrouwen ten laste werden gelegd – trekjes had van een hetze. “Dat er in Nederland mensen zijn die het regelrecht op zijn persoon hadden gemunt, dat had ik niet voorzien. Zo’n Bolkestein, dat hij er  werkelijk op volle sterkte in zou gaan…” Maar nu is het anders, volgens hem: “In april heb ik gezegd: ik ga geen mensen wegsturen op basis van een hetze. Nu gata het om iets anders.” Dat “iets anders” is Ramadans werk voor Press TV, een zender van de Iraanse staat. Dat dit een nieuw handvat was voor mensen die hem sowieso weg wilden hebben, ontgaat Grashoff kennelijk. Dat de  aanval in april en de huidige aanval in elkaars verlengde liggen, deel uitmaken van dezélfde campagne ‘weg-met-Ramadan’ kan of wil hij niet zien.

En het kan best wezen dat, zoals Grashoff zegt, Ramadan een trotse man is met te weinig inlevingsvermogen. We hebben allemaal onze eigenaardigheden. Maar de kernvraag is: deed hij zijn werk goed? Zelfs Grashoff  erkent dat hij zich krachtig en positief inzette en zijn nek uitstak. En misschien is het voor een kritisch intellectueel juist maar góéd dat die zich niet ál te gevoelig betoont voor wat er leeft onder mensen, hoe iets over kan komen. Inlevingsvermogen in een mentaliteit waarin een scherpzinnige moslim-geleerde bij voorbaat al te verdacht is om gemeenteadviseur te zijn, is bepaald ook geen pluspunt.

Dan de SP. Via een reactie op mijn vorige stuk over de zaak, kwam ik op een uiteenzetting van het standpunt vanuit die partij. Kern daarvan is dat de SP sowieso al bedenkingen had bij het soort integratie-adviseur dat Ramadan probeerde te zijn.  Het gaat bij integrag tie, aldus de SP, in de eerste plaats om sociaal-economische zaken: achterstelling , armoede, gebrek aan onderwijs en kansen op de arbeidsmarkt. Debatten over religie en cultuur zijn niet zo relevant, maar kosten wel handenvol geld. Daarom kon Ramadan maar beter vertrekken. En daarom was  de SP best blij met zijn ontslag.

Ik vind het een trieste opstelling van de SP. Het is op zichzelf al een problematisch standpunt: juist de sociaal-economische achterstand wordt keer op keer kracht bij gezet door islamofobe politici die schermen met de religieuze achtergrond van veel migranten. Culturele en religieuze dimensies worden gehanteerd om de sociaal-economische dimensie soms te versluieren, maar soms ook te accentueren. Het is verkeerd om het uitsluitend over cultuur te hebben. Het is evenzeer verkeerd door culturele en religieuze aspecten geheel te negeren.

Maar zelfs als de SP op dit punt wel gelijk zou hebben, dan nog is dat in de ontslagkwestie van Ramadan niet erg terzake. Het is in de eerste plaats de gemeente zelf die deze culturele invulling immers  kennelijk wilde (anders had ze Ramadan niet aangenomen, twee jaar terug). Dat moet je Ramadan dus niet aanrekenen. En – veel belangrijker! – hij is niet ontslagen om die reden. Sterker: dat hij zijn werk op zijn – door de SP aangevallen – manier deed, wordt door iemand als Grasshof eerder als verdienste gezien.

Hij is ontslagen met als voorwendsel dat hij voor Press TV werkte, maar vooral omdat hij zich profileerde als  een assertieve intellectueel met een moslim-achtergrond. En in dát gevecht had en heeft links een rol. Een duidelijke stellingname, zij aan zij met Ramadan, tegenover stemmingmakers als Elian en Bolkestein, een duidelijk ‘blijf van Ramadan af!’- daar begint het mee. De discussie over sociaal-economische versus religieuze en culturele dimensies van het samenleven van mensen van allerlei achtergronden is een ándere, en die had voor een ander moment bewaard dienen te worden, zonder ontslagdreiging. Ramadans ontslag is wel degelijk gevolg van een hetze, en de SP heeft op het kritieke moment die hetze niet weerstaan en de solidariteit die Ramadan verdiende, niet betoond. Mijn scherpe woorden over de opstelling van de SP in mijn vorige stuk hierover hou ik recht overeind

Intussen zijn er gelukkig her en der mensen die het voor hem opnemen. Op de gloednieuwe website van de Internationale Socialisten vinden we een mooi stuk onder de titel “Ramadan is kapotgemaakt”. daarin zetten een vijftal auteurs, waaronder Peyman Jafari, uiteen hoezeer Ramadan ten prooi is gevallen aal een hete die vanuit Islamofobe kring is aangejaagd.

