Libische opstand en oorlog: ontknoping op handen…

21 augustus, 2011

zondag 21 augustus

Wederom staan opstandelingen voor de poorten van Tripoli. Wederom komen mensen in die stad zelf de straat op, trotseren de repressie en komen in opstand. Wederom is er een onbevestigd bericht dat Kadhafi de hoofdstad is ontvlucht. Het lijken we die dagen tussen 20 februari en begin maart, toen de val van het Libische bewind op handen leek. Is het nu dan eindelijk zo ver? Lees de rest van dit artikel »


Vliegverbod Libië – en het vervolg?

18 maart, 2011

Het is zover: de VN-Veiligheidraad heeft besloten om boven Libië een no-fly zone in te stellen. Volgens de resolutie mogen “alle noodzakelijke maatregelen” worden ingesteld, behalve een bezettingsmacht, om “burgers en door burgers bewoonde gebieden te beschermen”. De weg ligt daarmee vrij voor luchtaanvallen door Britse, Franse en Amerikaanse en andere eenheden op de Libische luchtverdediging, maar ook op andere militaire doelen. Dit alles betekent een grote militaire druk op Kadhafi’s bewind. Mensen in de opstandshoofdstad Benghazi zijn zeer verheugd, en dat is te begrijpen. Zij hebben het gevoel dat er éíndelijk hulp komt voor hun strijd. Ik hoop dat de opstand in deze situatie kracht herwint, en nu vrij snel alsnog het bewind verslaat. Als ze aan de VN-resolutie nieuw elan ontlenen, is dat mooi meegenomen.

Maar enige steun verdient de resolutie niet. Het is een gevaarlijke, verwerpelijke daad van interventie, die zowel nieuw en erger geweld kan brengen als de opstand verder van haar autonomie en speelruimte dreigt te beroven. Als dit militair ingrijpen beslissend wordt om de opstand te doen winnen, dan wint immers niet zozeer de opstand, maar de mogendheden die ingrijpen. Dan komt de opstand, de bevolking van Libië, in een nieuwe afhankelijkheidsband. Als het ingrijpen beperkt is, en de opstandelingen doen het leeuwendeel van het werk zèlf, valt het nog mee. Maar als de weerstand van het bewind sterk blijkt, als de rol van de interventiemachten groter wordt, dan zal de opstand afhankelijker en daardoor zwakker worden. Dan dreigt niet alleen nog meer bloedvergieten, warabij niet elke Westerse bom uitsluitend militaire doelen zal raken. Dan dreigt er, vanuit het zieltogende bewind, ook nog eens extra wraak tegen degenen voor wie de VN-resolutie heet op te komen. Politiek gesproken kan het zelfs de positie van Kadhafi versterken. Eerst was hij vooral leider van een bloedig bewind. Nu is kan hij zich nog extra profileren als iemand die Libië tegen agressie verdedigt. Dat kan het regime nog steun opleveren ook.

Opvallend is dat, zowel vanuit het verzet als in veel media, een beeld geschetst wordt alsof de revolte op het punt stond verslagen te worden. Kennelijk moest er een beeld gevormd worden dat de opstand zonder steun verloren was, dat het vliegverbod eigenlijk al te laat was., onder het motto: ingrijpen, nú! “Als het doel is om  Gadaffi af te zetten dan ben je behoorlijk laat. Dan grijp je in op het moment dat de rebellenbeweging al  bijna helemaal is opgerold, aldus bijvoorbeeld Carolien Roelands in de NRC, uren voordat de resolutie was aangenomen. Dit sluit aan op hoe Kadhafi en zijn zonen de situatie presenteerden. Al dagen doen zij alsof ze vrijwel hebben gewonnen.

