Over anti-stemadviezen, commentaar op ‘stemadviezigheid’, en bloggen als ‘actiemiddel’…

De stembus houdt de aandacht vast, van de media maar ook van allerlei mensen in verzet, van marxistische en van anarchistische inslag. Het vorige artikel ging vooral ook in op de steun voor de SP vanuit twee trotskistische groepen. Op de reacties die dat stuk opleverde, kom ik verderop nog terug. Nu eerst eens kijken wat er aan anarchistische zijde te vernemen valt.

Op drie libertaire websites vond ik, laten we zeggen, anti-stem-adviezen. De Anarchistische Groep Nijmegen was er tijdig bij, en plaatste al vlak voor de gemeenteraadasverkiezingen een artikel, “Blanco stemmen of gewoon helemaal niet?” deels bestaat het artikel uit een wat technische uiteenzetting over hoe het zit met het effect van blanco-stemmen versus niet-stemmen op opkomstpercentages. Dat percentage wordt door blanco-stemmen hoger, maar verder is het effect van blanco-stemmen op de uitslag nul. Voordeel van niet-stemmen, vanuit anarchistische optiek, is dat ook het opkomstpercentage – en dus iets van de legitimatie van ‘onze’ volksvertegenwoordigers –  erdoor daalt. “Omdat stemmen voor ons voelt als acceptatie van dit systeem, willen wij iedereen oproepen om deze verkiezingen en alle die komen gaan, niet naar de stembus te gaan en in plaats daarvan jezelf te organiseren en een tegengeluid te laten horen, en in ieder geval niet het opkomstpercentage op een voor ons negatieve manier beinvloeden.” De Anarchistische Groep Amsterdam verwijst naarhet artikel, en trekt een zelfde conclusie: niet gaan stemmen, “niet in de valkuil van de parlementaire vertegenwoordiging binnen dit kapitalistische stelsel” te treppen. Dat gebeurt in een korte poëtische oproep: “Doe mee! Stem je stemkaart door de plee!”

Een derde, veel uitvoeriger, artikel is te vinden op de website van de Vrije Bond, een samenwerkingsverband van meerdere anarchistische groepen. De titel zegt het: “Boycot de verkiezingen”. Het mooie stuk zelf legt uit: hoe een heel klein aantal mensen over onze levens meent te mogen beslissen omdat ze een aantal van ons zover gekregen hebben om een stem op hun uit te brengen, hoe dit gebeurt met beloften die ze breken,  hoe de staat bezuinigst op onze bestaansvoorwaarden, en onderdrukking hanteert tegen verzet. “De werkelijkheid is dat de politici in het algemeen in dienst staan van de belangen van de klassen die, omdat zij macht en geld hebben, het voor het zeggen hebben.” Inderdaad.

Dan volgt met nadruk een oproep om niet te gaan stemmen, maar zelf  initiatief te nemen, in actie te komen voor verbeteringen, voor een ander soort maatschappij, ons te organiseren tegenover de goed georganiseerde macht van hogerhand. “De arbeiders moeten net als de heersende klassen zichzelf leren organiseren om zich van hen te bevrijden (…) De anarchisten vragen niet om stemmen. Het  is niet door middel van stemmen dat men een rechtvaardige, vrije, gelijkwaardige samenleving kan bouwen. Juist door  de solidasriteit en wederzijdse hulp van  de onderdrukten kunnen zij dat bereiken.” Alweer: inderdaad!

En dan, met mooie ironie: ” De anarchisten houden teveel van de democratie! Daarom roepen wij mensen op om niet te gaan stemmen.” Tot zover het onder sommige marxisten levende sprookje dat anarchisme in essentie anti-democratisch is. “Stemmen is een soort prik die je voor vier jaar verdooft. Men denkt dat er iets verandert wanneer men stemt, maar veranderingen worden slechts door strijd  bereikt en niet door aangejaagde angst.” Dat verdovende effect geldt overigens lang niet voor iedereen, sommigen van ons – ik tot voor kort ook – stemmen ‘zonder illusie’ en voeren evengoed strijd. Maar de kern van het betoog – verandering bereik je door strijd, niet door dat stembriefje – klopt. De afsluiting is dan weer sterk: “De waren politiek is niet de politiek van controle, hiërarchie en uitbuiting die wij nu kennen, de ware politiek is de strijd en de beëindiging van het onrecht dat daaruit voortkomt.” Daarmee is ook het waanidee dat het anarchisme ‘niet-politiek’ zou zijn trouwens onderuitgehaald: het gaat om een ánder soort politieke benadering dan de staatsgerichte, via stembusstrijd opererende, benadering.

