Rode Maandag in de VS: bevolking beweegt Congres tot nee tegen bail-out

30 september, 2008

Zwarte maandag, zo werd  de afgelopen maandag, 29 september al genoemd. Het was een dag van omlaag denderende beurskoersen, van een Fortis dat ondanks redding via gedeeltelijke nationalisering bleef kelderen, en van het 700-miljard-dollar ‘reddingsplan’ dat door het Congres werd afgestemd. Nog meer paniek op de beurs, en een president Bush die de camera’s inkeek alsof er zojuist enkele grote vliegtuigen  een tweetal hoge flatgebouwen in New York als landingsplaats hadden uitgekozen.

Ik stel echter voor dat we de benaming ‘Zwarte Maandag’ vervangen. ‘Rode Maandag’ lijkt mij wel geschikt, en wel om twee redenen. In de eerste plaats vanwege het rode bloed dat tevoorschijn kwam toen miljoenen mensen in Amerika de verzamelde machthebbers – Bush, Obama, McCain, minister Paulson, Democratisch aanvoerder in het Huis van Afgevaardigden Nancy Pelosi, Centraal Bankier Bernanke, het hele stel – een bloedneus bezorgden door voldoende Congresleden zodanig te bestoken met boze e-mails en telefoontjes dat die Congresleden – met verkiezingen in het achterhoofd, en hun zetels in gevaar – het 700-miljard-dollar-plan wegstemden. In de tweede plaats omdat juist mensen met rooie opvattingem, socialisten van allerlei soort, in deze gebeurtenis iets te vieren hebben: één-nul in de wedstrijd tussen gewone mensen onderaan, en de machthebbers die ons dag en nacht bestelen.

Het zogeheten reddingsplan hield in dat de Amerikaanse regering, via een daartoe op te richten instantie met zeer ruime volmachten, allerlei riskante leningen die banken hadden verstrekt en die het financiële systeem mee dreigen te slepen in een neerwaartse spiraal, zou opkopen. Zo zou de regering, en daarmee de betalstingbetaler in de VS, opdraaien vvoor de mislukking van talloze speculatieve investeringen. De vrije makrkt mag bankiers rijk maken. Zodra de vrije markt er echter toe leidt dat die bankiers hun geld dreigen kwijt te raken, mag de staat inspringen om die bankiers en hun instellingen overeind te houden, natuurlijk met als excuus dat als het bankwezen crasht iedereen de dupe is.

Zeer terecht keken heel veel mensen in de VS door deze zwendel heen. Diverse auteurs legden uit waar het scheef zat. Er was bijvoorbeeld wel op andere manieren aan geld voor het plan te komen, zo rekent het Institute for Policy Studies voor. Hef 4 dollar belasting op elke transactie van 100 dollar op aandelen en dergelijke, en je hebt jaarlijks 100 miljard dollar. Hef 3 procent belasting op elk huishouden van 10 miljoen of meer, en je hebt nog eens 300 miljard. Hef 50 procent inkomstenbelasting op inkomens van 5 miljoen en meer, en 70 procent op 10 miljoen en meer – hoppa, wéér 105 mijard dollar. Zo is er nog wel meer. Laat, kortom, degenen die met hun investeringsbeslissingen de crisis hebben gebracht, zelf voor hun crisis opdraaien, dat zou al schelen. 

Maar het opkopen van slechte verrotte leningen en schulden doet die leningen en schulden ook nog eens niet verdwijnen; de risico’s ervan worden alleen ergens anders neergelegd, niet bij de louche inversteerders zelf, maar bij mensen onderaan. Er zijn in feite maar twee heldere en consistente oplossingen. Of je laat de markt zijn destructieve werk doen, er komt een grote golf van faillisementen, een diepe recessie met oennoemelijk leed voor massa’s mensen – en dan krabbelt de boel, na deze grondige grote schoonmaak, weer op. Of de hele financiële sector komt in staatshanden, en wordt in dienst gesteld van het welzijn van de bevolking die daarover via democratische organen kan beslissen en beschikken.

Een asociale, maar systeemconforme oplossing, of een sociale oplossing die echter het kapitalistische systeem opblaast – dat is de echte keus. Het huidige plan  lost zelfs in eigen termen niet echt iets op, schuift de oplossing vooruit en legt de last ervoor ook nog eens bij de verkeerde mensen, bij de mensen die toch al te lijden hadden onder hoge prijzen, lage inkomsten, hoge schulden die ze te vaak al niet konden afbetalen. Waarom zouden zij nu op moeten draaien om het feestje van de bankiers en investeerders te gaan betalen?