Hoe die hetze verlopen is, kun je trouwens mooi teruglezen in een overzicht van opiniestukken rond de zaak op de NRC-website, van de eerste aanval van GayKrant redacteur Henk Krol in april tot en met het laatste verweer van Ramadan zelf afgelopen week. Daar zien wij bijvoorbeeld hoe uitspraken van Ramadan over homoseksualiteit – volgens de Islam niet acceptabel, aldus Ramadan, maar dat betekent niet dat veroordeling volgens hem aan de orde is –  verwrongen en van hun subtiliteit ontdaan, worden misbruikt om hem het leven zuur te maken. Daar zien we ook hoe opvattingen die onder wat conservatieve christenen heel gewoon zijn, tot probleem worden verheven als ze uit de mond van een moslim komen. Dat Ramadans opvattingen de  mijne niet zijn – en ook niet die van de auteurs in het stuk op de IS-site trouwens – mag duidelijk zijn. Een ontslaggrond kan zo’n meningsverschil in deze zaak echter niet zijn.

Ramadan is niet alleen als integratie-adviseur ontslagen, maar ook – hiermee verbonden –  als docent aan de Erasmus Universiteit. Daartegen klink gelukkig protest. Een aantal wetenschappers heeft in een open brief in de NRC stelling genomen tegen het ontslag. “Als medewerkers van de universiteit zijn wij geschokt door dit besluit, dat wij in strijd achten met de academische vrijheid.”

De brief zegt dat Ramadan het debat zocht en stimuleerde, en dat dit door de gemeente zelf ook onderkend is. “We kunnen het met hem oneens zijn, maar het debat met hem kan ons denken scherpen. Wij zijn het er niet mee eens dat hij is ontslagen op grond van gevoelens die ziujn gedrag kan oproepen. Dat ontslag is in strijd met de academische vrijheid. Wij moeten juist met hem in debat te (sic) gaan: zo hoort dat in een intellectuele gemeenschap als een universiteit.”

Inderdaad! En de stellingname van deze groep wetenschappers aan deze universiteit bevat meer socialisme dan het standpunt van SP Rotterdam, en meer linksheid dat het geneuzel over inlevingsvermogen van GroenLinkser Grashoff. Misschien dat er studenten  of anderen, aan de Erasmus Universiteit daarbuiten, zijn die de verklaring van deze wetenschappers van extra steun kunnen voorzien?


Nieuwe website Internationale Socialisten: een juweel

21 augustus, 2009

De zomer loopt ten einde, de vakantieperiode eveneens. Maar in links internetland heerst helaas nog te veel rust. Ik wacht bijvoorbeeld met enieg smart op de hervatting van activiteit op een weblog als Kritisch Links (laatste artikel: 17 juni), en enog levensteken op het weblog van Platform Rosa (laatste stuk: 12 juni) zou me ook groot genoegen doen. Het is niet bedoeld als kritiek, ik weet hoe onmisbaar vakanties kunnen zijn. Ik hoop gewoon vooral dat de makers van deze blogs goed uit gerust en met hernieuwd elan snel weer iets moois weten te maken.

Gelukkig is er nu – eindelijk, eindelijk! – de nieuwe website van de Internationale Socialisten (IS). Die organisatie heeft zich heel lang gered met een weblog, maar het wachten is de moeite waard geweest.