Over het geheel genomen deel ik de houding van bovengenoemde teksten. Ik ga zelf, om het soort redenen die in de stukken staan, om het soort argumenten die ik in mijn vorige stuk over verkiezingen heb aangevoerd, niet stemmen komende woensdag. Maar er vallen bij de stukken wel enige kanttekening te plaatsen. In het stuk van de Vrije Bond bijvoorbeeld lees ik: “Anarchisten denken dat niet stemmen de eerste stap is om echte verandering te bereiken. De tweede stap is dat mensen zelf met elkaar oplossingen moeten zien te vinden.” Ik denk niet dat dit voor alle anarchisten geldt, zeker niet voor mij. De boel komt hier namelijk een beetje op zijn kop te staan.

Voor veel mensen is juist de éérste stap dat mensen het onrecht voelen knagen, en zelf initiatieven beginnen te nemen, actie gaan voeren. Dat ze intussen nog niet van elk geloof in de stembus af zijn, is een soort tegenstrijdigheid. Maar de kérn van het anarchisme, zoals ik dat zie, is niet dat we niet gaan stemmen. De kern van het anarchisme is dat we verandering beogen door mensen zelf, gezamenlijk en individueel, tegen opgelegde autoriteit, uitbuiting en onderdrukking in, en dus tegen zowel kapitaal als staat. Het niet-stemmen is een strategisch en tactisch uitvloeisel van deze kern. Voor mijzelf kwam de conclusie om niet te gaan stemmen nádat ik het eens was geworden met de kern van het anarchisme, als een soort van consequentie – niet als eerste stap maar pas daarna. Ik vermoed dat ik niet de enige ben.

Meer in het algemeen is er een probleem met oproepen om niet te gaan stemmen: het maakt de stembus nog stééds tot middelpunt van het verhaal. Ons heel erg inzetten voor een verkiezingsboycot is deels anti-electoralisme, omdat de argumenten eromheen het vertrouwen in vertegenwoordiging ondermijnen. Maar deels is het ook omgekeerd electoralisme, omdat het de stembus nog steeds een belang toekent die de stembus gewoon niet hoort te hebben. Ik ga niet stemmen, het is beter om niet te gaan stemmen. Maar ik kan prima door één deur met mensen die actie voeren, staken, demonstraties, blokkades en weet ik wat tot een succes helpen maken, en één keer per jaar hun stem op de SP uitbrengen om daarmee hun inzet voor socialwe verandering te onderstrepen. Die stem is misplaatst, maar geen drama. Wat we buiten dat stemhokje doen, in de alledaagse strijd, dát is de kern.

Met de argumentatie in oproepen om niet te gaan stemmen maar zelf in beweging te komen ben ik het verder in hoofdlijnen dus eens. Met een oproep op Indymedia om stemhokjes onbruikbaar te maken met bijvoorbeeld lijm, ben ik het níét eens. Ik zag die oproep op Indymedia, en twijfelde eraan of het als grap bedoeld was. Ik ga er intussen van uit dat de oproep wel degelijk serieus is. Er is bijvoorbeeld al meteen een lijst van stembureaus met adres en al ondergeplaatst. Hopelijk wordt er géén gehoor aan gegeven.

