Hoe vrolijk kan een mens op een regenachtige zaterdagmiddag worden? Zeer vrolijk. Althans, afgelopen zaterdag gold dat voor mij. Aanleiding tot deze vrolijkheid was een zeer geslaagde demonstratie vóór kraken. Tegen de duizend mensen, krakers en sympathisanten, voerden met deze betoging actie tegen het kraakverbod dat onlangs door de Tweede Kamer is aangenomen.
Heel veel hoeft er over het exacte verloop hier niet gezegd te worden. Het was een vrij lange tocht door de binnenstad, vrijwel onder gedoe met de politie zodat de volle aandacht bij de zaak zelf lag: de noodzaak en het nut van kraken, de opgewekte wil van mensen op te komen vóór het kraken, maar ook voor de alternatieve levensstijl die daar voor veel mensen mee samenhangt.
Pas tegen het einde was er een vleugje spanning, toen er opeens politiebusjes snel langsreden en agenten te paard voorbij kwamen galopperen. Plotseling stond er een ME-linie en was er een begin van een charge zichtbaar aan de flank van de actie. Ook aan de andere kant van de dmonstratie was ME opgedoken. De aanleiding? Voor mij op dat moment onduidelijk, ik begreep naderhand dat mensen een kant op wilden waar het gezag ons niet wilde hebben.
Het politiegebeuren zag er op dat moment uit als combinatie van nervositeit en machtsvertoon. maar de spanning nam gelukkig snel af. Wat bij andere betogingen vaak gebeurt, namelijk dat veel demonstranten het opgefokte politiegedrag met eigen opgefokheid beantwoordden, dat bleef nu achterwege. Mensen bleven rustig en gingen opgewekt verder met de actie zelf, die niet zo heel lang erna op een veldje dichtbij het station werd afgesloten.
Opgewektheid typeerde de actie. Het was een stoet vol dansende en springende mensen, voor een flink deel meer een streetrave dan een ‘gewone’ demonstratie. Het strakke groepsgewijs scanderen van leuzen – dat ik zo goed ken van acties waarin de Internationale Socialisten, die dáár goed in zijn, prominent aan deelneemt – ontbrak goeddeels, al werd af en toe wel “Idealen ontruim je niet, kraken gaat door!” geroepen – vooral hoorbaar waar mensen in groepsverband zo’n leus aanhieven. Iets méér leuzen, iets meer variatie erin, iets meer aandacht voor die kant van de actie, was welkom geweest. Zulke leuzen zijn niet alleen voor demonstranten zelf handvaten, ze maken vooral ook aan omstanders iets duidelijk. Maar het is een relatief detail.
Er was daarentegen wel een veelheid van borden en spandoeken, zo te zien vooral handgemaakt en soms erg mooi, te zien. Dat compenseerde het matige leuzen roepen. De foto’s hieronder geven een indruk. De kern van het thema werd duidelijk, vaak ook humoristisch, voor het voetlicht gebracht. Humor en vrolijkheid typeerden de sfeer sowieso. Dit zag er niet uit als een restant van een vrijwel verslagen beweging. Dit zag er uit als iets springlevends, iets met niet alleen een roemrucht en respectabel verleden van strijd, maar evenzeer met toekomst.
Het zag er ook niet uit als enkel of zelfs vooral een in zichzelf gekeerde scene. Het grimmige karakter, dat vroeger bij acties waarin krakers een grote rol speelde zo opviel, met de veelheid aan donkere kleding en eindeloze punkmuziek ontbrak vrijwel. Ja, er was woede, en terecht. Dat bleek wel uit meegevoerde leuzen en zo. Maar het was geen woede uit plichtsbesef. Het was boosheid uit levenslust. Deze mensen hadden op een zeer aanstekelijke wijze plezier in wat ze – pardon, wat we – deden. En dat straalde de stoet dan ook uit. ja, mensen waren met zichzelf, met hun eigen ding bezig. Dat kun je ‘naar binnen gekeerd’ noemen, als je dat graag wilt. Maar het ding waar men mee bezig was, werd juist door de zo evidente lol van mensen, tegelijk gecommuniceerd naar iedereen die kon zien en/of horen. In al dat pleier was intussen steeds zichtbaar waar het om draaide: kraken heeft waarde, kraken is nodig, kraken gaat door.