Al snel na het bekend worden van het plan-van-700-miljard werd duidelijk dat zeer veel Amerikanen er dan ook geen zin in hadden. Op 25 september publiceerde Business Week een mooie reportage over de talloze initiatieven, serieus en humoristisch, van mensen die tegen d ebail-out-zwendel wilden protesteren. CNN bericht over demonstranten op Wall Street vorige week.  “Er is geen agenda, geen leiders, geen groep die het organiseert, niets om te onderschrijven, behalve dan dat we niet gaan betalen!”, zo luidde een anonieme oproep hiervoor via e-mail.  Intussen begonnen mensen e-mails te verstueren aan hun Congresleden: “Volgens de New York Times werden Democratische en Repulbikeinse politici bedolven onder protesten tegen de voorgestelde bail-out: senatoren kregen duizenden e-mails, waarvan 95 procent tegen waren. Barbara Boxer, Democraat uit Californië, vertelde de Times dat ze 17.000 e-mails had gekregenm, en bijna allemaal waren ze tegen de bail-out”, zo schrijft The Age.

De hete adem van grote aantallen boze Amerikanen werd – ruim een maand voor verkiezingen waarbij veel Congresleden hun zetel moeten verdedigen – blijkbaar te veel voor een meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Ja, voor flink wat Republikeinse leden van dat Huis gold vooral het bezwaar dat de staat geen inbreuk op de vrije markt mocht maken, en dat daarom de bail-out taboe, ja ‘socialisme’ was. En ja, ook onder veel van de mensen die op straat of op internet protesteren vinden we rechtse mensen met conservatieve ideëen. Maar een conservatief die serieus geen belastinggeld wil smijten om bankiers te redden, heeft op dat punt een linksere houding dan een Democraat die tot iedere prijs Wall Street uit de brand wil helpen.

Wat nu centraal staat is het idee van wij-tegen-zij, onder tegen boven. Gelukkig is links en de arbeidersbeweging er ook. Vakbondskoepel AFL-CIO organiseerde op 24 september een manifestatie bij Wall Street, en mensen van Socialist Appeal, een Trotskistische groep in de VS, namen deel en deden verslag.

En maandag 29 september koos – deels vanuit reactionaire opvattingen, maar voor een flink deel ook vanwege de steeds grotere druk vanuit een steeds bozere bevolking – een meerderheid van het Congres dus tegen het bail-out-plan van de verzamelde machthebbers. Het was een besluit, genomen in “de schaduw van de hooivork”, in de prachtige beeldspraak van Chris Floyd: het gewone volk trekt op naar het kasteel, en boekt nog succes ook. Mij doet het vooral ook denken aan 1 juni 2005, toen een forse meerderheid van stemmers de EU-grondwet vanuit een soortgelijk wantrouwen tegen plannen-van-hogerhand wegstemde. Glorieus is het.

Maar hoe mooi de bloedneus die onze kant in de VS hun kant heeft toegebracht ook is, het gevecht gaat door. Bush dringt aan op het alsnog aanvaarden van de bail-out, net zoals Europese politicie de EU-grondwet er alsnog door aan het manipuleren zijn. Zal de woedeuitbarsing vanuit de bevolking onder deze druk wegebben, of komt er een vervolg? Een blijmoedige commentator op Counterpunch die zich dit afvraagt, hoopt op het laatste – en geeft ter inspiratie maar vast een lijstje van algemene stakingen dat hij van Wikipedia heeft geplukt. Kennelijk onder het motto: zo kan het ook…

Hoe het ook zij, de VS is niet langer slechts in de greep van een kredietcrisis en een aanzwellende recessie. Inmiddels is daar een diepe breuk tussen bevolking, en daarmee een ernstige politieke crisis, bij gekomen. En in die crisis heeft links – principiële vijand van het kapitalisme in als zij parasitaire vormen – enorme kansen – en enorme verantwoordelijkheden. Maar dat is onderwerp voor een ander artikel. Vanavond overheerst bij mij feestvreugde vanwege een waarlijk Rode Maandag.