“Stop het verkiezingscircus en haar clowns”, heet de oproep, en het is ludiek ondertekend door het Prutserig Lijmend Aksie Komitee oftewel PLAK. We lezen erin kort een uitleg waarom verkiezingen geen machtsmiddeling tot verandering zijn, maar een bevestiging van de huidige machthebbers. Daar heb ik verder geen problemen mee. Met de aankondiging dat er in de nacht voor verkiezingsdag “sloten van stembureaus dichtgelijmd worden als praktische  directe onderbreking van het liberaal-democratische systeem”  heb ik wel een probleem: het is een vorm van dwang, niet zozeer tegen ‘het systeem’, maar tegen de mensen die in dat systeem gevangen zitten, de potentiële kiezers. Mensen beletten om te gaan stemmen is net zo verkeerd als mensen dwingen te gaan stemmen. Het onklaar maken van stembureaus slaat ergens op als een bewind ons bijvoorbeeld dwingt te stemmen om enige legitimatie voor haar dictatuur te vinden en een dictatuur als democratie te kunne verpakken. Maar niemand dwingt mij te gaan stemmen.

Mij en anderen beletten te gaan stemmen is dwang, opgelegde autoriteit, voorhoedegedrag zo je wilt, van een – volgens mij piepkleine –  groep die voor mij uitmaakt hoe ik mijn strijd wel en niet mag voeren. Ik ga niet stemmen – als vrije weloverwogen daad van een mens die probeert zich vrij te vechten. Maar de vrijheid om al dan niet te gaan stemmen laat ik mij door niemand ongestoord en onweersproken afpakken. Ook dáárin ben ik anarchist! Ik hoop maar dat ik mij vergis en dat het hier toch een soort van grap om discussie te prikkelen betreft. Inzet van discussie is wat mij betreft: helder krijgen hoe we verandering bereiken, en hoe een stem op een politicus daar in de kern niets aan bijdraagt maar onze onvrijheid juist subtiel onderstreept. Mensen overtuigen dat niet-stemmen beter is, als deel van een verhaal wat er dan wel nodig is. Dwang is daarbij verkeerd en contraproductief.

Mijn vorige stembusverhaal heeft intussen een handvol reacties losgemaakt van mensen die een stem op de SP toch nuttig vinden. John bijvoorbeeld, geeft mij gelijk dat zelfs 150 SP-zetels geen fundamentele verandering zouden brengen. Toch vindt hij een stem op de SP beter. “Echter hebben we wel dingen te verliezen, zoals de AOW-leeftijd, het verkorten van de WW en dat soort dingen. Het lijkt me dan toch handiger dat we een grote partij hebben die daartegen is.” Maar ‘we’ hebben helemaal  niet zo’n partij, de partijleiders hebben een partij. Dat is nu juist het probleem: we hebben op parlementaire partijen geen greep, ‘we’ hebben geen partij, geen grote en geen kleine.

Dat de SP haar verzet tegen een hogere AOW-leeftijd, of verslechteringen van de WW, hard maakt als ze zou mogen  meeregeren – daarvoor bestaat geen enkele garantie. Zelfs die AOW-leeftijd is door de SP trouwens niet eens tot ‘breekpunt’ in eventuele onderhandelingen verklaard. Wat nu als partijen de SP tegemoet willen komen op het punt van de extra politieagenten die de SP wil, en het spreidingsbeleid van migranten in oude wijken – in ruil voor een iets hogere AOW-leeftijd…? Er is niets dat we via een SP-stem kunnen doen dat ons daartegen nu beschermt.

En ja, dan is er nog de “wat problematische koers” die de SP ook volgens John heeft. Een grof understatement, zoals ik in eerdere stukken over die partij al wel heb duidelijk gemaakt. Die beloofde extra agenten zijn van die koers al wel een wrang symptoom. Het is een “problematische koers” die door een stem op de SP impliciet wordt ondersteund.   Je kunt op je stembiljet namelijk wel een stemverklaring toevoegen met daarop: ik steun de SP, behalve op punten X, Y en Z.  Maar daarmee wordt je stem dus ongeldig…  Natuurlijk geloof ik John onmiddellijk in zijn belofte dat hij en geestverwanten zich alle dagen van het jaar ook voor actie proberen in te zetten. Maar het punt is en blijft dat de oproep om SP te stemmen met die prioriteit wel degelijk enigszins op gespannen voet staat.