De website is een juweel: overzichtelijk, levendig maar niet te druk (een fout die te vaak gemaakt wordt). Een heleboel eerder gepubliceerd materiaal is al in de nieuwe opzet beschikbaar gemaakt, de fout om een website online te gooien met eigelijk alleen drie openingsstukken plus zes pagina’s “in aanbouw” is gelukkig vermeden. De ietsje zelfingenomen klinkende  leus rechtsboven “de linkste site van Nederland” zullen we maar met een relativerende knipoog bezien.

Een andere keer ga ik vast wel weer eens gezellig mopperen op inhoudelijke IS-zaken, als ik daar reden voor zie. Nu zeg ik alleen: gefeliciteerd kameraden! 🙂

De nieuwe website van de IS: www.socialisme.nu  In je favorieten met dat ding!


Verkiezingen Afghanistan: bevolking weer verliezer

21 augustus, 2009

De verkiezingen in Afghanistan zijn achter de rug, en de winnaar is nog niet bekend. vast staat echter al wie de verliezers zijn: de Afghaanse bevolking, hun vrijheiden, hun rechten, inclusief hun recht om zonder buitenlandse bezetting hun lot in eigen hand te nemen.

In de aanloop werd al duidelijk dat deze verkiezingen er niet waren ten bate van het Afghaanse volk. Het was bij voorbaat duidelijk dat gewapende groepen – ‘de Taliban’ volgens gevestigde media, of het nu echt de Taliban zijn of anderen – de verkiezingen wilden verstoren met geweld. Het was ook duidelijk dat de regering en de NAVO/VS-bezettingstroepen dat niet zouden kunnen voorkomen. Ze zijn in de hele oorlog tegen die ‘Taliban’ aan de verlieziende hand, waarom zou dat op verkiezingsdag niet zo zijn?

Hoe reageerde de regering vervolgens? Door de media te vragen om niet over aanslagen en geweld rond de verkiezingen te berichten, door ze te vragen op dit punt een nieuws-black out in acht te nemen. Reden: zulke berichtgeving zou mensen bang maken, te bang misschien om naar de stembus te komen. Zo zouden de verkiezingen waar het Afghaanse bewind – welk dan ook, onder werlke gekozen president ook – enige legitmiiteit aan hoopte te ontlenen, in gevaar lopen.

Anders gezegd: de regering had liever dat er flink wat mensen opgeblazen werden rond stembureaus dan dat mensen uit overlevingsdrang thuisbleven. Dat zou immers het opkomstcijfer zouden drukken, en daarmee de geloofwaardigheid aantasten. Die geloofwaarrdigheid, haar eigen legitimatie, kreeg voorrang boven mensenlevens van kiezers en andere Afghanen. Dat was de brute logica. Het laat ook zien hoe het gevestigde gezag in Afghanistan aankijkt tegen de vrijheid van de pers en andere media.

De verkiezingsdag zelf verliep inderdaad vol geweld: 135 incidenten leidden tot 26 doden en 28 gewonden, volgens de regering. De meesten waren soldaten en politiemensen, maar ook 9 burgers kwamen om. De opkomst was veel lager dan bij de vorige verkiezingen: 40 tot 50 prtocent, vergeleken bij 70 procent in 2004.

Buij die lagere opkomst speelt ongetwijfeld angst voor geweld een rol, nieuws-blackout of niet; mensen hadden geen berichtgeving in krant of TV nodig om te weten dat het oorlog is in hun land, en dat het op verkiezingsdag gevaarlijk is op straat – net als eigenlijk elke dag. Maar er is een tweede reden die de animo voor deverkiezingen er niet groter op gemaakt zal hebben: het verkiezingsgebeuren zélf.

Al van te voren was duidelijk dat president Karzai overeenkomsten aan het sluiten was met weerzinwekkende militieleiders en militaire figuren met veel bloed aan hun handen. Daarbij kwamen berichten dat Karzai op grote schaal fraude aan het voorbereiden was, onder meer door enkele miljoenen registratiekaarten voor de verkiezingen aan niet-kiesgerechtigden (te jonge mensen) te geven. Een  organisatie die toeziet op het eerlijke verloop van de verkiezingen, trof zelfs 500 stemkaarten in handen van één persoon aan. Gareth Porter zet de gang van zaken uiteen.