Wouter Bos en het graaikapitalisme

19 september, 2008

Wouter Bos, minister van financiën en naar eigen zeggen nog steed sociaal-democraat, hoopt op een einde aan het Amerikaanse “graaikapitalisme”. Zo reageert hij op de wild om zich heen grijpende crisis in de financiële sector. “De hele crisis betekent de definitieve teloorgang van een syteem dat gebaseerd is op hebzucht, onverantwoorde risico’s en perverse beloningen”, aldus Bos. Over het Amerikaane regeringsplan om de sector met enorme sommen geld overeind te houden zegt hiij: “Kennelijk bestaat de gedachte dat dit de mogelijkheid biedt om de risico’s uit het systeem te krijgen.”

Eerst maar eens over dat “graaikapitalisme”, dat Bos zegt te verfoeien. Daar is niets Amerikaans aan, en het is niet erg netjes van Wouter om ingrijpen in de VS aan te prijzen maar in Nederland te weigeren aan het graaien serieuze beperkingen op te leggen. We herinneren ons zijn gedraai in discussies over topinkomens die maar omhoogvliegen terwijl wij het moeten doen met een nullijn of minder. Van een ‘graaitaks’ op toipinkomens wilde hij in april 2007 niets weten, hij liet het bij een “moreel appel” aan bestuurders van grote ondernemingen om het een beetje rutig aan te doen met hun inkomen.  We zien intussen de topinkomens in de semi-publieke sector, van omroepen tot ziekenhuien. Steeds worden die inkomens verdedigd als “marktconform”. Hans Hoogervorst, ironisch genoeg vooritter van de Autoriteit Financiële Markten, kreeg  vorig jaar van Bos doodleuk instemming om een salaris te vangen dat 100.000 euro hoger lag dan dat van de, toch echt niet straatarme, Balkenende.

Nee, voor een kapitalistische graaicultuur hoeven we niet naar de VS. Het verschil is natuurlijk dat het schimpen op de Amerikaane zelfverrijking scoort en geen enkele verplichting met zich meebrengt. Iets zeggen over de graaierij in Nederland roept echter onmiddellijk de vraag op: ‘En, mijnheer Bos, wat gaat u er aan dóén?’ Welnu, niets dus, eigenlijk, en dus loopt Bos om het pikante onderwerp heen.

Er is meer merkwaardigs te vinden in de uitspraken van Bos. Hij meent een “definitieve teloorgang van een systeem gebaseerd op hebzucht” waar te nemen. Definitief? We hebben al een eerder een gereguleerde financiële sector zien komen én zien gaan – na de beurskracht van 1929 en de daaropvolgende grote depressie in de VS en daarbuiten. Allerlei vormen van regulering werden toen doogedrukt om het kapitalime van haar eigen destructieve factoren te verlossen. Maar de kern van het kapitalisme – productie uit winstbejag tdoor onderling concurrerende bedrijven – bleef overeind. En de “hebzucht”, volgens Bos blijkbaar alleen maar met de huidige vorm van kapitalime samenhangt, is ingebouwd in de werking van élke vorm ervan. Vandaar de druk om de regulering weer opzij te schuiven als de crisis voorbij is, de politieke verhoudingen weer gunstiger worden en ondernemers weer durven. Vandaar dat, toen vanaf de jaren zeventig veel ondernemers en daarmee sympathiserende politici zich sterk genoeg voelden, zij de regulering weer terug draaiden. Het gevolg waren de vrije financiële markten die ons de huidige financiële crisis hebben gebracht. Petrino LIneo schetst op de website van Socialist Worker (VS) de opkomst van de regulering vanaf 1929, en de ontmanteling ervan sinds de jaren zeventig, in een nuttig achtergrondstuk over de huidige financiële crisis.

Ook aan de huidige golf van staatsingrijpen om de financiële crisis te beteugelen komt omgetwijfeld weer een einde – als we het kapitalisme tenminste tijd van leven gunnen. Het idee dat het mogelijk is om “de risico’ s uit het systeem te krijgen”  is trouwens een droom. Om een werkelijk einde aan het graaikapitalime en de bijbehorende risico’s te zien, zullen we moeten erkennen dat graaikapitalisme net zoiets is als witte sneeuw of natte regen: een beetje dubbel op. Een graai-loos kapitalisme is ondenkbaar.


Prinsjesdag in dromenland

17 september, 2008

Ja, het was weer Prinsjesdag gisteren. Minister van financiën Bos heeft een begroting ingediend, de koningin reed in haar gouden koets en mocht in de Ridderzaal weer de Gekroonde Buikpreekster van het Kabinet zijn, en we mochten weer een veelheid aan hoedjes bewonderen. Dat laatste is natuurlijk begrijpelijk: aan die hoeden zelf is nog wat te zien. Wat ónder die hoeden zit was aanzienlijk minder de moeite waard.