Dan kwam er reactie van Bram. Hij beklemtoont het zelfvertrouwen dat mensen zelfs aan opiniepeilingen, en zeker uit een gunstige verkiezingsuitslag, kunnen ontlenen. Citaat: “Het maakt voor mijn zelfvertrouwen wel degelijk uit of ik samen met een SP van tien of 25 zetels actie voer, ik denk dat dit voor meer mensen geldt.” Dat hangt er maar van af. Er is geen reden om bij voorbaat te veronderstellen dat de mensen die eerst SP stemden maar nu niet meer, niet meer in beweging willen zijn,  passief geworden of zelfs rechts. Ik geloof niet dat de stemming onder arbeiders zo is veranderd.  Veel ontevreden arbeiders zien echter niet veel meer in de SP en blijven gewoon thuis.

Uit recente stakingen – in dezelfde tijd dat de SP elke maand twee zetels verloor – blijkt geen echte samenhang tussen SP-steun enerzijds en zelfvertrouwen om in actie te komen anderzijds.  De uiting van onvrede en veranderingswil is veranderd. Het geloof dat we via officiële kanalen veel kunnen bereiken is verder afgenomen. Voor sommige mensen kan dát juist ook weer een hart onder de riem zijn trouwens: ongeloof in parlementaire representatie is op zichzelf niet perse een slechte zaak! Dat argument van stembusuitslag en zelfvertrouwen is dus niet zo eenduidig als Bram het doet voorkomen.

Vervolgens merkt Bram op dat ook andere actiemiddelen niet altijd succesvol zijn. Hij wijst er bijvoorbeeld op dat ook een demonstratie niet altijd haar doel bereikt. Maar hijzelf erkent zelfs dan nog : “Natuurlijk is een demonstratie vele malen emanciperender dan een verkiezingsoverwinning voor links.” Precies! Een demonstratie ervaar je gezamenlijk, daar word je sterker van. Stemmen doe je individueel, en op het effect – die gekozen vertegenwoordigers – heb je geen controle. Dat verschil is principieel, en het geldt ook als een demonstratie haar doel – zoals heel vaak gebeurt – niet bereikt.

Of demonstraties slagen, of stakingen en blokkades  bereiken wat deelnemers ermee beogen – dat is een kwestie van hoeveel deelnemers er zijn, hoe fel en gemotiveerd de mensen zijn die eraan meedoenhoe effectief de aanpak van de actie is,  hoe sterk de andere kant staat,  en dergelijke dingen meer. Een kwestie van krachtsverhoudingen dus vooral. Dat is allemaal van een principieel andere orde dan het effect van verkiezingsdeelname. De bezwaren – de illusie in individuele schijngelijkheid in een werkelijkheid van grote machtsverschillen; de oncontroleerbaarheid van ‘onze’ vertegenwoordigers; het effect dat mensen vanwege verkiezingen vooral naar boven kijken, naar mensen die dingen namens ons oplossen in plaats van dat we naar onze eigen gezamenlijke kracht kijken – zijn principiële bezwaren, niet afhankelijk van krachtsverhoudingen. Zélfs als je daar eens om dringende redenen overheen wilt stappen, zelfs als er een keer wel een valide reden is om te gaan stemmen, dan  nóg gelden die bezwaren als zeer nadelige bijwerkingen. Dat is wezenlijk anders met demonstraties, directe actie, stakingen – strijdvormen die dit soort bijwerkingen niet hebben. Over dat wezenlijke verschil kijkt Bram ten onrechte heen.

Vervolgens komt Bram met een prachtige duizelingwekkende salto. Hij verplaatst de discussie naar het wel en wee van bloggen als ‘actiemiddel’ ! Nergens in het stuk waarop hij reageert ging het daarover. Hij sleept het er gewoon met de haren bij. De enige reden om erover te beginnen die ik me kan bedenken, is dat het artikel waar hij op reageert, op een weblog staat en gemaakt is door iemand die van het schrijven van weblogstukken momenteel zijn belangrijkste politieke activiteit heeft gemaakt. Het is dus eigenlijk een, overigens heel vriendelijk getoonzet, op de persoon gericht argument: ‘jij kritiseert stemmen als individualistisch, maar dat geblog van jou is ook individualisme hoor!’ Ik vind het grappig hoor. Maar het is wel een zwaktebod.