Zoals het er nu naar uitziet komt er een tweede ronde: Karzai, de zittende president, heeft waarschijnlijk niet voldoende stemmen om boven de 50 procent uit te komen. Het is veelzeggend dat zélfs met het  boven aangeduide grootschalige bedrog, zélfs met de steun van machtige krijgsheren, Karzai de zaak toch niet honderd procent naar zijn hand heeft weten te zetten. Tegenover hem zal dan Abdullah Abdullah komen te staan, een voormalig minister van buitenlandse zaken.

Hoe dit verder ook afloopt, ook de volgende president zal zijn politieke overleving voor een enorm deel aan de aanwezigheid van vele tienduidzenden interventietroepen – van de VS, van andere NAVO-staten waaronder ook Nederland – te danken blijven houden. Ook een volgende president zal daarover ongetwijfeld nu en dan knarsetanden, en wellicht kritiek leveren op nieuwe Amerikaanse luchtaanvallen met opnieuw burgerslachtoffers. 

Maar ook een volgende president zal daar uiteindelijk bitter weinig tegen kunnen doen. Westerse soldaten, en niet een meerderheid aan kiezers – dát is de beslissende machtsbasis van welke zittende Afghaanse regering dan ook, zolang de bezetting van dat geterroriseerde land voortduurt.


Ramadan onterecht ontslagen

18 augustus, 2009

De gemeente Rotterdam heeft Tariq Ramadan, werkzaam als integratie-adviseur in die stad, vandaag ontslagen. De reden die daarvoor is gebruikt is het feit dat Ramadan ook werkt voor Press TV, een door de Iraanse staat gefinancierde omroep. Volgens mij is die reden een vals voorwendsel. Ramadan is slachtoffer geworden van een campagne vanwege het feit dat hij zijn opvattingen beargumenteerd vanuit zijn interpretatie van de Islam. Zijn ontslag is geen stoer antwoord op medeplichtigheid aan dictatuur; zijn ontslag is een soort van beroepsverbod, ontslag vanwege de ideëen en religieuze achtergronden van de man, en als zodanig een verwerpelijk ontslag.

Tariw Ramada werkt sinds twee jaar als integratie-adviseur voor de gemeente Rotterdam. Eerder is al geprobeerd de man beentje te lichten, vanwege vermeende homofobe en vrouwvijandige uitlatingen. Bij onderzoek bleek dat echter niet hard te maken: “uit uitputtend bronnenonderzoek bleek vorige week dat Ramadan (46) in het verleden geen homofobe en vrouwvijandige uitspraken zou hebben gedaan”, schreef de NRC destijds. Hij mocht blijven. De VVD stapte om die reden boos uit het gemeentebestuur.

Overigens is het best mogelijk, zelfs niet onwaarschijnlijk, dat er problematische kanten zitten aan Ramadans opvattingen over vrouwen- en homorechten. Dat geldt voor veel filosofen of politici met een christelijke achtergrond eveneens. Maar dán wordt er zelden een groot probleem van gemaakt. De ChristenUnie, een partij die het recht op abortus afwijst en openstelling van het huwelijk voor homo’s en lesbo’s eigenlijk ook maar niks vindt, is nota bene deel van het Nederlandse kabinet. Ramadan aanvallen en regeringsdeelname van de CU acceptabel vinden, dat is meten met twee maten. Gelukkig slaagde de aanval destijds dus niet.

Maar afgelopen week werd opeens het feit dat Ramadan – overigens al vanaf 2008 – werkzaam is voor Press TV aanleiding voor Leefbaar Rotterdam en VVD, maar treurig genoeg ook de SP – aanleiding om het ontslag van de man te eisen. Ramadan legt in een fel maar waardig stuk uit dat hij inderdaad een nprogramma presenteert voor Press TV, dat hij daarin niet gehinderd wordt door de regering van Iran, en aan de orde kan stellen wat hij wil, en dat hij de onderdrukking in Iran verwerpt. Dat kun je afdoen als mooie woorden. Je kunt, zoals Asfhin Elian doet, het pure feit dat je werkt voor een Iraans staatsmedium, afdoen als medeplichtigheid aan onderdrukking en dictatuur. Dat lukt echter slechts zolang je niet weet of wil weten wat Press TV brengt aan berichtgeving.