Maar de rooieravotr is geen mode- of lifestyleblog, jammer genoeg wellicht. De begroting dus, het kabinetsbeleid voor komend jaar, en de reacties daarop. Het is van een tamelijk zouteloze treurigheid, en een asociale inhoud die kennelijk zo vanzelfsprekend wordt geacht dat we, behalve misplaatste complimenten alom, hooguit wat plichtmatig gemopper her en der horen. Waar is de woede?

Eerst maar eens wat cijfertjes, over de koopkracht. Bijna triomfantelijk horen we dat vrijwel niemand erop achteruit gaat, en veel mensen zelfst ietsje vooruit. Hoera! Maar hoe is de vooruitgang en achteruitgang verdeeld? Vooruit gaan, zo berekende het NIBUD, bijvoorbeeld tweeverdieners met bruto-inkomen van 45.000 plus 20.000 euro met twee kinderen die geen beroep doen op kinderopvang: 2,2 procent in de plus. Hebben soortgelijke tweeverdieners wel kinderopvang, dan rest toch nog een plus van 1 procent. Een echtpaar van 65 jaar of ouder, met AOW plus 5000 pensioen voor de één, alleen AOW voor de ander, en 700 euro ziektekosten dioe niet vergoed worden, gaat er echter 0,4 procent op achteruit, een alleenstaande met WAO of bijstand een half procent. Hierin zijn allerlei zogeheten specifieke zorgkosten niet meegerekend. Doe je dat wel dan blijkt eren alleenstaande met bijstand of WAO er 3 procent op achteruit te gaan, een echtpaar met minimuminkomen 2.5 tot 4 procent, een gehandicapte met Wajong (uitkering voor jong-gehandicapte) in een zorginstelling  0,2 tot 2 procent.

Duidelijke taal. Mensen met een aardig salaris krijgen meer. Mensen met al bijna niets, kunnen nóg minder uitgeven. Intussen roep ik even in herinnering – want  Buikspreekster Bea doet het niet, en Wouter de Waarzegger evenmin – dat de beloningen van topbestuurders in grote ondernemingen vorig jaar 23 procent hoger was dan het jaar daarvoor. We zien de rijken snel rijker worden, de redelijk welgestelden het ietsje beter krijgen, en de armen nog wat verder wegzakken. De regering stat er bij, kijkt ernaar, en helpt de rijken hier en daar nog een extra handje. Waar is de woede?

Niet bij de vakbeweging. FNV en CNV knikken goedkeurend en zeggen: “Het kabinet maakt de weg vrij voor constructieve afspraken over koopkracht en banen.” Yeah, right. Dat gebeurt door een behendige truuk ten koste van arbeiders. Het kabinet gaat de WW-premie afschaffen, hetgeen modaal verdienende arbeiders 335 euro oplevert. Maar daarvoor in ruil verwacht de regering ‘loonmatiging’ – hetgeen bij de huidige prijsstijging gewoon uitdraait op loondaling van de vakbeweging. Wat de regering niet weghaalt aan deze sociale premies, dat mogen de arbeiders dus weggeven aan de bedrijven en hun eigenaren. Zo haalt de regering een sigaar uit de doos van werkende mensen en presenteert die heel edelmoedig aan die ondernemers. Intussen zijn de twee vakfederaties “tevreden over de aandacht voor koopkracht en banen”

Wat de hele toestand een nogal onwezenlijk karakter geeft is intussen de economische crisis die zich steeds nadrukkelijker aandient. Beurzen krabbelden heel even op toen de Fed, de Amerikaanse centrale bank, in een oude sok nog 60 miljard euro vond, daarmee de wankelende verzekeringsgigant AIG overeind hield en daarvoor in ruil 80 procent van de zeggenschap naar zich toe trok. Feitelijk is hiermee die verzekering goeddeels genationaliseerd door de Amerikaanse staat, een wel heel curieuze vorm van marktwerking. Beurskoersen in de VS en Europa daalden later alweer. Op dezelfde dag werd bekend dat in Groot-Brittannië de werkloosheid een sprong omhoog maakte zoals die sinds 1992 niet meer is voorgekomen.