Maar laat ik er toch eens op in gaan. In de eerste plaats noem ik nérgens weblogs als actiewapen. Ik geloof daar op zichzelf namelijk ook niet in, en van het idee dat internetpetities de voorkeur verdienen boven actie op straat moet ik al helemaal niets hebben. Weblogs zijn een heel klein stukje alternatieve media. Ze kunnen wat informatie bieden, wat meningsvorming ondersteunen en versterken. Puur individueel is het weblogverschijnsel trouwens niet. Weblogs bieden soms ruimte tot discussie die elders ter linkerzijde niet te vinden is: wijs maar eens plekken aan waar anarchisten en marxisten rustig inhoudelijk van gedachten kunnen wisselen zoals ze dat op uitgerekend dit weblogje doen…

Maar een links medium is geen actiemiddel, hooguit een ingrediënt van een groter geheel waartoe dan ook actie behoort. Dat bloggen in specifieke situaties actie wel kan bevorderen, mag overigens blijken uit de Griekenland-actie van 27 mei: die is mede vanuit een oproepje in een stuk op dit weblog op gang gekomen. Over mijn eigen blogwerk ga ik het, mede getriggerd door deze merkwaardige opmerking van Bram, echter nog wel eens uitvoeriger hebben.

Bram maakt nog twee punten. Hij duidt, in navolging van Marx’ bondgenoot en vriend Engels, verkiezingen aan als “een momentopname van het niveau van klassenstrijd”. Dylan heeft daar, in zijn commentaar, al veel zinnigs over gezegd. Ik zou er aan willen toevoegen dat je het niveau van klassenstrijd niet zozeer beïnvloedt door de registratie ervan – de stembusuitslag – te beïnvloeden. Dat wel geloven is de registratie van het verschijnsel verwarren met het verschijnsel zelf. De kamertemperatuur wordt hier ook niet hoger als ik een beetje aan de thermometer zit te knoeien om het streepje van 21 naar 22 graden te brengen, bijvoorbeeld door een warme hand op het ding te leggen… De analogie van Engels heeft enige waarde als onderstreping van het belang van verkiezingsuitslagen: je kunt er iets uit afleiden over water leeft onder grote groepen mensen. Maar daaruit volgt geenszins dat stemmen dus noodzakelijk of nuttig is.

Bram noemt ook nog, net als ik eerder, het feit dat mensen voor stemrecht hebben gestreden als argument om te gaan stemmen. Maar dat gaat – alhoewel ik het onderliggende gevoel begrijp en gedeeltelijk deel ook – niet op. Er is gevochten voor het recht van mensen van hetzelfde gesclacht om  met elkaar te trouwen. Betekent dat echter dat ik dus perse van dat recht gebruik moet maken, als eerbetoon wellicht aan  de inzet van het COC? Er is gevochten voor het recht op echtscheiding. Impliceert dat een soort morele plicht om te gaan scheiden bij de eerste de beste gelegenheid? Rechten zijn precies dat: réchten. Er is geen plicht om van zo’n recht gebruik te maken – en het gebruik van het stemrecht heeft zoveel nadelen, tegenover zo weinig voordelen, dat ik er van afzie.

5 Responses to Over anti-stemadviezen, commentaar op ‘stemadviezigheid’, en bloggen als ‘actiemiddel’…

  1. John van dijk schreef:

    ik zie dat mijn woordkeuze wellicht niet zo best was, want ik denk inderdaad ook niet dat “we” een partij hebben in de tweede kamer.
    Ik bedoelde dat ik het handiger vind als er een grote SP is.
    Als de linkse partijen namelijk een meerderheid hadden gehad, hadden we op dit moment bijvoorbeeld geen kraak verbod gezien.
    En natuurlijk zou het mooier geweest zijn als we een kraak verbod hadden gestopt met strijd in plaats van via de tweede kamer.
    Maar ik leef toch liever in een wereld waar als er dan geen strijd is (of niet genoeg op bepaalde momenten) er wel zo iets als kraken bestaat, dan in een wereld zoals rechts het voorstaat kraken verboden is, en elke arbeider alleen nog droog brood en water hebben.