Ja, het is een staatsomroep. Nee, het is geen pure propagandazender. De verdeeldheid die met de verkiezingsprotesten ook binnen het bewind aan de dag is getreden, weerspiegelt zich bijvoorbeeld binnen Press TV. De omroep berichtte over de protesten – weinig welwillend (net zo min als de NOS erg welwillend over protesten tegen de Nederlandse regering bericht). De omroep meldt ook uitspraken van oppositieleiders over de protesten, en ontwikkelingen in de oppositie. Zo doet Press TV vandaag verslag van het feit dat ex-president Khatami en oppositiekanididaat  Karoubi deel gaan nemen aan de opositionele beweging die door de meest prominente oppositiekandidaat Mousavi is opgericht. Dat is nieuws, en het is nieuws dat het bewind niet bepaald welgevallig al zijn. 

Press TV is geen pure propagandazender. Press TV is een staatszender zoals de BBC, in een bewind dat de totale greep op staat en media niet bepaald weet te garanderen. Het feit dat deze zender kritische geluiden enigszins door laat klinken, is teken daarvan. Wie voor zo’n omroep een programma maakt is daarmee nog geen betaalde propagandist voor een dictatuur. Een serieuze reden tot ontslag dient dat dan ook niet te zijn. Of het wijs en wenselijk is om voor zo’n omroep te werken, is een andere discussie.

Volgens mij ligt de werkelijke reden dan ook ergens anders, en Ramadan wijst daar zelf in zijn brief ook op. “Vanwaar die beschuldigingen die alleen op mij van toepassing lijken?  het antwoord is simpel: bij de keuze van een ‘moslim-intellectueel’  tot doelwit, is hun echte agenda de politiek van het moslimpesten en de angst.” Dat lijkt mij een juiste observatie. het ontslag van Ramadan is feitelijk een indirecte knieval voor het van rechts – door Geert Wilders en zijn PVV, maar ook door teveel anderen – steeds harder aangejaagde islamofie. Dat de SP hier als linkse partij in mee meende te moeten gaan, is verachtelijk.


Zomerschool Internationale Socialisten: moeite waard (2)

17 augustus, 2009

De andere discussiebijeenkomt waar ik op dit blog wat aandacht aan wil besteden was “Socialisme of anarchisme”. Jeroen van der Starre hield daarover eerst een uitvoerige inleiding vol historische voorbeelden. Daarna deden een aantal aanwezigen, ik ook, een bijdrage uit de aal. Zowel inleiding als bijdragen uit de zaal bevatten veel goeds en leerzaams. Toch vond ik de bijeenkomst uiteindelijk op beide onderdelen niet bevredigend.

Eerst de inleiding. Daar was overduidelijk veel leeswerk in gaan zitten en tijd in gestoken. De spreker bezweek vrijwel onder de informatie, kwam in hevige tijdnood en moest flinke delen van wat hij wilde vertellen gaandeweg inkorten of schrappen. Dat is een frustratie die ik zelf maar al te goed ken uit tijden di dat ik dit soort inleidingen deed. Evengoed bleef er veel over.

We werden door Jeroen meegenomen in een historische rondleiding langs de grondleggers van het anarchisme: William Godwin, de individualist Max Stirner, Jean-Pierre Proudhon die het woord anarchie voor het eerst in zijn niet-negatieve beterkenis (anarchie als chaos), maar zijn zijn politieke betekenis (anarchie als maatschappij zonder autoriteit), en de eigenlijke grondlegger van het moderne anarchisme, Michael Bakoenin. Jeroen legde ondertussen wel redelijk uit hoe de totale ontkenning van iedere autoriteit als zodanig onwerkbaar is en abstract blijft. Hij haalde de zeer efficiënte weerlegging van anti-autoriteit-als-principe aan van Friedrich Engels aan, die uitlegde dat revoluties zelf heel autoritaire aangelegenheden zijn: de onderliggende klasse legt met gewapende machtsmiddelen haad dwingende autoriteit op aan de heersers, door ze omver te werpen en omvergeworpen te houden.