Een wereldeconomie in vrije val raakt de Nederlandse economie ook. Nu al zijn banken in Nederland 16 miljard kwijtgeraakt door de kredietcrisis. De verwachte economische groei van 1,25 procent waar de begroting van Bos op is gebouwd is niet zeer realistisch. “Want als de economische crisis Nederland raakt (…) mogen we de vlag al uitsteken als de welvaart volgend jaar nul procent groeit”, schrijft De Volkskrant. Opvallend trouwens hoe economische groei hier hetzelfde wordt gecht als wevrtsgroei: alsof onze welvaart meegroeit met hun economie…

Zo zal de druk van bedrijven toenemen om kosten verder te verminderen en om belastingverlaging te roepen. Tegelijk zal de regering met nieuwe, hardere bezuinigingen – pardon, ‘ombuigingen’ – komen, zo oppert het CPB al. En dan zullen de toch al schrijnende koopkrachtcijfers voor mensen met lage inkomens nog idyllisch lijken te zijn, vergeleken bij wat ons te wachten staat.

Gisteren presenteerde Bos een asociale begroting, maar hij was nog in dromenland. We kunnen ons maar beter schrap zetten tegen het échte afbraakwerk. Maar waar is de woede?


Financiële ramp, economische crisis

16 september, 2008

De kredietcrisis die nu al ruim een jaar woedt, bereikt met de ondergang van de zakenbank Lehman Brothers afgelopen dagen nieuwe dieptepunten. Koersen op de aandelenbeurzen vliegen omlaag: Wall Street denderde gisteren met 4,4 procent naar beneden. “Voor elk aandeel dat steeg, daalden er zestien”, aldus de NRC.  En Azië volgde: Zuid-Korea zag de beurskoersen 6,1 procent dalen, Japan 5,9 procent. Europese beurzen gaan dezelfde kant op: de Amsterdamse AEX daalde vandaag al met 1,4 procent, Parijs, Frankfurt, Londen met 1,5 tot 1,6 procent. En de handelsdag is maar net goed op gang.

Regeringen en bankiers reageren met weinig meer dan paniekvoetbal. Maar de aard van de maatregelen laat zien hoe ze totale minachting hebben voor de doorgaans zo hevig beleden principes van de vrije markt. De staat steekt, via de centrale banken, enorme hoeveelheden geld in de financiële sector. De Europese Centrale Bank ECB kwam gister al met 30 milard, vandaag doet ze er nog eens 70 miljard euro bij. De centrale bank in Londen komt met ruim 25 miljard euro vandaag, na rond de 6 miljard gisteren. In Japan gooit de centrale bank er een kleine 17 miljard euro tegenaan. Staatsingrijpen dat not done is als de werkgelegenheid van mensen in bankroete vliegtuigfabrikanten, scheepswerven of mijnen te redden valt, is opeens grif voorhanden als het financiële hachje van het bankwezen in gevaar komt. Zo bang zijn regeringen dat de vl van enkele grote banken een  een kettingrectie, en daardoor een implosie in het hele financiële systeem, op gang brengt.  Zo vertelt nu.nl, na bovenstaande bedragen te hebben genoemd,  bijvoorbeeld: “Twee Japanse banken zouden tot de grootste kredietverstrekkers van Lehman behoren.” Vandaar mede de klappen op de aandelenbeurzen aldaar.

De financiële crisis heeft diepere wortels in de economie. Feitelijk is ze uiting van een klassieke overproductiecrisis, zoal de kapitalistische economie die keer op keer doormaakt. Het mechanisme is vrij simpel. Je hebt bijvoorbeeld vijf concurrerende, op winst gerichte bedrijven die, ik noem maar iets, auto’s maken. De verkoop groeit, marktonderzoek laat zien dat de vraag naar auto’s de komende jaren een miljoen nieuwe auto’s bedraagt. Alle vijf bedrijven willen een zo groot mogelijk deel van die miljoen auto’s maken en verkopen. Het zijn echter concurrenten van elkaar, van onderlinge afstemming is geen sprake, alle vijf investeren ze er op los.

Aan het eind van de rit is de productiecapaciteit uitgebreid -en worden er veel méér dan de 1 miljoen extra auto’s op de markt gebracht. Een flink deel ervan blijkt onverkoopbaar, een van de bedrijven die zich het meest in de schulden heeft moeten steken om mee te doen met de race, gaat over de kop. Personeel staat op straat, kan minder uitgeven wardoor supermarkten omzet verliezen en de toeristenbrache omzetverliezen lijdt. Het is crisis.