Uit de muziek op de geluidwagens bleek eenzelfde soort vrolijkheid. Eerste nummer dat ik herkende toen de stoet liep: “Lust for Life”, van Iggy Pop. Dat zou zo ongeveer het motto van de demonstratie hebben kunnen zijn! Ja, een punknummer – maar ook een tamelijk bekend nummer, destijds in 1977 een hit (ik herinner me nog hoe Iggy Pop de studio zo ongeveer verbouwde tijdens een optreden in het toenmalige populaire programma Toppop…). Daarna: “Somebody to Love”, Jefferson Airplane, 1967 en een hippie-lied zonder weerga. Het werd nog gekker: “Ma Baker”, disconummer van Boney M. uit de jaren zeventig, “Tainted Love” van Soft Cell, “Le Freak” van Chic (ook weer stokoude disco), “These Boots Are Made for Walking” (Nancy Sinatra)… Allemaal nummers die je niet meteen met de kraakwereld of radicaal-links in verband zou brengen. Maar ook allemaal nummers die veel omstanders herkend zullen hebben, en die de afstand tussen betogers en mensen erbuiten eerder kleiner dan groter zullen hebben gemaakt. En dat helpt.
Degenen die verantwoordelijk waren voor de muziekkeus hadden een groot gevoel voor ironische humor: veel van de genoemde titels zijn makkelijk op te vatten als ondeugende rebelse knipogen. These Boots Are Made for Walking (I’m gonna walk all over you)… Ze hadden ook het inzicht om nu eens niet de smaak in het gemiddelde kraakpand of infocentrum tot uitgangspunt te maken, zoals in het verleden te vaak gebeurde op demonstraties. Die smaak is immers nogal anders dan die in de gemiddelde eensgezinswoning, en juist dat verschil via muziek benadrukken vergoot de afstand nodeloos. Maar daarvan was dus nu minder dan tevoren sprake. Verfrissend en vrolijkmakend. Zoals eigenlijk de hele actie.
Waren er geen minpunten? Zeker wel. De belangrijkste zwakte was de samenstelling van de betoging. Krakers natuurlijk, ik had ook de indruk dat er redelijk wat studenten (al dan niet zelf krakend) meededen. De kraakbeweging wás er, en ik vond het aantal van 1000 mensen heel behoorlijk (ik had enkele honderden mensen verwacht). Maar er waren zeer weinig mensen in georganiseerd verband van buiten de kraakwereld gekomen. Ik zag maar één linkse groep die georganiseerd zichtbaar actief was: een handvol mensen van de Internationale Socialisten (IS), met enkele borden en een stapel pamfletten over klimaatacties rond de top in Kopenhagen. Ik was erg blij dat de IS aanwezig was. Maar waar was Rood (SP-jongeren, zelf nog wel eens bezig met kraakacties)? Waar waaren andere uiterst-linkse groepen, Offensief, Rode Morgen, NCPN? Misschien heb ik ze over het hoofd gezien, de stoet was groot… maar ik let op zulke dingen. En waar was Dwars (GroenLinkse jongeren)? Dan heb ik het nog maar niet over zichtbare SP- en GroenLinkse aanwezigheid. OK, ik zag één iemand met een SP-tomaat en een button tegen hogere pensioenleeftijd. Maar onder georganiseerde aanwezigheid versta ik iets meer dan dat.
Ik zeg het maar eens hard. Vrijwel geheel links buiten de linksradicale, met kraken verweven, scene, heeft de krakers, en daarmee het kraken zelf, en daarmee een wezenlijk gevecht om woonrecht, in de steek gelaten. Verwijzingen naar de naar-binnen-gekeerdheid, het scene-krakter, van de kraakbeweging gaan minder dan ooit op. Ze kunnen gehanteerd worden als smoes om verstek te laten gaan, maar niet langer als serieus argument.
Alleen al het spandoek “mede mogelijk gemaakt door de kraakbeweging”, dat vanuit de kraakbeweging al enige tijd wordt verspreid, laat juist een inzet zien van krakers om hun strijd nara buiten uit ter dragen, de relevantie ervan te laten zien. Dit spandoek hangt veelal op panden die via kraken voor sloop opf speculatie behoed zijn en inmiddels eene sociale en/ of culturele bestemming hebben gevonden. Ik vind het spandoek meesterlijk, en de verspreiding ervan heel verstandig en slim. Zoals ik eigenlijk de hele demonstratie vond getuigen van ene verstandige, slimme en vooral dus zeer vrolijke aanpak. Het is een vrolijkheid die links in de huidige moeilijke tijden zeer goed kan gebruiken.
Foto’s gemaakt door Peter Storm; gebruik ervan is prima, maar dan graag met vermelding van maker en verwijing naar dit weblog.