In de praktijk kwam er vaak niets van terecht, en Bakoenin pleitte tussen al zijn anti-autoritaire uitspraken ook voor een geheime dictatuur die van achter de schermen zo’n ‘anti-autoritaire’ revolutie moest leiden. Ook het vrij hilarische verhaal waarin Bakoenin in Lyon de afschaffing van de stata uitroept en iedereen die zich tegen  de nieuwe door Bakoenin opgelegde orde verette met de doodstraf bedreigde (maar Bakoenin is helemáál niet autoritair hoor…) – om binnen de kortste keren door de zojuist afgeschafte staat verjaagd te worden – kwam langs.

Daarna besprak Jeroen het isolement waarin de opkomende anarchistische beweging belandde, en de strategie van “propaganda van de daad”, het plegen van aanslagen, waartoe de beweging gedeeltelijk overging. Hij noemde Kropotkin en Malatesta als pleitbezorgers van deze vorm van terrorisme, maar legde veel te weinig nadruk op het feit dat 1. deze twee anarchisten daar heel snel afstand van namen, en 2. dat er naast de aanslagen-versie van het anarchisme ook allerlei andere activiteiten door anarchisten werden ontplooid, waaronder vooral ook theoretisch werk. Kropotkin bijvoorbeeld verdient een groot krediet als theoreticus en propagandist voor een maatschappij zonder opgelegde dwang, samenhangend via vrijwillige samenwerking en wederkerigheid. Zijn weerleggingen van de zin van strafrecht en gevangenissen, zijn bijvoorbeeld meesterlijk; in hoofdstuk 9 van zijn autobiografische “In Russian and french Prisons” vindt je een voorbeeld (teruggevonden via een mooie collectie anarchistische teksten in boekvorm: The Anarchist Reader, samengesteld door George Woodcock). Iedere revolutionair kan met het lezen van zulke teksten zijn of haar voordeel doen en er inspiratie aan ontlenen.

Later begon een deel van de anarchisten – en daar pakt Jeroen de draad weer op – zich te richten op vakbondsst rijd. Dit was de opkomst van het anarchosyndicalisme, dat in Spanje haar hoogtepunt vond. Vakbondsstrijd kwam in de plaats van politieke strijd, de vakbond kon als het ware de kiem van een vrije maatschappij van onderop vormen, daar kwam het op neer. Jeroen maakte duidelijk hoezeer in deze vleugel van het anarchisme een revolulutionair elan tot uiting kwam. Mara hij liet ook zien hoe de pricncipiéle afwijzing van elke autoriteit ertoe leidde dat het anarchisme de revolutionaire boot in Spanje 1936 miste. In dat jaar pleegden generaals een staatsgreep. Arbeiders kwamen daartegen in opstand. Anarchistische ideeén en organisaties waren prominent in die opstandige arbeidersbeweging. maar de Anarchosu yndicalistische vakbond CNT weigerde om door te bijten en de macht van de arbeidersklasse daadwerkelijk te vestigen in de vorm van een van ondereaf aangestuurde arbeiudersstaat. daardoor bleef de gevestigde burgerlijke staatsmacht intact. Uiteindelijk geionnen leiders van de CNT die staatsmacht zelfs tegen f de fac scisten en generaals te steunen door ministers te leveren voor de regering. Het anarchisme had hier laten zien geen gids te zijn voor een succesvolle revolutie. Het abstracte anti-autoritarisme deed he revolutionaire elan dat anarchistisch geïnspireerde bewegingen zo overduidelijk bezaten, niet tot zijn recht komen.

 Mijn overzicht van Jeroens inleiding is  incompleet. Hij besprak bijvoorbeeld ook nog de rol van anarchisten in de Russische revolutie. Omdatdie revolutie de sovjets – gekozen raden van arbeiders, boeren en soldaten- , onder Bolsjevistische leiding, tot staatsmacht verhief, keerden veel anarchisten zich daar tégen: elke staatsmacht was verdacht. Dat plaatste deze anarchisten aan de kant van de contrarevolutie, aldus Jeroen.