Een reeks faillisementen en ontslagen zorgt voor een bruut soort grote schoonmaak, op een gegeven moment is de productiecapaciteit in bijvoorbeeld weer die auto-industrie zover teruggebracht dat de vraag het aanbod weer begint te overtreffen. De bedrijven die de race hebben overleefd – mischien maar vier van de vijf,misschien ook maar twee- gaan weer investeren , en het hele proces richting overproductie komt weer op gang – tot de volgende crisis. Dit wilde spektakel, waarvan keer op keer miljoenen mensen via banenverlies, loondaling of andere manieren waarop ondernemers hun kosten proberen te drukken ten koste van arbeiders, zal ons blijven vergezellen zolang de kapitalistische markteconomie – met haar concurrentie, haar winststreven en het daarmee samenhangende gebrek aan onderlinge afstemming van investeringen en het onbreken van menselijke behoeften als centrale maatstaf – door de meerderheid van de bevolking nog getolereerd wordt als maatschappijvorm.

In het hypothetische voorbeeld nam ik auto’s als voorbeeld. Wat we echter nu zien is als het ware een overproductie, niet van spullen mar van kredieten. Nadat overproductie in de ICT – de internet-hype van die tijd – tussen 2001 en 2003 tot een crisis had geleid, zijn grote kapitaalstromen op zoek gegaan naar andere winstgevende investeringen. Die vonden ze in de huizenmarkt, die met goedkope en risknte hypotheken steeds verder is aangejaagd. Dat ging goed – totdat het mnis ging. Op het moment dat steeds meer mensen die risknte hypotheken niet meer konden opbrengen en hun huizen uit moesten, kwamen bankien die dar veel van hun geld in hadden gestoken, in de problemen.

Overproductie van huizen en  hypotheken, dat is, ietwat simplistisch geschetst, wat de kredietcrisis drijft. Natuurlijk heeft dit , in een wereld waarin er ook in de VS heel veel  menen zonder woning zitten, iets absurds: ‘overproductie’ betekent niet dat er meer gebouwd wordt dan wara behoedte aan is. het betekent slechts dat er meer gebouwd wer dan wat winstgevend verkocht kon worden. Winst, daar drait het om.

Wat de zaak riskant mnamaakt is dat het geldsysteem, het bankwezen, de financiële sector, zo’n spilfunctie heeft in de hele economie. Bankroepte banken betekent dat banken die het wel overleven heel voorzichtig gaan worden met het verstrekken van kredieten aanondernemers: ze willen geen risico’s lopen. Zo komen echter ondernemers lastiger aan kredieten voor hun investeringen – en ze brengen uit een bizar soort geldnood (het topmanagement eet er geen diner minder om) hun activiteiten terug. Tegelijk wordt het voor consumenten minder makkelijk om aan leningen te komen, waardoor ze moelijker aankopen kunnen  financieren en bedrijven weer minder spullen aan die consumenten kunnen verkopen. Zo slaat, in de beeldspraak uit een artikel in de Christian Science Monitor,  de klap op Wall Street als het ware terug op Main Street, de winkelstraat. De financiële terugslag vertaalt zich op allerlei manieren in een veel bredere economische crisis.

Van dat laatste zien we symptomen die tussen de toch al onheilspellende financiële berichten wellicht weinig opvallen maar minstens zo verontrustend zijn. Zo daalt de industyriële productie in de VS: in augustus bleek die 1,1 procent omlaag gegaan te zijn, meer dan eerder verwacht.  Ook blijkt de capaciteit voor een lager percentage te worden benut dan eerder werd aangenomen, zo meldt de Volkskrant erbij. Intussen gaat in de geldsector zelf de ramp verder. Nu loopt ook een groot verzekeringsconcern, AIG, gevaar. “Het bedrijf  daalde maandag op de beurs 60 procent na berichten dat het in ernstioge geldnood zou zitten en de Fed om hulp zou hebben gevraagd”, bericht nu.nl.  Die Fed – de Amerikaanse centrale bank,- vragt op haar beurt aan grote banken om bij te springen met geld. Zo blijft de crisis verder om zich heen grijpen – en zo wordt zichtbaar hoe bankroet niet alleen bepaalde banken zijn, maar het hele economische stelsel warvaan zij als het ware de symbolische bastions zijn.