De onderhandelingen in de Sociaal Economische Raad (SER) over de AOW-leeftijd zijn stukgelopen, ondernemersclubs hebben het proces een genadeschot gegeven en zijn weggebleven van de laatste bijeenkomst in de SER. De weg komt nu vrij voor het kabinet om haar voornemen om de AOW-leeftijd naar 67 te brengen, door te zetten. Tenzij…
De onderhandelingen vloeiden voort uit een afspraak in maart: het kabinet wilde toen al de AOW-leeftijd van 65 naar 67 brengen, maar de vakbeweging was fel tegen. Dus mochten vakbeweging samen met ondernemersorganisaties als VNO-NCW in de SER een alternatief bedenbken dat evenveel opleverde: 4 miljard per jaar. Dat is dus niet gelukt.
De vakbeweging is, logischerwijs, erg boos. Maar de woede geldt kennelijk vooral de manier waarop ondernemersclubs het spel speelden. Wegblijven uit de laatste gespreksronde, en via de media vertellen dat het overleg vastgelopen is, dat is inderdaad een arrogante, botte manier van doen. Je zou alleen verwachten, althans hopen, dat vakbondsmensen die arrogante botheid van bazenkant allang kenden, en er dus niet zo door zouden zijn overvallen.
Dat ondernemersclubs als VNO-NCW de schuld bij de vakbonden leggen, is ook al niet vreemd. Niet dat VNO-NCW-voorman Bernard Wientjes daar gelijk in heeft. Maar toegeven dat de eigen wens om AOW-leeftijd, maar tegelijk ook de leeftijd voor aanvullende pensioenen, omhoog te gooien, wel op weerstand van vakbonden moest stuiten, is van zo’n man in zo’n positie te veel gevraagd.
Dat in het laatste plan van ondernemerszijde de AOW-leeftijd zelfs in één sprong – en niet in een heel langzaam proces, zoals in het eerdere kabinetsplan – verhoogd zou worden, was eerder olie op het vuur dan een bijdrage aan een serieus compromis. Ik denk zelf dat ondernemers sowieso de AOW-leeftijd omhoog willen hebben, en dat het hele circus in de SER alleen maar bedoeld was om de vakbondstop daarvoor mee te krijgen in één of andere vorm.
Dat de ondernemersclubs het spel vandaag zo keihard speelden is hiervan een teken: niet goedschiks meewerken? Dan maar kwaadschiks, via het kabinet, de verhoging doorgedrukt zien! Maar de opstelling van de vakbonden zelf lokte de botheid van de bazenorganisaties bijna uit. Niet omdat de bonden zich zo onverzettelijk opstelden, maar juist vanwege hun meegaandheid, werd de arrogantie aan ondernemerszijde gevoed. Ze bespeurden aarzeling en zwakten aan vakbondskant, ze roken bloed, en ze sloegen toe.
Zwakte en gedraai aan vakbondszijde wás er, tot in de slotfase. Al maanden terug liet het CNV weten dat een verhoging van de AOW-leeftijd eventueel moest kunnen. Daarmee zagen ondernemers en kabinet een gat in de vakbondseenheid opduiken, dat hun positie versterkte.
Gisteren kwam de FNV met haar eigen plan, en dat zal de ondernemers hebben gesterkt in hun botheid. Het plan wilde het mogelijk maken om met 65 jaar te stoppen met werken en een redelijke AOW-uitkering te krijgen. Maar wie langer werkte, kon daarna een hogere AOW tegemoet zien. Het kwam neer op een hogere leeftijd voor wie dat wilde, aangemoedigd met een financiële prikkel.
Feitelijk erkende de FNV daarmee het principe dat het zinnig was om de AOW-leeftijd omhoog te brengen, maar wilde die verhoging alleen vrijwillig bereiken. Die erkenning moet ondernemers, en ook mninisters als Donner, als muziek in de orgen hebben geklonken. De vrijwilligheid echter bleef het struikelblok, en daar liet VNO-NCW het met overgave op stuk lopen. Maar een belangrijke oogst – een vakbond voor wie het vasthouden aan de AOW-leeftijd van 65 jaar geen keihard punt meer was – hadden de ondernemersclubs al binnen.
Nu restte nog slechts om boos uit de onderhandelingen weg te blijven, de bal toe te spelen aan het kabinet, en de verhoging naar 67 jaar doorgedrukt te zien. Slim gespeeld van de ondernemersclubs, slecht en warrig gespeeld van vakbondszijde – die sowieso al niet haar vertrouwen in dat hele SER-onderhandelingsproces had moeten steken – met de achterban van die vakbeweging als potentieel slachtoffer.
Het lijkt me dat vooral de FNV er nu niet aan ontkomt haar opstelling te verstevigen en serieuze acties door te zetten tegen de kabinets- en ondernemersplannen. Dat zal nog moeilijk worden, want één van de voordelen die de bazen hebben binnengesleept is nu juist die twijfelachtige, onvaste opstelling aan vakbondskant. De geloofwaardigheid van de FNV als keiharde verdediger van onze pensioenleeftijd is er belaald niet op vooruitgegaan. Het vertrouwen van groepen arbeiders dat hun bond hun rechten effectief verdedigt evenmin. De bonden hebben dus bepaald iets goed te maken.
Het is nu zaak dat de voorgenomen acties op 7 oktober brede en felle steun krijgen. Voor die dag roept de FNV arbeiders vanuit allerlei bedrijven om een pauze van 65 minuten te houden en demonstratief samen te komen en ook ludieke acties te bedenken. Feitelijk is dit een oproep tot een algemene staking van ruim één uur. Hopelijk wordt aan de oproep grootschalig gevolg gegeven, juist ook door mensen die de vakbondstop vanwege haar merkwaardige bewegingen in rond Circus SER niet vertrowen, terécht niet vertrouwen.
Juist deelname van kritische arbeiders binnen én buiten de bonden kan de strijd om onze AOW-rechten een dynamiek krijgen die door het dubieuze leiderschap van Agnes Jongerius en haar collega-vakbondsbestuurders niet onder controle te houden is. Zo kan de strijd voor onze AOW-leeftijd alsnog worden gewonden, door ons allemaal samen.