Kadhafi’s zoon Said al-Islam bijvoorbeeld. Die beweerde afgelopen woensdag: “De militaire operaties zijn afgelopen. In 48 uur is het allemaal voorbij. Onze troepen zijn vlakbij Benghazi. Wat er ook voor besluit wordt genomen, het zal te laat zijn.” Het bericht waar ik uit citeer verscheen eind van die ochtend. Woensdagavond was er echter een mededeling dat het Libische leger de opstandelingen een ultimatum had gesteld: ze dienden om middernacht, de nacht van woensdag op donderdag, de wapens neer te leggen. Dat is toch vreemd, als er een halve dag eerder nog sprake was vabn een eind aan de hele opstand binnen 48 uur. Zo’n ultimatum is vooral logisch je bang bent voor verzet, en daarom nog hoopt via dreiging en belofte de zaak te winnen. In de loop van de volgende dag ’s avond kondigde Kadhafiaan dat zijn troepen er aan kwamen. Wie zich niet overgaf kon het ergste verwachten. Waarom zo’n dreigement als het allemaal al zo ongeveer  voorbij is, na rond de 30 van de eerder aangekondigde 48 uur?  De hele opéénvolging van aankondigingen lijkt mij een teken van onzekerheid bij het bewind, angst voor een grimmige oorlog in een stad van bijna een miljoen mensen, waaronder talloze bewapende strijders, zinderend van desperate woede tegen het bewind.

Wat kan Kadhafi in stelling brengen? Zwaarbewapende elitetroepen heeft hij, jawel. Hoeveel? De belangrijkste van die brigades zou ettelijke duizenden soldaten tellen, andere relevante eenheden nog eens 3000, volgens een overzichtje van de BBC. Tanks heeft Kadhafi, 2200 in totaal, volgens Wikipedia, maar dat was voor dat etoch handenvol vernietigd zijn, of van eigenaar verwisseld. En van die oorspronkelijke 2200 zouden er volgens dezelfde bron slechts 650 ingezet kunnen worden. Nog verschrikkelijk veel, zeker.

Maar niet alles kan tegelijk tegen Benghazi worden ingezet, al was het maar omdat er om Ajdabiya en Misurata nog steeds strijd wordt geleverd volgens recent Aljazeera-bericht. En in de steden die door Kadhafi de afgelopen dagen zijn veroverd, zal hij ook troepen moeten stationeren om de greep te bewaren. En dan is er nog Tripoli zelf…  Kortom: hij hééft een militair overwicht, ook nu het vliegverbod er is. maar het overwicht, en zijn hele positie, is veel minder sterk dan op grond van zowel zijn  stoere taal als van  de sombere media-praat gedacht zou kunnen worden. De opstand is géén verloren zaak, niet mét de no-fly zone en ook niet zonder dat vliegverbod.

Twee berichten van een EA Worldview liveblog afgelopen dag maken duidelijk hoe onwerkelijk de Kadhafi-beweringen over  zijn zege-binnen-handbereik zijn. “2045 GMT:  Associated Press bericht dat de dichtstbijzijnde  popsitie van troepen van het regime vanaf Benghazi 130 km (80 mijl) naar het zuiden is. 2020 GMT: In tegenstelling tot Moammar Kadafi’s belofte om Benghazi vanavond te bevrijden zegt de Engelse correspondent van Aljazeera in Benghazi dat hij deze avond tot 50 km (31 mijl) buiten Benghazi is gereisd en geen bewijs zag van troepen van het bewind die de stad naderden.” Het beeld dat Kadhafi’s eenheden aan de poorten van Benghazi staan, dat de opstand bijna inééngezakt is, klopt niet. Maar het is een beeld dat zowel het bewind als Westerse staten die nu snel willen ingrijpen áls mensen vanuit de opstand die vooral op Westerse steun hopen, goed uitkomt.

Komende dagen worden griezelig spannend. Krijgt de opstand weer de vaart die zowel het einde van het bewind kan bespoedigen als de greep van interventiemachten over de hele gang van zaken zo zwak mogelijk kan houden? Hoe gaat het militaire ingrijpen van Britse, Franse en Amerikaanse militairen er uit zien, en hoe zal Kadhafi’s bewind reageren? Dát het einde voor zijn regime nu – toch veel later dan ik enkele weken geleden dacht – nu nabij is, lijkt me wel waarschijnlijk. Hóé dat einde eruit ziet, hoe bloedig dat wordt, en wat er voor in de plaats komt, is hoogst onzeker. Grote bezorgdheid is op zijn plek. Maar diepe bewondering voor de opstandelingen die zónder dat vliegverbod al zó ver zijn gekomen in hun verzet eveneens. Dat ze maar snel en zo veel mogelijk op eigen kracht het bewind ten val mogen brengen.