Ik denk dat dit veel te kort door de bocht is. Voor sommige anarchisten klopt dit. Andere anarchisten zagen dat sovjetmacht toch iets anders was dan reguliere staatsmacht, dat het veel dichter bij de anarchistische idealen stond, en dus waard om voor te vechten (Victor Serge was een voorbeeld daarvan, zoals een IS-er vanuit de zaal  naar voren bracht). Weer anderen anarchisten probeerden zowel tegen de Sovjet-macht als tegen de rechtse tegenstanders ervan te vechten.

Hoe illusoir dat laatste naar mijn mening uiteindelijk ook was, en hoezeer dat sóms de Witten ( de rechtse legers) in de kaart speelde, het gaat niet aan om dit soort bewegingen simpelweg af te doen als objectief contrarevolutionair. De hele historie vande Russische revolutie,de sovjetmacht en de relatie tussen Bolsjevieken en allerlei bewegingen waar anarchisten actief in waren en inspiratie aan ontlenen, verdient naar mijn mening een betere evaluatie, met een positievere inschatting van de rol van anarchisten en ander stromingen links van de Bolsjevistische hoofdstroom, en iets kritischer ten aanzien van die hoofdstroom, dan in de IS doorgaans te vinden is. Maar dat werk ik later nog wel eens uit.

De inleiding van Jeroen was dus informatief, maar bleef iets teveel steken in negatieve anecdotes en stereotypen over anarchisten. Complimenten die anarchisten van Jeroen en sommige andere aanwezigen kregen, hadden naar mijn idee vooral als doel om een al te sectarische indruk te voorkomen en kwamen wat obligaat over. 

Er was nog een manco: de titel, iets waar de IS en niet de spreker op zichzelf verantwoordelijk voor is. “Socialisme of anarchisme?” suggereert dat anarchisten géén socialisten zijn. Welnu, Jeroen gaf terecht aan dat iemand als Bakoenin zichzelf wel als socialist beschouwde. Ik denk dat we, vanaf uiterlijk die tijd, de hoofdstroom van het anarchisme als een stroming bínnen het socialisme moeten zien.

Kropotkin en Malatesta bijvoorbeeld hingen een anarchistisch communisme (en dus een vorm van socialisme; Marx noemde zich ook communist) aan. Heel veel anarchisten duiden hun opvattingen aan als libertair socialistisch. In Nederland had je bijvoorbeeld een anarchistisch netwerk dat zich de Federatie van Vrije Socialisten noemde.

Je kunt zeggen: maar dat is allemaal geen écht socialisme, het enige échte socialisme is het marxisme. Volgens mij is dat niet juist en niet slim. De erin besloten afwijzing-bij-voorbaat is niet bevorderlijk voor een echt en open discussie met anarchisten, en ook niet voor samenwerking. En we hebben elkaar veel te hard nodig om osn dit soort van nodeloze afstand te kunnen veroorloven. Het getuigt van een ideologische arrogantie, van vooringenomenheid, zo van wíj zijn de echte socialisten, jullie niet.

Ik ben zelf marxist en geen anarchist. Maar ik voer de discussie met anarchisten graag als een discussie binnen de socialistische beweging in brede zin, en ik plaats anarchisten daar niet bij voorbaat buiten door mezelf socialist te noemen en de anarchist niet. Over socialisme kun je verschillende opvattingen hebben, en natuurlijk prefereer ik de mijne boven die van een ander (totdat de ander me overtuigt!). Maar dat is een discussie bínnen het socialisme.

De echte titel van de bijeenkomst had moeten luiden: “Marxisme of anarchisme?” Het gaat hier twee stromingen binnen het socialisme, met een serieus meningsverschil. En in dat meningsverschil heb ik van anarchisten wel degelijk iets te leren, net als hopelijk ook andersom.

Díé houding – leren van elkáár, niet alleen de ander vertellen hoezeer diens opvattingen tekort schieten – miste ik in deze bijeenkomst – in de lezing, en in enkele van de bijdragen – toch enigszins. Het is een storende, tekortschietende houding die één van de mindere kanten is van de (hoofdstroom in de) IS, en van zeer veel trotskisten in het algemeen. Dat veel anarchisten andersom net zo’n houding innemen jegens marxisten, doet hier niets aan af. Ik kom hier op terug.