    Ik geloof dan ook echt dat we niks te winnen hebben via de stembus, maar wel alles te verliezen hebben.

  2. RG Gallagher schreef:

    He Peter,

    Van jongs af aan heb ik twee grote liefdes gehad: socialisme en verkiezingen. Klaarblijkelijk een vreemde combinatie, want tot mijn groot leedwezen heb ik moeten constateren dat mensen met kennis van en liefde voor socialisme afkerig en onkundig van verkiezingen zijn, en vice versa.
    Mijn jarenlange zoektocht naar psefologische literatuur uit radicaal-linkse hoek is, afgezien van wat artikeltjes met doorgaans tenenkrommende inhoud, dan ook tot op heden zonder resultaat gebleven. Ik denk eerlijk gezegd dat dergelijke boeken niet bestaan, en ik de eerste marxistische verkiezingskundige ben die de geschiedenis heeft opgeleverd. [Bij deze een oproep: mocht iemand dit boek wel kennen, dan hoor ik het heel erg graag]

    Gegeven je ‘nieuwe’ anarchistische standpunten lijkt het me als ‘ouderwetse’ marxist wel aardig hieromtrent een polemiekje te voeren. Mocht je hier interesse in hebben, laat het dan even weten. Helaas vragen andere aangelegenheden momenteel mijn aandacht, en ben ik niet in staat om deze week nog te reageren. Het komt dan misschien een beetje als mosterd na de maaltijd, maar ik vermoed dat we nog heel wat parlementarisme moeten verduren, alvorens we het triomferen van de revolutie kunnen vieren, dus helemaal zinloos is een dergelijke onderneming nu ook weer niet.

    Vriendelijke groeten,
    Rick

  3. Erik schreef:

    Wat een wereldvreemd artikel, werkelijk.
    Nogmaals wordt het me duidelijk dat het anarchisme en anarchisten geen enkele visie hebben over wat in het hier en nu te doen zodat a) het leven van werkende mensen op korte termijn beter wordt [en het is ontzetten arrogant en asociaal om te zeggen dat dat er niet toe doet. Voor een bijstandsmoeder is zelfs 10 euro per maand extra veel waard, en daarom maakt het uit of linkse of rechtse partijen de grootste worden] b) die strijd voor kleine verbeteringen gekoppeld wordt aan antikapitalistische strijd die uiteindelijk het hele systeem omver kan werpen.

    Het tegenantwoord is dan natuurlijk de oproep om overal en met zijn allen het systeem geheel af te wijzen (dus ook niet stemmen) en in opstand te komen.

    Waar dit mank loopt is dat niet ALLE mensen niet OVERAL en zeker niet TEGELIJK in opstand zullen komen (in die zin zal er ook altijd een voorhoede zijn, wat voor naam je daarvoor ook maar kiest). Het verschil is dus dat anarchisten in werkelijkheid menen de arbeidersklasse nodig te hebben voor de revolutie in hun eigen hoofd. Revolutionair-socialisten menen dat de arbeidersklasse de revolutie nodig heeft voor zelfbevrijding. Daarom is het verkeerd te vertrekken vanuit een abstract idee, beter is het om te starten vanuit de dagelijkse problemen van arbeiders, hun bewustzijn, hun strijdniveau, hun organisaties (vakbonden, partijen) enzovoorts.
    Vanuit dat perspectief doet het er wel toe of er meer mensen op de SP stemmen of dat de VVD grootste wordt en de aanval op werkende mensen naar een nieuw hoogtepunt jaagt. Is dat genoeg? Nee! Vandaar dat revolutionair-socialisten niet alleen oproepen tot actie, maar samen met anderen (of ze anarchist zijn of lid van SP/GL, of nergens van) bouwen aan campagnes en strijd, zoals de studentendemonstraties, vakbondsstrijd, het verzet tegen de 30 miljard bezuinigingen, tegen het racisme en islamofobie (bv Rhythm Against Racism), tegen de oorlog van Israel tegen de Palestijen, om maar wat recente voorbeelden te noemen.

  4. Jelle K. schreef:

    He Peter,

    Door te gaan stemmen veranderen we de wereld natuurlijk niet. Alleen met collectieve strijd van onderaf kunnen we een verschil maken en kunnen we, om te beginnen, de bezuinigingen stoppen en de rijken laten betalen voor de crisis.

    Zo’n beweging van onderaf ontstaat echter niet in een vacuüm.

    Die ontstaat in de kakofonie van de politiek van vandaag de dag. Het bewustzijn van mensen wordt zowel gevormd door de bangmakerij van Rutte en Wilders voor migranten als door de overwinning van de schoonmakers.
    Ook de verkiezingen vormen, of we dat nu leuk vinden of niet, voor veel mensen in Nederland een belangrijk moment in de vorming van hun politieke bewustzijn.
    Dan gaat het natuurlijk niet alleen om het stemmen zelf, maar veel meer over de beloften die gedaan worden door de politici en de uitkomst van de verkiezingen. Als rechts deze verkiezingen met grote meerderheid gaat winnen en links gaat verliezen, zal dat een deuk opleveren in het vertrouwen van mensen dat er überhaupt iets kan veranderen. Het kan ervoor zorgen dat mensen minder snel de straat opgaan en zich nog verder terugtrekken van de politieke en maatschappelijke debatten.

    Niet stemmen als politieke strategie is mijns inziens dan ook echt verkeerd.

    Het stemrecht is als eerste een democratische verworvenheid. Het is op z’n zachts gezegd vreemd om ervoor te kiezen democratische verworvenheden als de vrijheid van meningsuiting, het recht op een eerlijk proces of het stemrecht, hoe beperkt deze rechten ook zijn in het kapitalisme, bewust overboord te gooien.

    Als tweede is het natuurlijk niet zo dat stemmen helemaal geen zin heeft. Los van het effect op het bewustzijn en de strijd van mensen als of links of rechts wint, is het natuurlijk onzinnig om te stellen dat alle partijen geheel hetzelfde zijn. Omdat er genoeg mensen waren die links gestemd hadden kwam er het Generaal Pardon. Niet de oplossing voor alle vluchtelingen, maar voor die tienduizenden die een verblijfsvergunning kregen, was dit wel degelijk veel beter.
    Hetzelfde werkte omgekeerd bij het kraakverbod. Als er genoeg linkse Kamerleden geweest waren, had dit verbod het hoogstwaarschijnlijk niet gehaald.

    Er is bovendien bij deze verkiezingen wel echt iets te kiezen. De SP. Er zijn veel kanttekeningen te maken bij deze partij, waarvan de belangrijkste is dat ze haar systeemkritiek heeft ingewisseld voor een lokroep van het pluche. Maar, we zitten in een ecomische crisis en staan aan de vooravond van een van de grootste bezuinigingsoffensieven van rechts.

    De SP is in Nederland de enige politieke partij die kritiek heeft op het neoliberalisme en die met leuzen als ‘poten af van de stufi’ en ‘solidariteit met de schoonmakers’ aan de goede kant staat.

    Mijn stem voor de SP betekent dat de SP net ietsjes sterker wordt in de aanloop van de protesten die georganiseerd moeten gaan worden tegen de bezuinigingen. Die protesten moeten natuurlijk door onszelf, collectief en van onderaf, opgebouwd gaan worden. Een grotere SP zal de strijd en het bewustzijn echter ontegenzeggelijk goed doen.

    Jouw keuze niet te gaan stemmen maakt de SP net ietsjes zwakker, en neoliberaal rechts net ietsjes sterker. Het voelt vast heel fijn om radicaal thuis te blijven, maar erg strategisch is het mijns inziens dan ook niet.

    Strijdbare groet,

    Jelle

  5. […] Driemaal is scheepsrecht, zo wordt gezegd. Een derde stuk over de stembus, nu ook mijn vorige stuk over dat onderwerp tot enkele reacties aanleiding heeft gegeven. Ik doe het in volgorde van binnenkomst (1). Waarschuwing alvast: dit is een vrij lang […]

Plaats een reactie